15 februari 2006

Wilde vogels de dupe van maas in de Faunawet

Oud-controleur Vogelwet 1936 en controleur Flora en Fauna van de AID Jan Meijerink uit Twente komt nog regelmatig in het veld. Hij treft daar hem bekende volièrehouders aan die de gedragingen van Goudvinken, Geelgorzen e.d. volgen en struiken op nesten doorzoeken. Ook heeft hij bij nestkastkontroles in de nesten van Bonte Vliegenvangers kleine nestjongen met gesloten voetringen aangetroffen.
Wanneer een vogel die normaal in het wild voorkomt dit soort voetringen draagt dan mag degene die deze vogel gevang houdt dit sinds de Flora en Faunawet is gewijzigd volkomen legaal doen. Het gevolg is een levendige handel in de dieren die beschermd zouden moeten worden.

Lees hier verder wat Meijerink over deze “idiote” maas in de wet schrijft.

Naschrift Jan Meijerink:

Het is eigenlijk geen maas in de wet. Doelbewust heeft de wetgever voor deze regeling gekozen om het de vogelhouders mogelijk te maken alle gewenste handelingen met in het wild voorkomende vogelsoorten te verrichten, mits ze van een gesloten voetring zijn voorzien. Daarbij moet men wel heel naïef geweest zijn te denken dat men daarmee het vangen van vogels en het uithalen van nesten kon voorkomen. Het was dus de bedoeling om alleen met gekweekte vogels te handelen. Maar deze moeten dus vroeger, toen het nog verboden was, in de volières zijn terecht gekomen. Volgens de oude Vogelwet 1936 mochten alleen een klein aantal soorten als Merel, Vink, Sijs, Kneu, Putter etc. in gevangenschap worden gehouden. Handel daarin, en het vangen daarvan was evenmin toegestaan. De controle daarop was dus vrij eenvoudig.

Later kwam er een regeling waarbij de handel en het vervoer van deze z.g. kooivogels ook mogelijk werd mits ze van een gesloten voetring waren voorzien. De controle was toen al nauwelijks meer mogelijk omdat er toen ook al nesten met eieren of kleine jongen werden uitgehaald.

De Flora- en Faunawet gaat nog verder omdat de regeling nu voor alle in het wild voorkomende vogelsoorten geldt.

Als vogelbeschermers de zin zouden krijgen, dan werden alle handelingen met wilde vogels verboden. Het probleem is dan echter dat de volières thans vol zitten met wilde vogelsoorten die van een voetring zijn voorzien. Deze zogenaamd gekweekte vogels kan met niet vrijlaten omdat ze zich volgens de vogelhouders niet in het wild kunnen redden en jammerlijk van honger zouden omkomen. Deze verhalen hebben we in het verleden erg vaak gehoord en ondeskundige rechters stonden dan toe dat men de vogels behield.

Deze wet is onder politieke druk tot stand gekomen, en door ondeskundige ambtenaren voorbereid. Onze volksvertegenwoordiging is huiverig de bestaande zaken te wijzigen omdat het wel eens veel stemmen zou kunnen kosten. Toch is een wijziging alleen mogelijk indien daarvoor voldoende draagkracht is bij de volksvertegenwoordiging. Ik denk dat daarbij de publieke opinie van doorslaggevend belang is. Evenals thans bijvoorbeeld het dragen van bont een schande is, zou men ook het gevangen houden van wilde vogels als een schaamtevolle bezigheid moeten beschouwen.