Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.
Posts tonen met het label vrijheid. Alle posts tonen
Posts tonen met het label vrijheid. Alle posts tonen

13 september 2010

Varkens zoelen om af te koelen

Geen modder, geen welzijn! (Persbericht Wakker Dier 7 september 2010)

Modderbaden zijn een basisbehoefte voor varkens, zoals grazen voor koeien en scharrelen voor kippen. Dit staat in een rapport dat vandaag is gepubliceerd door Wageningen Livestock Research, in opdracht van stichting Wakker Dier. Dit komt ondermeer door de genetische verwantschap van varkens met nijlpaarden, wilde zwijnen en olifanten: deze dieren hebben modder nodig om af te koelen omdat zij niet kunnen zweten. De drang om te modderbaden is voor varkens in de kale stallen van de vee-industrie zo groot, dat het zindelijke varken uit wanhoop gaat badderen in de eigen poep. Het ontbreken van het modderbad in politieke en wetenschappelijke discussies over het welzijn van varkens is een blinde vlek, zo staat in het onderzoek.

Het rapport bespreekt de verschillende functies van ‘zoelen’, ofwel modderbadderen. De belangrijkste functie is thermo-regulatie (afkoelen), maar ook bescherming van de huid tegen parasieten, ontstekingen en zonnebrand is van groot belang (p13). Zoelen heeft ook een functie in sexueel gedrag en geurmarkering. Het rapport stelt dat zoelen een aangeboren natuurlijk gedrag is, dat op zich zelf al belangrijk is omdat de varkens er zeer de behoefte aan hebben en van genieten (p18). Van nature gebruiken varkens modderpoelen bij zeer hoge én zeer lage temperaturen, zelfs soms rond het vriespunt. Rond de 22 graden wordt als ‘kritische temperatuur’ opgegeven: daarboven wordt een modderbad aanbevolen om oververhitting te voorkomen. In de Nederlandse stallen ligt de temperatuur meestal hoger (p16). Vleesvarkens, zwangere zeugen, en in nog ergere mate de lacterende zeugen, worden bij hogere temperaturen gehouden. Op hete dagen zijn sterftecijfers hoger en zoeken varkens hun afkoeling in de eigen mest. Dit gedrag wordt abnormaal genoemd en zelfs vergeleken met staartbijten (p15).

De Nederlandse overheid baseert haar beleid ‘duurzame veehouderij’ op de vijf vrijheden (lees: basisbehoeftes) van Brambell. Het rapport merkt op dat zoelen drie van de vijf basisbehoeftes ondersteunt (p2), en daarom deel zou moeten zijn van het Nederlands beleid. In welzijnsonderzoek wordt echter met geen woord over modderpoelen gerept. Het rapport spreekt van een ‘blinde vlek’ (p22). De EU besloot eerder dat de legbatterij verboden moet worden, omdat kippen in de kleine kooien hun natuurlijke gedrag niet kunnen uitvoeren zoals een stofbad nemen, een legnest maken en scharrelen. Wakker Dier wil met dit rapport hetzelfde doel bereiken voor de varkens. “Geen modder, geen welzijn”, is in één zin de samenvatting van het rapport. Modderbaden dienen onderdeel te worden van het duurzaamheidbeleid. Op korte termijn moeten er twee dingen gebeuren om het tekort aan welzijn te verzachten: stro om te wroeten, en varkensdouches om af te koelen. In Denemarken zijn boeren verplicht om hun varkens verkoeling aan te bieden en zijn douches standaard praktijk (p22).
Met haar acties tegen goedkoop vlees voert Wakker Dier campagne om meer varkens naar buiten te krijgen. De goedkope prijzen hebben ertoe geleid dat de modderpoel compleet is verdwenen uit praktijk, regelgeving en wetenschap. Voor de komst van de vee-industrie was een poel standaard onderdeel van de varkenshouderij en werd het belang ervan ook beaamd door wetenschappers, aldus het rapport. Sinds de intensivering is de modderpoel verdwenen. Deze paste niet in de neerwaartse spiraal om steeds goedkoper en daardoor steeds massaler te produceren. Wakker Dier wil deze spiraal doorbreken: geen kwantiteit, maar kwaliteit; een eerlijke prijs voor de boer en een goed leven voor het dier.

