Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.
Posts tonen met het label voeding. Alle posts tonen
Posts tonen met het label voeding. Alle posts tonen

01 november 2012

Steeds meer export van andermans voedsel

Volkskrant verslaggever Gerard Reijn schrijft 31 oktober:
Nederland exporteert steeds meer andermans producten. In 1995 werd van alle voedingsmiddelen die we zelf consumeren en die we exporteren, 20 procent uit het buitenland gehaald. Inmiddels is dat al bijna 35 procent.

Spullen uit Spanje, Italië, Kenia en Egypte worden Nederland ingevlogen of -gereden en tot diep in Europa verkocht. Deze wederexport groeit rond de 10 procent per jaar, en wordt altijd geadministreerd als Nederlandse export. Maar werkgelegenheid levert het in Nederland nauwelijks op. De export van in Nederland gemaakte producten - die wel veel werkgelegenheid opleveren - groeide slechts in een tempo van 3,3 procent.

Lokaal
Volgens het rapport kalft de riant ogende positie van Nederland als voedingsmiddelenexporteur ongemerkt al jarenlang af. Dat komt vooral door de trend onder Europese consumenten dat ze meer en meer op zoek gaan naar lokaal geproduceerde waren. Local for local heet dat.

Tot zover de Volkskrant.

Met de miljarden die in de agrosector omgaan wordt in de media goede sier gemaakt om de twijfels die bij de kritische consumenten en kiezers leven over het nut van de sector te verkleinen.

In 2009 was de agrarische export €60 miljard. Maar er wordt niet bijgezegd dat het voor bijna €20 miljard aan noten, specerijen, hout, margarine, drank, koffie en tabak gaat (Bron: Land en tuinbouwcijfers 2010, pag. 186).
Van de €40 miljard die er na aftrek daarvan overblijft moet natuurlijk ook nog de agrarische import van bijna €22 miljard worden afgetrokken.

30 oktober 2012

Boer productiever, voedsel relatief goedkoper

Bron Zuivelzicht:

Een Duitse boer produceert momenteel voedsel voor 140 mensen. In 1900 kon hij nog slechts 4 mensen voeden, zo stelt de Duitse boerenorganisatie DBV. Ondanks deze forse stijging van de productiviteit blijft Duitsland voor voedingsmiddelen een importland. Terwijl de Duitse graad van zelfverzorging in 1900 uitkwam op 87 procent, is die nu slechts licht gestegen naar 88 procent.

Nog nooit gaven de Duitsers zo weinig uit voor hun levensmiddelen als tegenwoordig. Ruim een eeuw geleden bedroeg het aandeel van voedings- en genotmiddelen in de totale consumptie liefst 50 procent. In de loop der tijden is dat gedaald naar slechts 14 procent nu. Wanneer de genotmiddelen buiten beschouwing blijven, is het niet meer dan 11 procent.

Tot zover zuivelzicht.

Voedsel kost nog ongeveer evenveel als vroeger. We zijn ondertussen meer gaan verdienen waardoor het voedsel relatief goedkoper lijkt.
Vroeger hadden veel boeren samen weinig hectare, nu hebben weinig boeren veel hectare. De productiviteit per hectare is niet 35 x zo groot.

19 september 2012

Is genetisch gemanipuleerd voedsel een zegen of niet?

Hebben we genetisch gemanipuleerd voedsel nodig om de groeiende wereldbevolking te voeden of gooien we onze eigen glazen in door het verlies van biodiversiteit?
Seeds of freedom gaat over genetisch gemanipuleerd voedsel en de fabrieksmatige aanpak in de voedselproductie. Is dit een zegen of een bedreiging?

Wordt het niet te gemakkelijk gemaakt om bestrijdingsmiddelen in te zetten?
Wordt onze gezondheid daardoor bedreigd?
Kunnen we wel opmerken wat de gevolgen zijn?
Zaden bevatten leven, maar kunnen ze ook de dood betekenen?

