08 maart 2006

Onnatuurlijke kringlopen vergroten de kans op besmettelijke dierziektes

Toen in de negentiger jaren koeien op grote schaal diermeel kregen te eten ontstond de ziekte BSE.
Nu pluimvee en varkens gevoerd worden met vismeel is er een nieuw gevaar ontstaan. Pluimveemest wordt (vaak met daarin verwerkt dode kuikens) uitgereden over het land. Trekvogels eten van het gras, maar krijgen virussen en bacteriën uit de bio-industrie mee naar binnen. Trekvogels poepen in het water, regen spoelt overvloedig aanwezig mest naar open zee. Vissen krijgen de virussen en bacteriën mee naar binnen. Vissen worden massaal gevangen en verwerkt tot diervoeder voor de intensieve veehouderij en voor de zalmkwekerijen.
Voor een wetenschappelijke onderbouwing zie de publicaties van Josef H. Reichholf, een professor dierkunde aan de universiteit van München.
Hiermee is de cirkel rond en kan de natuur de levensvatbaarheid van allerlei levensbedreigende mutaties uitproberen. Daarvan zijn vaak niet alleen de dragers de dupe maar ook de mens wanneer deze dierlijke producten eet of te intensief omgaat met de dieren.
Deze vicieuze cirkel kan op vele manieren worden doorbroken, maar de beste is persoonlijk afstand te nemen van de uitbuiting van dieren.
Het instandhouden van deze kringlopen is in het belang van de grote industrieën (veevoederindustrie, vlees en zuivelverwerkende industrie en de farmaceutische industrie). Slachtoffer zijn consumenten, dieren, natuur en milieu.