Vandaag in de parlementaire nieuwsbrief:
De Kamer heeft op initiatief van de SP gevraagd om een onderzoek naar de effecten van de prijzenoorlog voor boeren. 'Boeren krijgen te maken met steeds lagere marges en daardoor komt ook de aandacht voor dierwelzijn en milieubelangen onder druk te staan', weet SP-Kamerlid Van Velzen. 'Uit nieuw onderzoek blijkt dat het aandeel biologische producten in de schappen terugloopt vanwege de prijzenoorlog in de supermarkten. Die "oorlog" nekt niet alleen kleine middenstanders, maar ook de boeren worden uitgeknepen. Gevolgen die goed in kaart gebracht moeten worden, zodat de politiek ze niet langer kan negeren.' (SP)
Het punt is niet zozeer dat boeren zich laten uitknijpen. Een groot deel van de boeren is meer het slachtoffer van de eigen hebzucht. In het verleden hebben exporteurs en in hun voetsporen politici als Sicco Mansholt de boeren voorgehouden dat er gekozen moest worden voor grootschaligheid. De vergrootte productie zou worden afgezet op de alsmaar groeiende buitenlandse markten. Het gevolg is de intensieve veehouderij.
Alleen de boeren die biologisch of bio-dynamisch zijn gaan of blijven boeren, treft geen blaam voor deze dwaling in de landbouwpolitiek.
Wat niemand zich realiseerde en heden ten dage nog veel te weinig mensen doen, is dat het beconcurreren van buitenlandse collega’s zijn weerslag heeft op het milieu en dierenwelzijn. Het is een soort nationale blinde vlek. Vrijwel iedereen is tegen de bio-industrie, maar vindt export van agrarische producten belangrijk.