04 september 2012

Duurzaamheid en gezondheid voedsel vraagt compleet verhaal

De volgende krantenkoppen liegen er niet om.
Landbouw moet nog intensiever (Trouw 3 september).
Biologisch voedsel is niet gezonder (Volkskrant 4 september).


Veel consumenten kiezen af en toe voor biologisch voedsel omdat ze denken dat het beter smaakt en gezonder is voor zichzelf. Dat deze producten zonder kunstmest, antibiotica en verantwoorde gewasbescherming worden geproduceerd spreekt hen aan. Dat biologisch vlees en zuivel afkomstig is van dieren die ook weleens buiten komen is meegenomen, maar voor velen bijzaak.
Wie zich niet goed realiseert wat de achtergrond is van de grote omvang van de Nederlandse intensieve veehouderij is en denkt dat deze een belangrijke pijler van de economie is, zal mogelijk op basis van bovenstaande krantenkoppen geneigd zijn zich af te wenden van de biologische sector. En dat is jammer, want het is vooral de voedingswaarde die (bij gelijke bodem) weinig verschilt tussen regulier en biologisch. Gezondheid is iets anders.

Diervriendelijk leven in de veehouderij is alleen duurder wanneer de consument denkt dat de kosten van het voedsel alleen worden afgerekend via de middenstand (slager en supermarkt). Er is echter ook nog een bijdrage die de belastingbetaler bijdraagt aan de bedrijfsvoering van de intensieve veehouderij. Zou die worden meegerekend dan is een diervriendelijke veehouderij even duur als de intensieve veehouderij. En waarom zou je je dan nog druk maken of biologisch veel gezonder is, want de voordelen van een kleinere veestapel die gehouden wordt op een ecologisch verantwoorde manier is voor vrijwel alle Nederlanders gezond.

21 juni 2012

Voedsel en spelen voor de naïeve burger

Verbouw je eigen voedsel in de stad. Stadsboeren en stadstuinen zijn in opkomst.
Deels heeft dat een fraaie achtergrond: de burger meer bewust te maken van hoe voedsel wordt gemaakt en aan te zetten meer producten uit de eigen omgeving te consumeren. Gelukkig gaat het bij in de stad gekweekte groenten om kleine aantallen, want het stadsklimaat is in principe ongezonder dan buiten de stad. Gezonder om voeling met de natuur te houden is het om bloemen te kweken in je stadstuin.
Voedsel maakt voordat het op je bord komt veel kilometers. Een standaard menu van aardappels, vlees en groente heeft 33.000 kilometer afgelegd. Dat kan korter en zou veel energie besparen.
Maar het systeem van produceren is wel efficiënt. Te efficiënt in het geval van dieren in de vee-industrie, want de kostprijs moet zo laag mogelijk zijn om te kunnen concurreren op buitenlandse markten. Wanneer we geen vlees en zuivel meer zouden produceren om te exporteren zouden wij ook fors bijdragen aan het reduceren van de energieverspillende voedselkilometers en er komt ruimte vrij om vee in de wei te houden.

Het ware beter wanneer Nederlanders minder vlees zouden eten en dat ook nog eens op een verantwoorde manier zouden produceren. Daarover zijn nogal wat misverstanden, bijvoorbeeld dat we te weinig land zouden hebben om voldoende biologisch vlees te produceren. Dat is maar hoe je het bekijkt. Er is genoeg voor ieders behoefte, maar te weinig voor ieders hebzucht. Vlees produceren we in Nederland te veel op een dieronvriendelijke wijze om in het buitenland geld te verdienen.

Medewerker De Rooden van kunst- en architectuurcentrum Stroom organiseerde een aantal jaren geleden het programma Foodprint, waarvoor hij kunstenaars, ontwerpers en architecten uitnodigde om na te denken over de complexe relatie tussen steden en voedsel, met lezingen, manifestaties en exposities als Food Forward.

