08 april 2008

Wrakke burgers

De misstanden in de vleessector worden nu op het bordje van vooral het slachthuis in Leeuwarden geschoven. Natuurlijk, slachthuizen mogen geen zieke of wrakke* koeien accepteren. En hetzelfde geldt voor de transporteurs.
Maar wat vergeten dreigt te worden is: door wie worden die wrakke en zieke dieren eigenlijk aan de transporteurs en slachthuizen aangeboden?
Dat zijn boeren.
De permanente controle die landbouwminister nu bij het slachthuis in Leeuwarden laat uitvoeren slaat daarom de plank per definitie mis. Wie een beetje effectief op een misstand wil controleren doet dat natuurlijk daar waar de dierenmishandeling, want daar gaat het hier om, begint. En dat is hoe we het ook wenden of keren op het boerenerf.
Daar worden wrakke en zieke dieren de veewagen ingeschopt om naast de prijs die de slachterij voor het vlees betaalt, ook nog de €80 slachtpremie te kunnen opstrijken.
Het is overigens maar zeer de vraag of de minister de misstanden wel boven tafel wil krijgen.
We hebben al geconstateerd dat ze op de verkeerde plek controleert. Verder werden de controles een dag van tevoren door de minister op de tv aangekondigd. In het programma Buitenhof zei de minister dat ze niets uit het gesprek dat ze eerder met een klokkenluider had gehad, kon vertellen. Dat was immers vertrouwelijk. Maar ze kondigde wel aan waar en wanneer de controles zouden worden gehouden. Opdat de aanbieders en vervoerders van wrak en ziek vee daar rekening mee konden houden.
Overigens is het vooraankondigen van controles een standaardprocedure in de agro-sector. Een jaar of twee geleden besloot de Algemene Inspectie Dienst (AID), de landbouwpolitie die veel doet maar weinig regelgeving handhaaft, controles te gaan houden op het onverdoofd onthoornen van jonge kalveren**. Deze op grote schaal in de melkveehouderij toegepaste dierenmishandeling, waarop bij constatering overigens geen direct vindbare sanctie staat, wilde het ministerie met straffe hand aanpakken. En dus verschenen er in de vakpers niet alleen grote artikelen waarin de controles werden aangekondigd, de AID gooide er ook nog eens grote advertenties tegen aan om de boeren te waarschuwen wanneer en waar er gecontroleerd zou worden.
Het zijn voorbeelden van de manier waarop het ministerie van landbouw er alles aan doet om haar achterban uit de wind te houden. Regelgeving in de agrosector is een wassen neus: nergens is vastgelegd wat de regels zijn om dieren te mogen houden. Voor zover er al regels zijn, worden die niet of nauwelijks gecontroleerd, laat staan gehandhaafd.
Nergens is vastgelegd hoeveel ruimte een koe, een varken of een kip in een stal moet hebben. Een boer heeft een bouwvergunning nodig en die gaat over de bouwtechnische aspecten van een stal. Daarnaast heeft vaak een milieuvergunning nodig en die gaat over de vraag of zijn bedrijf schade toebrengt aan het milieu.
En de minister vindt dat wel best. Zij zegt dat de boeren zelf het beste weten hoe ze met hun vee moeten omgaan. De praktijk van alle dag bewijst herhaaldelijk het tegendeel. Veel boeren zijn hun dieren als dingen gaan zien. Productiemiddelen waarmee gedane investeringen moeten worden terugverdiend. Tegen zo laag mogelijke kosten. En dus wordt alles wat niet nuttig aan het dier is, er onverdoofd afgesloopt.
De minister noemt deze methodiek innovatie van de sector. Intensieve veehouderij, in de volksmond bio-industrie.
Maar het is natuurlijk gewoon de meest grootschalige dierenmishandeling ooit. Het is een schande dat boeren dat doen. Het is een nog grotere schande dat de overheid dat hele systeem beschermt.
Maar de allergrootste schande is natuurlijk dat wij als burgers dit toestaan.

* "Wrak" is een Fries woord dat "ziekelijk" betekent

**
Melkveehouders willen geen koeien met hoorns. In de stallen is zo weinig ruimte voor de koeien dat ze elkaar met die hoorns verwonden. Daarom worden ze er bij het kalf, heel vaak onverdoofd, weggebrand met een soldeerbout.