Ook blijft Wakker Dier het publiek voorlichten en overtuigen om te kiezen voor biologisch. De Wakkere Winkelaar, een wekelijkse nieuwsbrief met diervriendelijke aanbiedingen van de 10 grootste supermarkten, helpt de consument om te kiezen voor diervriendelijk.

Nog geen 10.000 van de twaalf miljoen varkens in Nederland hebben toegang tot een modderpoel. Hoofdstuk 5 van het rapport beschrijft de ‘ideale poel’: hoe moet een poel eruit zien om varkens optimaal te kunnen laten zoelen. Zoelen bestaat meestal uit een aaneenschakeling van gedragingen (hoofdstuk 3 en 5): het varkens wandelt naar de poel, wroet in de aarde, bedekt de huid met een laag modder, ligt of baddert in het water, en schurkt de dikke laag modder eraf. De poel moet dan ook groot genoeg zijn en makkelijk toegankelijk voor alle varkens. De ideale poel ziet eruit als vijver met een brede modderrand, heeft diverse dieptes en goede schurkmogelijkheden vlakbij. Deze criteria zullen worden overhandigd aan de biologische varkenssector, zodat de bijna honderd biologische varkenshouders in Nederland hun poel voor optimaal varkensgenot kunnen inrichten.

08 september 2010

Roofvogels horen niet als huisdier gehouden te worden

Naar aanleiding van een artikel uit Trouw stelt Esther Ouwehand van de PvdD vragen aan de minister over het toegenomen aantal roofvogels die als huisdier worden gehouden. Deze ontwikkeling is zeer ongewenst omdat roofvogels zonder hun vrijheid verpieteren.
Vragen van het lid Ouwehand (Partij voor de Dieren) aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het houden van roofvogels en uilen als huisdieren:
  1. Heeft u kennisgenomen van het onderzoek van Vogelbescherming Nederland waaruit blijkt dat roofvogels en uilen steeds vaker als huisdier worden gehouden?
  2. Kunt u zich voorstellen dat de Vogelbescherming zich grote zorgen maakt over het gemak waarmee deze vogels door iedereen kunnen worden aangeschaft? Zo ja, kunt u dit toelichten? Zo neen, waarom niet?
  3. Vindt u roofvogels en uilen, waar sinds Harry Potter veel vraag naar is, geschikt als huisdier? Zo ja, waar baseert u dat op en hoe verhoudt uw mening zich tot uw ambitie dat alle gehouden dieren hun natuurlijk gedrag moeten kunnen vertonen (zoals, in dit geval, vliegen) en hoe gaat u er zorg voor dragen dat deze ambitie ook wordt gerealiseerd?
  4. Kunt u bevestigen dat sinds de Europese wetgeving om roofvogels en uilen te verhandelen eind jaren negentig is versoepeld, het aantal in Nederland verstrekte certificaten dat nodig is om de vogels aan te schaffen meer dan vertienvoudigd is?
  5. Kunt u uiteenzetten hoeveel roofvogels er jaarlijks in Nederland worden verkocht, om welke soorten het gaat en welke ontwikkelingen zich voordoen in de handel in roofvogels? Zo neen, waarom houdt uw ministerie hier geen gegevens van bij?
  6. Kunt u uiteenzetten in hoeverre de in Nederland verhandelde roofvogels afkomstig zijn van Nederlandse kweek en op welke wijze deze handel wordt gecontroleerd? Kunt u garanderen dat geen enkele uil of roofvogel die in Nederland gehouden wordt, afkomstig is uit wildvang? Zo neen, hoe zit dat?
  7. Kunt u uiteenzetten welke regelgeving geldt voor het kweken, tentoonstellen en verhandelen van roofvogels? Acht u deze regelgeving voldoende met het oog op dierenwelzijn, volksgezondheid en biodiversiteit? Kunt u dit toelichten?
  8. Hebt u zicht op de aard van het consumentengedrag dat betrekking heeft op de aankoop van roofvogels? Deelt u de indruk dat er sprake is van impulsaankopen waardoor mensen onvoldoende op de hoogte zijn van de behoeftes van deze dieren? Zo ja, welke ambitie heeft u voor het terugdringen van het aantal impulsaankopen en hoe gaat u deze ambitie realiseren? Zo neen, waar baseert u dat op?
  9. Wat is de stand van zaken met betrekking tot een positieflijst van te houden diersoorten?
  10. Bent u bereid een einde te maken aan de mogelijkheid roofvogels en uilen te houden als huisdier en het organiseren van roofvogelshows aan strengere voor waarden te verbinden? Zo neen, waarom niet?