De Volkskrant meldde bij aanvang het volgende.
Bij deze gelegenheid wordt tevens het boek Food for the City. A future for the metropolis (NAi Publishers) gelanceerd. Hierin ontvouwen onder anderen een kok, een wetenschapper, een boer, filosofen en een architect hun toekomstvisie op de voedselvoorziening van steden. Tijdens het Voedseltribunaal worden zowel de voedselindustrie als beleidsmakers en de argeloze burger aan de tand gevoeld. Maar het definitieve antwoord op het voedselprobleem zal deze openbare hoorzitting niet opleveren. Kleinschalige stadslandbouw en het biologische boerenbedrijf zijn geen reëel alternatief; zelfs de totale landbouwgrond in Nederland is niet toereikend de hele bevolking dagelijks van biologisch vlees te voorzien.
Maar, zo redeneert De Rooden, de eerste - en belangrijkste - stap moet nog worden gezet: bewustwording. 'Voor een euro koop je tegenwoordig een kippenpoot in de supermarkt. Pervers! We moeten voedsel weer leren waarderen. Niet alleen als primaire levensbehoefte, voedsel is ook een manier om te laten zien wie we zijn. In progressieve kringen is het bon ton om vegetarisch te eten. Maar voor Chinezen is juist het eten van vlees een statussymbool'.
De kunstzinnige projecten op Foodprint schieten tekort in het aandragen van pasklare oplossingen. 'Juist voor de bewustwording van de voedselproblematiek zijn ze onmisbaar', zegt De Rooden. Als voorbeeld noemt hij The Meat License Proposal van de Britse kunstenaar John O'Shea. 'Alleen mensen die bereid én in staat zijn een dier op verantwoorde wijze te doden, krijgen een vergunning om vlees te kopen'. Waarschijnlijk zullen er maar weinig mensen zijn die hun biefstuk laten staan door dit kunstwerk, weet ook De Rooden. 'Het zet in elk geval aan het nadenken over waar dat vlees vandaan komt en hoe het op je bord is beland'.
Tot zover de Volkskrant.

Zo is het maar net, maar we hebben meer dan genoeg landbouwareaal in ons land om voor de eigen bevolking op verantwoorde en gezonde manier voedsel te produceren.

Voor onderbouwing lees
100% biologische landbouw is mogelijk in Nederland.
het verhaal van BD boer Leen van Zelderen.
en in het algemeen
Columns van journalisten, theologen, hoogleraren en andere experts op de website van de Stichting Animal Freedom.

Ook bijzonder is het project van de tostifabriek, waarbij midden in Amsterdam dieren worden gehouden op een fabrieksterrein. Het project beoogt de Amsterdammers voor te houden waar hun voedsel vandaan komt. Maar die confrontatie loopt niet altijd van een leien dakje.

Door vervuiling zijn groenten en eieren uit eigen tuin niet altijd ongevaarlijk. "".

Klik hier om meer te lezen over biologisch boeren.

10 mei 2012

Fatsoenlijk vegetarisch eten

In de Volkskrant van 10 mei een interview door Mac van Dinther met de Duitse Karin Duve.
Hoewel zij zich al lang bewust was van het gevolg van haar eetstijl voor dieren kostte het haar veel moeite om haar aankopen op dat weten aan te passen. Ze besloot stap voor stap haar gedrag te wijzigen en ging van biologisch naar vegetariër naar veganist naar fruitariër in een poging om de gevolgen voor dieren te minimaliseren.
In haar boek behandelt ze fundamentele vragen als: mag je dieren eigenlijk wel opeten? En als we geen dieren eten, waarom dan wel planten? In hoeverre zijn we bereid om uit respect voor andere levende wezens iets op te geven? Wat is ethisch gezien juist? Kunnen we er zelfs persoonlijk profijt van hebben wanneer we onze gewoonten veranderen?



Bovengenoemde vragen worden ook beantwoord op dit weblog en de site Animal Freedom:
In hoeverre zijn we bereid om uit respect voor andere levende wezens iets op te geven?
Wat is ethisch gezien juist bij dierengebruik??
Kunnen we er zelfs persoonlijk profijt van hebben wanneer we onze gewoonten veranderen?

