16 mei 2008

Lezing Boon over Productiedieren

Productiedieren; dinsdag 21 mei te Gasselternijveen

  1. Het grote publiek en ook de meeste geïnteresseerden weten niet precies wat zich in de (intensieve) veehouderij afspeelt en hoe dieren er aan toe zijn. Tegenstanders van de bio-industrie en van het eten van vlees roepen als regel maar wat, terwijl de sector
    -geholpen door de draconische maatregelen tegen besmettelijke dierziekten- er allang in geslaagd is om haar deuren hermetisch te sluiten voor pottenkijkers. Er worden op dit ogenblik 130 miljoen productiedieren gehouden in Nederland. Waar zijn die? Hoe zie je die? Je rijdt wel eens langs een vrachtwagen op de snelweg waar een varkensoor uitsteekt, maar dat is de enige confrontatie van het publiek met de sector. Het enige echte contact vindt plaats in de supermarkt bij de schappen waar het vlees, de eieren en de zuivel staan opgesteld.
    In zo’n setting is elke maatschappelijke discussie over het welzijn van dieren in de veehouderij uitgesloten.
  2. Het boerenbedrijf bestaat niet meer. De veehouderij kenmerkt zich door ketenproductie, waarin alle schakels van elkaar afhankelijk zijn. Welbewust en ongemerkt trekken heel grote bedrijven aan de touwtjes. De strijd om het dierenwelzijn kan allang niet meer gevoerd worden met een oproep aan boeren om hun dieren beter te huisvesten. Vergelijk het met de ellende die Shell al jaren veroorzaakt in Nigeria bij de oliewinning. Protesteren daartegen is als roepen in de woestijn.
    Er zal moeten worden omgezien naar andere maatregelen.
  3. Die beginnen ermee dat precies in kaart moet worden gebracht welke dieren als productiedieren gehouden worden en welke welzijnsproblemen in alle facetten van de dierhouderij zich voordoen. Er zijn maar weinig organisaties waar die kennis voorhanden is. Bij Wakker Dier bijvoorbeeld.
  4. Twee mogelijkheden om de situatie te verbeteren: overheidsmaatregelen, vooral op het financiële vlak en het krachtig organiseren van consumentenprotest, vooral door het links laten liggen van verkeerde producten.
  5. Twee voorbeelden: het nertsendossier en het konijnendossier.