Tot zover de PvdD. Meer lezen over misstanden rondom roofvogels, klik hieronder op het label "roofvogels".

Terzijde over roofvogels:
Al meer dan veertig jaar klimt Rob Bijlsma in boomtoppen om roofvogels te bestuderen. Hij begon daarmee in de late jaren zestig, tijdens het diepste dieptepunt voor roofvogels in een grondig vergiftigde wereld. Nu zijn ze alomtegenwoordig, zelfs tot in hartje stad. Hoe valt dat te rijmen met de afname van belangrijke prooisoorten en met landschappelijke veranderingen van ongekende omvang?

04 augustus 2010

Vrijheid van honger en dorst is een grondrecht

Dieren die worden gehouden voor de slacht worden gefokt op snelle groei. Daarvoor moet het dier de neiging hebben om veel te eten. Wanneer het volwassen slachtgewicht bereikt is, wordt het dier geslacht. Dat gaat zeker in het geval van vleeskuikens extreem snel: zo’n zes tot acht weken. Langer laten leven kost alleen maar voedsel en gaat af van de winst voor de boer.
Er zijn echter ook dieren nodig die keer op keer weer jongen krijgen. Dat worden vleeskuikenmoederdieren genoemd. Maar om veel en gezonde jongen te krijgen mogen die moederdieren zelf niet al te vet zijn. Overgewicht remt de reproductie. Dat is bij mensen net zo.
Een goede haan is niet vet, zeiden de mensen vroeger al. Moederdieren krijgen dus voor hun "bestwil" minder te eten dan zij zouden willen.
Volgens Varkens In Nood lijden deze dieren honger. Het zou het mooiste zijn wanneer de ouder dieren veel afleiding zouden krijgen zodat zij niet alleen maar permanent hevige trek zouden hebben, maar ook op zoek zouden kunnen gaan naar voedsel. De dieren worden veelal in monotone betonnen stallen gehouden waarin geen afleiding is. Een uitloop naar een weide in combinatie met een stal met veel stro waarin zij nesten zouden kunnen maken zou de dieren die benodigde afleiding kunnen leveren. Wanneer de dieren ook nog eens minder op snel groeien zouden worden gefokt zou het welzijn van de moederdieren en de slachtdieren aanmerkelijk omhoog gaan. Mits zij natuurlijk in een natuurlijke omgeving zouden worden gehouden.
De huidige omstandigheden in de intensieve veeindustrie zijn in strijd met het grondrecht van dieren. Naast de vrijheid om zich natuurlijk te kunnen gedragen zouden de dieren vrijheid van honger en dorst moet hebben. Een op snel groeien doorgefokt dier wordt geschaad in haar grondrechten.