27 april 2012

Slappe argumenten voor het eten van vlees

The New York Times heeft een wedstrijd uitgeschreven voor de beste argumenten om vlees te eten. Het resultaat leverde geen staal van sterke argumenten op. Voor wie het wil nalezen is hier de link.
Het dagblad Trouw maakte een verslag.
De conclusie is vooral dat vlees eten als lekker wordt gezien. Wanneer je daar iets plant-aardigs tegenover wilt zetten is het zaak om lekker te koken. En dat is een kleine moeite, het is meer een kwestie van open staan.

Voor meer slappe argumenten voor vlees eten, klik hier.

23 april 2012

Eetrevolutie voor ecologisch en ethisch voedsel

Van de site van discussie- en evenementencentrum de Rode Hoed:
Terwijl de politiek druk discussieert over toekomstscenario’s voltrekken zich in de praktijk al interessante veranderingen.
In supermarkten zien we steeds meer biologische producten, varkensvlees met een ster van de dierenbescherming en Utz Certified koffie. Ook streekproducten veroveren een plekje. Zijn dat randverschijnselen of gaan de grote voedselketens ingrijpend veranderen?
We onderzoeken dit met vernieuwers in bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties. En we bevragen politici. Kan de politiek nog leiderschap tonen of loopt ze achter de markt aan? We laten meerdere spelers aan het woord die hier al volop mee bezig zijn en succes hebben geboekt: spelers uit de voedselindustrie, de supermarkten en de Youth Food Movement. Gaan jonge NGO’s zoals Foodwatch en Wakker Dier ons voedingspatroon veranderen? Wat kan de supermarkt met streekvoedsel en slow food? Hoe kunnen consument en boer meer met elkaar communiceren? Wat wordt de rol van sociale media?
Tot zover de site.

Onze voedselvoorziening is niet toekomstbestendig. Om daar wat aan te doen is een vlinderrevolutie nodig.

Doe het samen:
Als consumenten, producenten en winkeliers samen bepalen wat er op ons bord komt, ontstaan nieuwe markten waar iedereen zich verantwoordelijk voor voelt. Slimme, toekomstgerichte bedrijven zullen er evenveel plezier van hebben als consumenten.

Sluit kringlopen regionaal (binnen enkele tientallen tot honderden kilometers):
Houd water en voedingsstoffen in een voor ons beschikbare vorm in omloop; alleen regionaal lukt dat optimaal.

Houd ook de geldstromen regionaal:
Dat zorgt voor voedselzekerheid en werk, zowel in Nederland als in andere landen.

Wees biodivers wijs:
In de natuur hangt alles met alles samen; respecteer je dat niet, dan loop je risico.

Sjouw niet met halffabricaten of levende dieren:
Dat verspilt energie, koopkracht en kostbare nutriënten en zorgt voor onnodig leed.

Produceer regionaal en drijf inter-regionaal handel:
Dat belast de natuur het minst; we kunnen nu eenmaal lang niet al ons voedsel lokaal kopen.

Denk EEEE:
Niet alleen Economisch (financiering), Ecologisch (natuur) maar ook Ethisch (mensen, dieren) en Esthetisch (schoonheid) moeten onze landbouw, voedselproductie en –consumptie met elkaar in evenwicht zijn.

Zorg voor een gezond eetpatroon:
Reclame en verkooptactieken voeden ons op tot te veel en verkeerd eten; gebruik ze om mensen goed en eerlijk te laten eten.

Verzamel revolutionair durfkapitaal in een beleggingsfonds:
Banken zien te weinig in echt innoverende projecten die op deze principes gebaseerd zijn; als investeerders tevens consumenten zijn ontstaat veel sneller rendabele vernieuwing.

Tot zover Nieuwvers.

De oproep om geen dieronvriendelijk voedsel te halen, heeft natuurlijk als keerzijde dat we ook moeten stoppen met het brengen van dieronvriendelijk voedsel naar anderen.

