14 november 2008

Innovatieve landbouw ander woord voor dierenmishandeling

Af en toe hebben voormannen en vrouwen van de Nederlandse landbouw de onbedwingbare behoefte zich luidruchtig op de borst te slaan. Nederland is wisselend nummer twee of drie op de wereldranglijst van exporteurs van agrarische producten.

Dat is gelet op ons kleine landje een wereldprestatie die volgens de sector geheel kan worden toegeschreven aan het innovatieve vermogen van de boeren en tuinders.

De Nederlandse landbouw is daarbij een lichtend voorbeeld voor de rest van de wereld, aldus Antoon Vermeer die voorzitter is van de Zuidelijke Land en Tuinbouw Organisatie.

Deze vooroploper in agroland ronkte onlangs tijdens het Future of Food & Agri Congres in Wageningen: ’de Nederlandse agrarische sector blijft in Europa en in de rest van de wereld een toonaangevende positie behouden, omdat ze als kraamkamer voor vernieuwing dient. Zowel richting markt als richting de samenleving’.

Als voorbeeld van grensoverschrijdende vernieuwing noemde Vermeer het verdoofd castreren van biggen, dat volgens hem ook andere landen tot nadenken dwingt.

Tsja, Het zal wel vernieuwend zijn, overigens niet bedacht in boerenkring maar afgedwongen door actievoerders, maar ook verdoofd castreren blijft natuurlijk dierenmishandeling.

En daarmee zijn we precies beland bij de kern van het innovatief vermogen van de Nederlandse landbouw. De term ‘innovatief vermogen’ blijkt namelijk synoniem aan ‘dierenmishandeling’.

Dat zit zo: In de jaren zeventig kwamen boeren er achter dat ze hun dieren konden behandelen als of het zielloze productiemiddelen waren. Machines waar alles wat geen bijdrage aan de productie leverde kon worden afgesloopt. En dat betekende weer dat er in de stallen ‘gestapeld’ kon worden.

Sloop bij een kip de snavel weg, het dier blijft gewoon eieren leggen of opgroeien tot kippenboutje. Het kan zelfs zonder gevolgen voor de opbrengst, onverdoofd.
Met een botte snavel kan zij haar medebewoners niet verwonden, en dus kan er in de stallen worden gestapeld: meer kip per vierkante meter.

Breek bij een big de hoektanden weg, snijdt de staart af en castreer de mannelijke exemplaren. Ook dat kan, zonder gevolgen voor de opbrengst, onverdoofd want de big groeit ondanks de verminkingen uit tot een vleesvarken.
Zonder hoektanden kan een big zijn of haar medebewoners niet verwonden, en dus kan er in de stallen worden gestapeld: meer varken per vierkante meter.


Zet koeien in een stal met een betonnen vloer zodat met als gevolg dat meer dan de helft van de Nederlandse melkveestapel kreupel is, ze leveren er geen kilo melk minder om. Sloop de hoorns er af (onverdoofd) de melk blijft stromen. Zonder hoorns kan een koe haar medebewoners niet verwonden, en dus kan er in de stallen worden gestapeld: meer koeien per vierkante meter.

Bij de Nederlandse veehouders gaat het om productie per vierkante meter stal. Die productie is in Nederland, ongeacht de diersoort, vergeleken met de rest van de wereld ongehoord hoog.
De basis daarvoor is grootschalige dierenmishandeling die we bio-industrie noemen.
Het is een industrie die niets, maar dan ook helemaal niets met ‘bio’ te maken heeft.

Naast dierenmishandeling stoelt het 'succes' van de Nederlandse landbouw op nog een pijler. Het interesseert de Nederlandse burger geen fluit wat er in de overbevolkte stallen gebeurt, en dus kan de boer ongestoord zijn gang gaan.