17 maart 2010

Het belang van een goede visie op dierenrechten bij de Oostvaardersplassen

De dieren in de Oostvaardersplassen lijden (in de winter en het vroege voorjaar) honger en je zou kunnen betogen dat zij in hun rechten worden aangetast.
Het CDA ziet zijn kans schoon om de Partij voor de Dieren in de discussie over bijvoeren naar de kroon te steken. Immers de dieren in de intensieve veehouderij zullen nooit voer tekort komen, want dan is de opbrengst kleiner. Voor de Partij voor de Dieren is het wat lastiger om een aansprekend standpunt in te nemen. Zij pleit ervoor om de dieren met rust te laten en het gebied van de Oostvaardersplassen zo snel mogelijk aan te sluiten op de Ecologische HoofdStructuur. Bijvoeren daar zien zij alleen maar nadelen in. Wanneer je niet de suggestie wilt doen om aan geboortebeperking te doen, dan zit je klem.
Het kost wat moeite, maar de dieren voor 1 keer bijvoeren en vervolgens een deel te steriliseren of te castreren zolang de aansluiting met de Ecologische Hoofdstructuur er nog niet is, is een maatregel die zowel recht doet aan het dierenwelzijn als aan haar rechten. Het voorkomt een overpopulatie die sterft aan ondervoeding.
Wanneer je uitgaat van het principe dat ook dieren vrijheid als grondrecht hebben, dan is deze ingreep de manier om vrijheid te behouden.
Het is opvallend dat in de discussie vrijwel niemand het begrip “intrinsieke waarde” van stal haalt. Terecht want dat begrip slaat als een tang op een varken. Hopelijk levert de discussie in het bewustzijn van het grote publiek wat meer duidelijkheid op wat natuur echt inhoudt: vrijheid om te zoeken naar voedsel en het ook daadwerkelijk te vinden.