02 februari 2012

Passanten zouden gewaarschuwd moeten worden voor besmettingsgevaar

Plaatsen waar veel dieren op een klein oppervlakte worden gehouden kunnen een bron van ziektekiemen zijn die gevaarlijk zijn voor de mens, met name voor de nog ongeboren vruchten. Voorbeelden van dergelijke zoönoses zijn de Q-koorts en het Schmallenberg virus. Dit is mede de reden dat boeren hun vee liever het hele jaar door op stal houden. Maar de afsluiting van de stallen is niet hermetisch. Kleine insecten als de knut kunnen de dieren prikken en naar buiten vliegen en virussen op anderen overdragen. Ook de mest die wordt uitgereden kan een besmettingsgevaar opleveren. Daarmee staan boeren voor een dilemma: mest kan bijdragen aan de vruchtbaarheid van het land, maar ook een gevaar voor de gezondheid zijn. Hoeveel moet een boer investeren in preventie van deze schadelijke gevolgen? In de praktijk wordt deze investering lager gekozen dan later verstandig blijkt, omdat anders de kostprijs van de dierlijke productie te hoog is om nog met het buitenland te kunnen concurreren.

Omwille van de volksgezondheid zou het goed zijn als mensen die zich in de buurt van een boerderij ophouden gewaarschuwd zouden worden voor het gevaar van besmettingen. Maar dat is lastig af te dwingen want het is geen fraaie bijdrage aan het imago van de agrosector.

De PvdD stelt hierover vragen aan de minister:

Vragen van het lid Hazekamp (Partij voor de Dieren) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het advies om zwangere vrouwen te waarschuwen voor het Schmallenbergvirus

  1. Kent u het bericht ‘Waarschuw zwangeren voor Schmallenberg?
  2. Bent u met huisarts Olde Loohuis van oordeel dat geen risico’s genomen mogen worden met kwetsbare groepen mensen in relatie tot het Schmallenbergvirus, zoals eerder wel gebeurde met betrekking tot de Q-koorts? Zo nee, waarom niet?
  3. Deelt u de mening dat er geen eenduidige gegevens zijn over de infectieroute en de verspreiding van het Schmallenbergvirus en dat derhalve overdracht van het virus naar mensen niet kan worden uitgesloten? Zo nee, waaraan ontleent u die zekerheid? Zo ja, deelt u de mening dat gelet op het voorzorgsprincipe preventieve maatregelen om besmetting van mensen te voorkomen gerechtvaardigd zijn?
  4. Is het waar dat artsen onvoldoende alert zijn op de risico’s van zoönoses en het ontstaan van (nieuwe) zoönoses? Zo nee, waaraan ontleent u die zekerheid? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen om dit te verbeteren?
  5. Bent u van oordeel dat zwangeren en andere kwetsbare groepen voldoende gewaarschuwd worden dat zij (en hun ongeboren kind) kwetsbaar zijn voor zoönoses en derhalve beter uit de buurt van bijvoorbeeld stallen van veebedrijven en kinderboerderijen kunnen blijven? Zo ja, waar baseert u zich op? Zo nee, welke maatregelen gaat u nemen om de voorlichting aan zwangeren en andere kwetsbare groepen te verbeteren?
  6. Bent u bereid de adressen van bedrijven waar het Schmallenbergvirus is vastgesteld openbaar te maken, zodat zwangere vrouwen en andere kwetsbare groepen hun eigen afweging kunnen maken met betrekking tot hun veiligheidssituatie? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze?
  7. Bent u bereid op korte termijn nader onderzoek in te stellen naar de mogelijke gevaren van het Schmallenbergvirus voor mensen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze?

01 februari 2012

Bijna alle kippenvlees in supermarkt is besmet

Vragen van het lid Hazekamp (Partij voor de Dieren) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het feit dat de 99 procent van het kippenvlees in de supermarkt besmet is met ESBL-producerende bacteriën.

