06 april 2012

Postduiven zorgen voor prijzen en overlast

In het contactblad Relatie mens en dier valt te lezen:

Alle duiven die in een stad leven zijn van oorsprong postduiven of nakomelingen ­daarvan. Terwijl aan de ene kant de postduivenhouder hoopt op de duif met de gouden eieren, worden steden anderzijds opgezadeld met overlast van verdwaalde ­postduiven en een daarbij behorende kostenpost. Duivenpoep op monumenten en gebouwen, ­nesten die afvoeren en goten verstoppen, stank en geluidsoverlast van ­koerende duiven zijn ­veelgehoorde klachten. In diverse gemeenten werden en worden nog steeds korte metten gemaakt met stadsduiven, door ze te laten vangen en vergassen. Bedragen van 50.000 euro per jaar voor bestrijdingsacties zijn niet ongebruikelijk. Er zijn diverse ­bedrijven actief in Nederland die een dagtaak hebben aan het ­wegvangen van ­stadsduiven in opdracht van gemeenten en woningbouwverenigingen. De één laat duiven los en hoopt hiermee geld te winnen en een ander vangt ze en verdient hiermee een dik ­belegde boterham. De gemeenschap moet echter de vangkosten en ­schoonmaakkosten ­betalen. De duiven zelf betalen met hun leven.

Zoals we u al eerder berichtten is een diervriendelijke methode om overlast van duiven te verminderen: het plaatsen van een grote duiventil, waarin duiven kunnen slapen, eten en broeden. Tevens kunnen de eieren worden vervangen door gipseieren om ­daarmee het aantal duiven te beperken en onder controle te houden. Grote ­gemeentelijke ­duiventillen staan in Zutphen, Soest, Almere en Gouda. In Almere staan inmiddels 3 duiventillen, naar grote tevredenheid van deze gemeente en haar inwoners. In Zutphen is onlangs een tweede til geplaatst.
Door de bezuinigingen in bijna alle Nederlandse gemeenten wordt de bouw van nog meer duiventillen wat vertraagd. Het zou mooi zijn als de duivenmelkers bij elke ­wedstrijdduif die ze in de lucht gooien een soort “weggooipremie” zouden moeten betalen, waardoor gemeentelijke duiventillen zouden kunnen worden gefinancierd. In het huidige politieke klimaat, waarin de mogelijkheden om geld te verdienen aan dieren juist worden verruimd en dierenleed niet wettelijk wordt beperkt, ziet de toekomst er echter nog niet zonnig