Wie de Partij voor Dieren om uitleg vraagt krijgt het volgende, uitgebreide antwoord:
De Partij voor de Dieren begrijpt uw zorgen over de situatie in de Oostvaardersplassen en de beelden hiervan in Eenvandaag. Als er één partij is die niet wil dat dieren onnodig lijden, dan is het de Partij voor de Dieren. Wij volgen de situatie in de Oostvaardersplassen nauwlettend en vrijdag 12 maart hebben onze Kamerleden Marianne Thieme en Esther Ouwehand samen met onze fractiebioloog een werkbezoek gebracht aan dit gebied.
De Partij voor de Dieren is in principe geen voorstander van het uitzetten van dieren, zeker waar dat in omheinde gebieden plaatsvindt. Het zou niet onze keuze zijn geweest om grote grazers, runderen, paarden en edelherten uit te zetten in het gebied, maar het experiment is een gepasseerd station en dateert van voor de oprichting van de Partij voor de Dieren. Achteruitkijken is dus zinloos, het gaat erom in de huidige situatie de beste oplossing voor de dieren te vinden.
Hoewel de wens om bij te voeren begrijpelijk is, worden de dieren er niet mee geholpen. Integendeel: het bijvoeren creëert onrust in de kudde en dieren die eraan gewend raken, worden minder zelfredzaam. Het belangrijkste probleem van bijvoeren is dat het voedsel niet bij de zwakke dieren terechtkomt. Wilde grazers leven in kuddes met een sterke hiërarchie en de sterke dieren zullen het voedsel opeisen ten koste van de zwakkeren. Door de grote verstoring van het bijvoeren verspillen de dieren wel extra energie, waardoor de zwakste dieren nog kwetsbaarder worden. Het aanbieden van voer op meerdere plekken in het terrein, zoals wel eens gesuggereerd wordt, is geen oplossing voor dit probleem. De dieren leven zeer verspreid over het gebied en als ze aan het voer gewend raken, worden ze minder actief.
Door het bijvoeren komen er meer jongen dan het gebied aankan, waardoor het probleem nog groter wordt. De dieren die nu zogenaamd geholpen worden, vallen dan volgend jaar ten prooi aan de jagerslobby die onder het mom van ‘populatiebeheer’ voor de lol talloze dieren wil doodschieten. Dit actieve afschot vindt dan plaats buiten de wintermaanden. Hierdoor kan er geen verschil worden gemaakt tussen zwakkere dieren die de winter niet zouden overleven, of dieren die gezond zijn en/of belangrijke functies hebben, zoals de kuddeleiders of de moederdieren.
Ten slotte is van een ‘langzame hongerdood’ en een ‘pijnlijk proces’, waar de heer Ormel (CDA) over spreekt, geen sprake. Er is nog steeds voldoende ruwvoer aanwezig in het gebied. Boswachters en dierenartsen houden de dieren extra goed in de gaten. Dieren worden door bevoegd personeel geëuthanaseerd als het duidelijk is dat zij het einde van de winter niet gaan halen, om een lange lijdensweg te voorkomen. Staatsbosbeheer streeft ernaar in alle sterftegevallen te euthanaseren, maar dit is niet altijd mogelijk. Het komt voor dat dieren opeens dood neervallen, door met name plotselinge winterse weersomstandigheden. Hetzelfde gebeurt ook in natuurgebieden in Schotland die niet afgerasterd zijn. Omdat het om een plotselinge dood gaat, is er geen sprake van een lange lijdensweg en is vroegtijdig ingrijpen niet mogelijk.
De Partij voor de Dieren vindt het van groot belang continu te evalueren of er genoeg mankracht aanwezig is om de dieren te inspecteren en waar nodig te euthanaseren. Bij veranderende (weers)omstandigheden moet nagegaan worden of het beleid hierop aangepast moet worden. Ook het beslisschema voor euthanasie, waarmee inspecteurs inschatten wanneer een dier in aanmerking komt voor euthanasie, moet steeds kritisch worden bekeken om te kunnen garanderen dat de maatregelen telkens het gewenste resultaat opleveren. Eventuele herijking van dit beslisschema moet door deskundigen worden uitgevoerd.
De Partij voor de Dieren vindt dat in het wild levende dieren zoveel mogelijk met rust moeten worden gelaten zodat natuurlijke processen hun beloop kunnen hebben. Alleen zo worden de meest diervriendelijke omstandigheden gecreëerd voor de dieren in natuurgebieden. Wij zijn van mening dat populatiebeheer door jagers zoals op de Veluwe plaatsvindt geen acceptabele oplossing kan bieden. 80% van alle zwijnen wordt daar gedood waarbij de populatiedynamiek letterlijk aan flarden wordt geschoten. Op de Veluwe werden het afgelopen jaar 925 van de ruim 2000 edelherten doodgeschoten. Ter vergelijking, in de Oostvaardersplassen zijn er dit jaar 450 van de 2172 doodgegaan.
We pleiten ook nadrukkelijk voor het verbinden van de natuurgebieden in Nederland zodat de dieren meer migratiemogelijkheden en een groter leefgebied krijgen. Eventueel menselijk ingrijpen zal altijd zorgvuldig moeten worden beoordeeld op het daadwerkelijke effect ervan op de dieren. Vanuit het oogpunt van dierenwelzijn is bijvoeren onder de huidige omstandigheden zeer ongewenst en leidt tot het actief afschieten van voornamelijk gezonde dieren. Partijen als CDA, VVD en PVV gaan hier helaas aan voorbij.
Ik hoop dat u van me aan wilt nemen dat we alles hebben gedaan om tot een gewetensvolle en verantwoorde afweging te komen, waarbij de belangen van de dieren voor ons centraal staan.