1. Kent u het bericht “99 procent kippenvlees in supermarkt besmet”?

2. Vindt u het acceptabel dat een zo groot deel van de in de supermarkt aangeboden kip besmet is met Extended Spectrum Beta-Lactamase (ESBL) producerende bacteriën? Zo ja, waarom? Zo nee, welke plannen heeft u om het aantal besmette producten terug te brengen, op welke termijn en in welke mate?

3. Kunt u aangeven wat de stand van zaken is rond de toezegging van het kabinet uit 1996 om te komen tot een totaalverbod op de verkoop van besmette kipproducten?

4. Deelt u de mening dat het onacceptabel is dat 15 jaar nadat het kabinet heeft toegezegd te streven naar absoluut verbod op besmette kipproducten nu sprake is van een besmettingspercentage van 99%?

5. Kunt u aangeven hoe hoog het besmettingspercentage van kipproducten ligt in andere EU landen? Kunt u specifiek zijn in uw antwoord en aangeven waardoor eventuele verschillen veroorzaakt en/of verklaard worden?

6. Kunt u aangeven hoeveel mensen jaarlijks sterven ten gevolge van besmette kipproducten, hoeveel van de sterfgevallen kunnen worden toegeschreven aan ESBL-producerende bacteriën en hoe zich dit aantal in de afgelopen 10 jaar heeft ontwikkeld?

7. Deelt u de mening dat als er jaarlijks tientallen mensen sterven aan een bloedvergiftiging door ESBL-producerende E.coli, consumenten moeten worden gewaarschuwd voor dit gevaar bij de aanschaf van met deze bacteriën besmette producten? Zo ja, wat gaat u doen om mensen op dit risico te wijzen?

8. Is er al meer duidelijkheid over het relatieve belang van de verschillende routes die een rol spelen in de verspreiding van ESBL-genen naar de darmflora van mensen? Zo nee, waarom is dit nog niet nader onderzocht?

9. Bent u bereid nader onderzoek in te stellen naar de mogelijkheden van een spoedig in te voeren wettelijk verbod op de verkoop van besmette kipproducten. Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze?

Waarom insecten in plaats van planten eten?

Vragen van het lid Hazekamp (Partij voor de Dieren) aan de staatssecretaris van Economische zaken, Landbouw en Innovatie over de subsidiëring van onderzoek naar het eten van insecten
  1. Kent u het bericht ‘Four legs good, six legs better? EU to spend 3 million Euros to promote eating insects 'as alternative source of protein’' ?
  2. Deelt u de mening van professor Marcel Dicke dat het eten van insecten vanaf 2020 onderdeel zal moeten zijn van een noodzakelijke eiwittransitie? Zo ja, waarom?
  3. Kunt u aangeven hoeveel geld de Nederlandse overheid in de afgelopen vijf jaar heeft besteed aan onderzoek en promotie van de consumptie van insecten? En kunt u ook aangeven hoeveel daarvoor voor het lopend jaar en het komend jaar gereserveerd is?
  4. Kunt u aangeven hoeveel in de afgelopen vijf jaar door de Nederlandse overheid is uitgegeven aan plantaardige eiwitconsumptie als alternatief voor dierlijke eiwitconsumptie? Kunt u ook aangeven hoeveel daarvoor voor het lopend jaar en het komend jaar gereserveerd is?
  5. Deelt u de mening dat binnen de noodzakelijke eiwittransitie plantaardige oplossingen de voorkeur verdienen boven dierlijke eiwitten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze komt die opvatting binnen uw beleid tot uitdrukking?
  6. Deelt u de mening dat de acceptatie bij consumenten van plantaardige vleesvervangers bij gelijkwaardige voedingswaarde en kwaliteit hoger zal liggen dan voor producten gemaakt van insecten? Zo nee, waarom niet?
  7. Bent u bereid vanuit de Nederlandse inzet binnen de EU te pleiten voor meer middelen voor de ontwikkeling en promotie van plantaardige vleesvervangers en minder voor programma’s waarin insecten een rol spelen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

Leeswijzer


Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom.
Klik hier voor de laatste bijdragen op dit blog
.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.
Kijk op ook Facebook voor onze reactie op de actualiteit.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.