13 september 2008

Zieke koeien moeten soms lang wachten op genade

Blauw is een politievakblad. In Opsporing 19 juli 2008 -nummer 15 het verhaal van combiteams en het omgaan met “wrak vee” in slachterijen. Boeren willen koeien die antibiotica hebben gehad pas naar de slacht brengen als de antibiotica weer uit het dier is verdwenen omdat anders het vlees wordt afgekeurd.

Uit dat verhaal een paar citaten. Allereerst de reden voor het instellen van combiteams.


Halverwege 2007 ontstonden er problemen met de Regeling Preventie ter voorkoming en bestrijding van dierziekten. De schapensector was door de ingewikkelde identificatie en registratie van schapen en de vele particuliere hobbyhouders tamelijk ondoorzichtig. De minister van Landbouw stelde voor om combiteams in te zetten, bestaande uit een opsporingsambtenaar van de AID en een dierenarts van de Voedsel en Warenautoriteit (VWA). Maar begin dit jaar kwam de minister van Landbouw onder vuur te liggen na een groot aantal meldingen omtrent dierenwelzijn. Met name in de transportsector en in de slachthuizen zou volgens de Partij voor de Dieren meer toezicht noodzakelijk zijn. Ook het publiek bleek gevoelig voor deze vermeende misstanden. De minister besloot de combiteams- ook hiervoor in te zetten en gaf de opdracht nadrukkelijk te controleren op dierenwelzijn. De minister heeft vier miljoen euro vrijgemaakt en heeft zichzelf hoofdelijk verantwoordelijk gesteld. Er zijn twintig combiteams voor heel Nederland.


Ergens in verhaal:
In een slachterij worden twee gewonde koeien aangevoerd.


Terwijl de dienstdoende toeziend VWA-dierenarts de apart gezette gewonde dieren aan het combiteam toont, slachten de slagers gestaag door. De twee dieren zijn er slecht aan toe. De eerste koe heeft aan de rechterachterpoot een abces zo groot als een voetbal, de andere heeft open wonden aan beide achterpoten. Beide koeien kunnen zichtbaar slecht lopen. Dierenarts Harry Rozendaal van het combiteam bevestigt de diagnose van zijn toezichthoudende collega. De transporteur had deze verwondingen voor het opladen kunnen zien en moeten concluderen dat de dieren bij transport onnodig zouden lijden. Hij had deze dieren niet mogen vervoeren. Er wordt besloten proces-verbaal op te maken tegen de transporteur en tegen de 'ontdoener', de boer die de dieren heeft aangeleverd.
De slager, die goed oplet tussen het schieten van de koeien door, is kwaad.
Hij is het ermee eens dat de twee koeien zo niet getransporteerd hadden mogen worden, maar brengt het combiteam naar een derde koe die staat te wachten. Het dier heeft een gat in het linkerdijbeen ter grootte van twee tennisballen en het bot is duidelijk zichtbaar. Het vlees in de wond heeft een afgrijselijk foute kleur, maar het dier lijkt de wond niet meer te voelen. Beide VWA-dierenartsen wijzen erop dat de koe op dit moment geen last meer van de wond heeft. Volgens de VWA wordt de wond dan niet opgevat als `ernstige open wond' waarmee het dier niet vervoerd mag worden. Het dier kan volgens de dierenartsen `op eigen kracht pijnloos bewegen en zonder hulp lopen'. De Gezondheids- en welzijnswet voor dieren voorziet wel in dit soort gevallen, op basis van het onthouden van de nodige zorg, maar dat laatste valt niet eenvoudig te bewijzen. De kans is groot dat de boer wel degelijk zorg heeft geleverd. Johan Nijeboer: "Boeren hebben er belang bij om te zorgen. De koe moet zo veel mogelijk melk leveren, dus de dierenarts wordt er al snel bijgehaald.'
De slager legt uit hoe het maar al te vaak gaat. Het dier loopt een wond op en de dierenarts komt erbij. De koe krijgt antibiotica en blijft gewond in de wei staan. Aangezien vee duur is, kijkt de boer zo lang mogelijk of het dier zal herstellen. Maar ondanks de behandeling wordt de wond alleen maar groter en pijnlijker. Uiteindelijk kan het zo niet langer, maar het vlees is vol antibiotica niet voor consumptie geschikt. Nu is de consumptieslachtwaarde van het uitgemolken vee dat deze slager aanvoert niet erg hoog, misschien honderd euro. Toch laten sommige boeren zo'n koe in dit soort situaties vaak nog 28 dagen zonder behandeling staan, de tijd die noodzakelijk is om de antibiotica kwijt te raken.
De slager vindt dan ook dat de AID meer controles op de boerderij zou moeten uitvoeren. Dierenarts Harry Rozendaal wijst erop dat er tienduizenden boeren zijn, van wie het merendeel onnodig lijdende dieren door de dierenarts laat euthanaseren. Boerderij controles zullen gericht aan de hand van signalen moeten gebeuren, omdat ze anders te weinig rendement opleveren. Controles aan het eind van het proces bij het transport en voor de slacht leveren meer op.
Aan het eind van de werkdag mogen de beide koeien alsnog geslacht worden. Maar uit oogpunt van dierenwelzijn hebben ze daar wel heel lang op moeten wachten. De zieke delen van de dieren worden afgekeurd.