04 februari 2010

Spreek bij seks met dieren duidelijke taal

In zijn weblog schrijft Frank Dales, directeur van de Dierenbescherming, over het verbod op sex met dieren. Hij schrijft: “Bij dezen doe ik een beroep op de moraal van de weifelende senatoren; seks met dieren is onethisch en moet op grond van de intrinsieke waarde van dieren verboden worden.” Laat er geen misverstand over bestaan: seks met dieren is niet fris maar wanneer je het vergelijkt met pedofilie, dan zeg je toch ook niet seks met kinderen is onethisch en moet op grond van de intrinsieke waarde van kinderen verboden worden.”
Een primaire reactie is “je moet met jouw poten van kinderen en dieren afblijven”. Iets meer doordacht verwoord: “kinderen en dieren moeten gevrijwaard worden van de seksuele behoeften van volwassen mensen”.
Waar het omgaat is het recht op vrijheid. Een kind kan vrij opgroeien wanneer het gevrijwaard blijft van de seksuele belangstelling van ouderen.
Tweede Kamerlid Harm Evert Waalkens is een van de politici die het wetsvoorstel heeft ingediend. Hij koos daarbij niet te spreken over seksuele handelingen met dieren, maar over ontuchtige handelingen. Wanneer hij over seksuele handelingen zou spreken, dan zou een groot deel van de intensieve veehouderij verboden moeten worden, omdat kunstmatige inseminatie een seksuele handeling met dieren is.
Dales en Waalkens vinden dat dieren uit de bio-industrie een intrinsieke waarde hebben. Dat kunnen zij vinden en zij worden daarin niet tegengesproken, want er is geen intensieve veehouder die daarmee in de praktijk grenzen kan worden opgelegd op basis van die opvattingen.
Omdat de Dierenbescherming en politici buiten de Partij voor de Dieren principes hanteren voor onze omgang met dieren slaan zij geen deuk in een pakje boter.
Het getuigt van lef om te erkennen dat dieren net als mensen recht hebben op vrijheid om zich natuurlijk te gedragen. Het zijn de mensen die zichzelf zouden moeten begrenzen in hun handelen met dieren. Mensen daartoe bewegen met de juiste taal, dat is de kunst, waarmee gewenste veranderingen in onze maatschappij op gang komen.

10 januari 2010

Grote grazers zouden uit natuurgebieden als de Oostvaardersplassen moeten kunnen wegtrekken

Uit het nieuws van zondag van 10 januari 2010: Een kudde van ongeveer honderd konikpaarden uit de Oostvaardersplassen is in de nacht van zaterdag op zondag het ijs overgestoken naar het Oostvaardersbos bij Almere. Onder het gewicht is een aantal wilde dieren door het ijs gezakt. Alle paarden kwamen op eigen kracht het water weer uit, maar één paard was zo verzwakt dat de boswachters hem moesten afschieten.
Tot zover het persbericht van Staatsbosbeheer.

In de week hiervoor laaide de discussie weer op of de dieren in het natuurgebied bijgevoerd zouden moeten worden. Door de lange tijd dat het gebied onder de sneeuw lag, dreigt er voedseltekort. Staatsbosbeheer wil de dieren aan hun lot overlaten, zodat het aantal dieren dat in de winter sterft kan oplopen tot 1200 paarden. Veel mensen maken zich over dit beleid kwaad omdat zij vinden dat dieren in nood geholpen moeten worden.
Deze kwestie maakt duidelijk dat natuurgebieden niet geïsoleerd zouden mogen zijn en via vrij toegankelijke stroken met elkaar verbonden zouden moeten zijn. Daarvoor moet akkerland wijken en ecoducten worden gebouwd over water en snelwegen. Boeren protesteren omdat zij het land goed kunnen gebruiken om mest op uit te rijden en biomassa op te verbouwen. Deze omstandigheid is ontstaan door de intensieve veehouderij en de oplopende benzineprijzen. Maar de boeren produceren hun vlees en zuivel voornamelijk voor verkoop in het buitenland en het buitenland is veel geschikter voor het produceren van biomassa. De wens van boeren om hun land te behouden kan niet anders worden gezien als het gevolg van het uit de hand gelopen landbouwbeleid na de Tweede Wereldoorlog die geleid heeft tot overproductie en schaamteloze grootheidswaanzin in de vorm van megastallen.
Het recht van een dier om uit de beperking Oostvaardersplassen te migreren naar voedselrijker gebied gaat boven het recht van een Flevoboer om te kunnen produceren. Staatsbosbeheer mag beweren dat de dieren het ijs niet zijn opgegaan door honger gedreven en dat bijvoeren van de dieren gevaarlijk is, omdat zij geen mensen gewend zijn. Mogelijk allemaal waar, maar het zou een grondrecht van dieren moeten zijn om in echte natuurlijke omstandigheden zich vrij te bewegen.
Daarboven hebben de paarden, edelherten en runderen in het Oostvaardersplassengebied geen natuurlijke vijanden (roofdieren als wolf of lynx). Waarmee Moeder Natuur de mogelijkheid ontnomen wordt om relatief snel een dier uit z'n lijden te laten verlossen….

