18 april 2006

Gekweekte menselijke weefsels vervangen dierproeven

Citaat uit Research Magazine

Bart De Wever werkt al vele jaren aan het kweken van humane huidculturen. Niet voor transplantatie, maar als middel om de effecten van cosmetische producten te testen.
De Wever legt uit: ‘Er moeten alternatieven komen. Op de eerste plaats is er natuurlijk het leed dat vele proefkonijnen wordt aangedaan. Maar er is ook een ander probleem. De huid en het hoornvlies van het konijn verschillen behoorlijk van die van de mens en geven daarom niet altijd een voorspelling van reacties bij de mens. Hoog tijd dus voor een alternatief.’

De Wever ontwikkelde een methode waarmee hij huid, hoornvlies en mondslijmvlies kan kweken. ‘Het in vitro gekweekte weefsel is een heel goed alternatief. Je kunt er uitstekend de toxiciteit en werkzaamheid van producten mee testen.’
Hoe gaat De Wever te werk? ‘We nemen cellen van menselijk weefsel, bijvoorbeeld van huid die is weggenomen tijdens een chirurgische ingreep. Daarvan isoleren we individuele cellen, die we vervolgens plaatsen in kleine plastic bekertjes waarvan de bodem bestaat uit een doorlatend vlies. De cellen worden door dit vlies gevoed en beginnen te groeien. Na ongeveer twee weken heeft zich een weefsel, in dit geval huid, gevormd. Wij stellen de kweekjes bloot aan de lucht. Onder deze natuurlijke omstandigheden vindt uitrijping plaats en ontstaat een stevige verhoornde huid of een sterk hoornvlies.’
Betekent dit nu dat we binnen een paar jaar geen proefkonijnen meer nodig hebben?
De Wever legt uit: ’We zijn nog maar in de fase van de prevalidatie, waarin we hebben aangetoond dat de resultaten van onze modellen vergelijkbaar zijn met die van het diermodel.’ Daartoe koos De Wever twintig op konijnen geteste stoffen. Op basis van deze konijnentests waren tien van de stoffen gekwalificeerd als niet irriterend en tien andere als mild of sterk irriterend. ’We brachten deze stoffen aan op de gekweekte hoornvliesweefsels en bestudeerden de reactie. In de traditionele Draize-test wordt de roodheid van het konijnenoog gemeten en wordt gekeken hoelang het duurt voordat deze roodheid verdwijnt. De stoffen die in normale huid of hoornvlies roodheid veroorzaken heten cytokines. In de gekweekte weefsels worden ook cytokines geproduceerd en die kunnen we meten. Verder zullen er cellen afsterven, waarbij weinig celdood betekent dat een stof weinig irriterend is en veel celdood het omgekeerde.’

Maar De Wever was nog niet tevreden. Meer lezen ga naar het Research Magazine of klik hier voor meer over de bezwaren tegen dierproeven.