17 augustus 2008

Mosselvissers willen zaad vissen ook al kost dat watervogels het leven

In Trouw een verslag van het protest van Zeeuwse mosselvissers tegen de uitspraak van de Raad van State. De Raad van State oordeelde dat minister Verburg geen vergunning had mogen afgeven voor het opvissen van twaalf miljoen kilo mosselzaad uit de Waddenzee. Verburg heeft onvoldoende aangetoond dat hierdoor geen schade wordt aangericht in een internationaal erkend en beschermd natuurgebied. Ze moet de bezwaren van de Waddenvereniging en de Vogelbescherming opnieuw overwegen.

Op Wikipedia valt te lezen:
Tot 2005 was het in het Nederlandse deel van de Waddenzee toegestaan op kokkels te vissen. Met grote zuigpijpen werden de schelpdieren uit de bodem gezeefd. Hierdoor is veel schade aangericht. Onder grote maatschappelijke druk van met name natuurorganisaties is in 2005 besloten om kokkelvisserij op het Wad te verbieden. Ook boomkorvisserij is in het gebied verboden.

Momenteel wordt er nog gevist op mosselen. Daarbij worden kleine mosseltjes (mosselzaad) opgevist en vervolgens elders uitgezet op stukken van de Waddenzee waar ze beter kunnen uitgroeien. Bij het oogsten van het mosselzaad gebruiken de mosselkwekers mosselkorren die het bodemslib kunnen verstoren. Daarmee verdwijnt een belangrijke voedselbron voor de eidereenden en scholeksters. Vanwege dit risico is in een deel van de Waddenzee de mosselvangst en -teelt verboden. De ontwikkeling in de gebieden met en zonder mosselvisserij wordt nu vergeleken om de omvang van de natuurschade vast te stellen. In februari 2008 oordeelde de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State dat de vergunning voor het oogsten van mosselzaad in de Waddenzee is verleend terwijl de minister onvoldoende heeft onderbouwd dat de natuurschade aanvaardbaar is. Zij moet nu aanvullend onderzoek doen. De uitslag wordt in 2010 verwacht.

De Rijksuniversiteit Groningen publiceerde een persbericht over de relatie tussen het sterven van eidereenden en de mosselvisserij:
De afgelopen vijftien jaar is regelmatig grote sterfte opgetreden onder eidereenden. De oorzaak hiervan is rechtstreeks terug te voeren op het magere aanbod van zowel diepwatermosselen als droogvallende mosselbanken in het waddengebied, ontdekte Romke Kats. De mosselen zijn zelfs zo belangrijk voor eidereenden, dat Kats de eenden beschouwt als een belangrijke indicatorsoort voor de mosselstand in de Waddenzee. Kats promoveert op 20 april 2007 aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Kats: ‘Het dieet van eidereenden is wereldwijd in kaart gebracht. Waar ter wereld ze ook leven, het grootste deel van hun dieet bestaat uit mosselen. Dit wordt aangevuld met andere schelpdieren die lokaal te vinden zijn. In Nederland zijn dat bijvoorbeeld halfgeknotte strandschelpen, kleine kokkels en sinds enige tijd ook mesheften (‘scheermesjes’). Maar mosselen zijn zonder meer de belangrijkste voedingsbron.’
Tot zover de RUG.

De mosselvissers vinden hun broodwinning belangrijker dan de natuur. Hun grootouders deden het ook al en toen was er niets aan de hand. Echter hun redenatie is lastig te volgen. In bovenstaande bericht de volgende:
Vogelbescherming vreest dat onder meer eidereenden voedsel tekortkomen als de mosseltjes worden weggevist, maar volgens de vissers herstelt de natuur zich juist sneller na de vangst.

Sneller dan wat?
Zou het niet meer voor de hand liggen dat de natuur zich helemaal niet hoeft te herstellen als zij geen schade wordt aangedaan?