24 december 2009

Vooruitblik: minder dieren op het bord

Bijna is het eerste decennium van de 21ste eeuw voorbij. Hoe waren de ‘jaren nul’? In zeven afleveringen blikt de Volkskrant terug. Aflevering 3: vlees onder vuur.

Het overzicht eindigt met de volgende conclusie.
En of het nu was wegens het dierenleed, wegens het klimaat of wegens de gezondheid: al met al gebeurde er iets bijzonders: (veel) vlees eten is uit.

Tot zover de Volkskrant.

Citaat: "Het is de vraag hoe groot de invloed van het opkomende dierenrechtenactivisme op die trendbreuk is geweest".
In hetzelfde artikel en ook in de zaterdag daarvoor in het artikel over de PvdD concludeert de Volkskrant dat de PvdD nog weinig bereikt heeft. De PvdD denkt daar anders over.

Hoe het ook zij, er is beweging in de starheid waarmee de Nederlander vasthoudt aan een dagelijkse portie vlees op het bord.
Elders op het Internet groeit het ongenoegen bij de agrosector dat vlees zo in een kwaad daglicht staat.

De impact van degenen die zich inzetten voor het welzijn van dieren had veel groter geweest wanneer de aandacht zich had gericht op het leven dat een dier heeft voor zijn dood in plaats van het feit dat een dier gedood wordt voor consumptie.
Voor mens en dier geldt "de kwaliteit van het leven is evenredig met de ruimte die zij krijgen om zichzelf te zijn". Met andere woorden krijgt het dier de vrijheid om haar soorteigen gedrag te vertonen. De basis van die gedachte is recht op vrijheid.

Voor het komende decennium zou het een mooie gedachte zijn wanneer iedereen, dat wil zeggen de mensen die het voor het zeggen hebben en degenen die denken dat zij niets in te brengen, zich realiseren dat iedereen elke dag iets voor dieren kan doen. Vrijheid als grondrecht voor dieren laat zich in de eerste plaats voor ieder mens zo vertalen dat we proberen af te zien van handelingen die de vrijheid van dieren onnodig beperken. De waarheid hiervan is des te gemakkelijker te accepteren wanneer we voor "dieren" "mensen" invullen.
Wanneer we ook nog eens lekker leren koken zonder vlees dan worden wij mensen van die vrijheid ook nog eens beter.

08 december 2009

Wet dieren met tandeloze amendementen gecompliceerd

Dinsdag 8 december 2009 stemde de Tweede Kamer over de nieuwe Wet dieren. Marianne Thieme doet verslag op haar weblog.

Verder hebben we gestemd over alle moties en amendementen voor de nieuwe Wet dieren en voor de Landbouwbegroting 2010. Een wet die in de plaats komt van de huidige Gezondheids- en welzijnswet voor dieren. Het is een waardeloze wet geworden die dankzij een aantal amendementen en moties toch nog een beetje diervriendelijker gemaakt is en op een paar punten zelfs diervriendelijker dan de huidige gezondheids- en welzijnswet voor dieren. Zo is er een amendement aangenomen die de intrinsieke waarde van dieren (de waarde die het dier van zichzelf heeft los van het nut voor de mens) nog nader invult door ook de vijf vrijheden van Brambell toe te voegen.
Die vijf vrijheden zijn de volgende.

