14 juli 2008

Weidevogels zijn het slachtoffer van onverschillige boeren

Doordat boeren bij het maaien van gras in de wei geen rekening houden met de daarin levende jongen van weidevogels, vindt er een slachting plaats onder deze vogels.
Jaarlijks worden in ons land tweehonderd duizend eieren gelegd door Grutto’s.
De helft daarvan wordt kapot gemaaid door boeren die het gras maaien voor hooi of inkuilen.
De 100.000 kuikens die wel uit het ei kruipen zijn hun leven niet zeker. 15.000 kuikens worden alsnog door de boeren doodgemaaid; 70.000 kuikens zijn vervolgens voor predatoren in het korte gras een gemakkelijke prooi.
Moeten we deze verliezen maar als normaal wegschrijven als gevolg van de moderne intensieve veehouderij? Of moeten we de moderne veehouderij, die de koeien op stal houdt, laten inkrimpen en aan dat wat er overblijft de eis stellen dat zij de koeien buiten laat lopen en hun gras veel later maait?

Niemand zal deze cijfers probleemloos kunnen laten meewegen in de economische balans van de veehouderij.
Maar naast alle nadelen die de intensieve melkveehouderij heeft en het grote ruimtebeslag die de sector inneemt, zou het niet verkeerd zijn dat meer mensen zich realiseren dat ons land ook bijzonder goed zou kunnen functioneren met een kleine veestapel die gerund wordt op biodynamische grondslag.
Nu wordt het door de sector zo voorgesteld dat boeren alleen een toekomst hebben wanneer zij uitbreiden en voor de wereldmarkt blijven produceren.
“Niets” is minder waar. Burgers en consumenten zouden zich best mogen realiseren dat boeren niet het alleenrecht hebben op de manier waarop het landschap wordt ingericht en gebruikt.