07 december 2005

Schijnbewegingen rondom weidegang

Uit een persbericht van het ministerie van LNV.

6 december 2005 - Zes organisaties hebben vandaag op de conferentie 'Weidegang' in Delft afspraken gemaakt over hoe veehouders de koe in de wei kunnen houden. Alle partijen willen op hun gebied bevorderen dat de 'koe in de wei' blijft. De afspraken zijn opgenomen in een 'Startverklaring' waarin de partijen aangeven samen te willen werken om de koe in de wei te houden.
Nu lopen de meeste koeien in het voorjaar en zomer in de wei. Het aantal melkveebedrijven in Nederland dat de koeien het hele jaar op stal houdt stijgt echter. In 2005 had 15% van de melkveehouders de koeien het hele jaar op stal. Veel mensen vinden het - om verschillende redenen - belangrijk dat de koe in de wei blijft. De zes partijen zijn het afgelopen half jaar bij elkaar gekomen om oplossingen te vinden om de koe in de wei te houden. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) heeft deze samenwerking en de conferentie ondersteund. Behalve het ministerie doen de volgende partijen mee: de Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO), de Land- en Tuinbouworganisatie (LTO), Het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL), de Dierenbescherming en Natuur en Milieu. De afspraken richten zich op vijf gebieden: markt, milieu, dierenwelzijn, landschap & natuur en stimulering & financiƫn.
In de startverklaring zijn 20 afspraken opgenomen. Het zijn afspraken over marktverkenningen tot onderzoek en ondersteuning op het gebied van markt, welzijn en milieu. Een aantal afspraken: LTO en zuivelondernemingen gaan de voordelen van weidegang bij hun leden en leveranciers onder de aandacht brengen, zonder tekort te doen aan ondernemers die de koeien het hele jaar op stal houden. De Zuivelproducenten en supermarkten gaan onderzoeken of er markt is voor 'weidemelkproducten'. Deze markt lijkt gering maar als 'weidemelkproducten' op de markt komen zullen de Dierenbescherming en Natuur en Milieu hun steun verlenen aan de verkoop van deze producten. LTO en LNV gaan een onderzoeksagenda opstellen om het graslandonderzoek in Nederland te versterken. Er is vanuit het Rijk EUR 20 miljoen beschikbaar voor kavelruil waarbij ook het behoud van de weidegang een rol kan spelen. Het ministerie bekijkt of 'koe in de wei' een voorwaarde voor een vergoeding kan worden in de zogenaamde probleemgebieden.
Tot zover (een gedeelte van) het persbericht.

Het is de vraag of bovenstaande intenties niet slechts weer de gewone schijnbewegingen zijn van de sector. In het recente verleden adverteerde Albert Hein met melk uit “Hollandse Weide”.
Wakker Dier had ernstige bezwaren tegen de naam van dit nieuwe melkmerk van AH. De stichting Wakker Dier is van mening dat Hollandsche Weide suggereert dat de melkkoeien in de weide lopen en eiste aanpassing van de naam. De Reclame Code Commissie oordeelde dat weliswaar vast staat dat de melk deels komt van koeien die nooit de wei in hebben gemogen, maar dat de leus slechts benadrukt dat de melk van Nederlandse herkomst is.
Daarnaast vindt de commissie dat geen sprake is van misleiding omdat nog steeds een groot deel van de koeien ‘s zomers in de wei mag, al worden dit er jaarlijks minder. Wakker Dier vindt de uitspraak onbegrijpelijk en gaat in hoger beroep.

Wat is een redelijke termijn dat een koe jaarlijks in de wei moet hebben gestaan. Geldt melk van een koe die een hoogstens week per jaar buiten komt als "melk van een weidekoe"? Of een koe die dagelijks een paar minuten naar buiten kan lopen?

Klik hier voor meer over “Mag een boer een vergoeding vragen voor het houden van koeien in de wei?”.