Dieren zijn vrij:
1. van dorst, honger en onjuiste voeding;
2. van fysiek en fysiologisch ongerief;
3. van pijn, verwondingen en ziektes
4. van angst en chronische stress;
5. om hun natuurlijk (soorteigen) gedrag te vertonen.

Teleurstellend was wel dat dit amendement (afkomstig van de coalitiepartijen) slechts uitging van de gedachte dat dieren enkel wezens zijn met gevoel. Het is al heel lang bekend dat dieren levende wezens zijn met niet alleen gevoel maar ook met bewustzijn.

Tot zover de weblog van Marianne Thieme.

Het is een goede zaak om de vrijheden te betrekken bij dierenrechten. De gedachte daarachter is vrij simpel dat dieren recht op vrijheid hebben, zoals de grondrechten voor mensen ook zijn gebaseerd. Jammer is dat gevoel en bewustzijn erbij worden gehaald, want hiermee ligt ook het gevaar van discriminatie tussen diersoorten op de loer. Het is niet voor niets dat bij de Franse revolutie simpelweg werd gesteld “vrijheid, gelijkheid en broederliefde”. Door te betogen dat dieren met bewustzijn en gevoel meer rechten zouden moeten hebben dan andere dieren, wordt een eindeloze discussie gestart over waar de grens moet worden getrokken. Was de pleidooi voor dierenrechten simpelweg gebaseerd op vrijheid dan hadden vrijwel alle levende wezens hieronder kunnen worden geschaard.

16 november 2009

Wat is een redelijke straf voor dierenbevrijdster?

29 oktober 2009 werd Frederieke S. opgepakt bij het bevrijden van nertsen in het Gelderse Barchem. Wim Verhagen, voorzitter van de Nederlandse Federatie van Edelpelsdierhouders, kondigt aan om een schadeclaim in te dienen bij Frederieke en anderen die eventueel worden opgepakt.
Wat is de waarde van een dierenhuid verkregen in een industrie die verboden gaat worden? Wat is de schade die een nertsenhouder heeft, wanneer hij zelf de dieren afmaakt, omdat hij niet meer weet uit welk hokje een losgelaten nerts vandaan kwam?
Is het eisen van een schadevergoeding terecht? Frederieke bevrijdt dieren omdat zij vindt dat nertsen niet voor de productie van bont gehouden en gedood zouden mogen worden. Dat is een grote meerderheid van de Nederlanders met haar eens en de politiek probeert al jaren de nertsenhouderij verboden te krijgen. Dat gaat stroperig omdat met het verbieden van de nertsenhouderij een precedent geschapen wordt voor een verbod van de intensieve veehouderij. Het is een beetje een kwestie van definitie of je dieren die gehouden worden voor kleding op een één lijn stelt met dieren die gehouden worden voor voedsel. Voedsel heb je nodig en bont niet. Maar het is voor onze gezondheid niet nodig om vlees te eten en het zeker niet nodig dat vlees geproduceerd wordt op de schaal waarop Nederland dieren houdt. Tweederde is bestemd voor de export. Er is op aarde voedsel en kleding genoeg en het klimaat wordt ook nog eens door de vleesproductie opgewarmd.
Terug naar de vraag of Frederieke straf zou moeten krijgen en een schadevergoeding zou moeten betalen.
In tijden van oorlog is het gemakkelijk om een bevrijdingsactie van mensen waarbij schade wordt aangericht aan te voeren als redelijke doel. In vredestijd wordt de basis van het recht niet anders, maar wordt kritischer gekeken naar de methode die wordt gehanteerd om een doel te halen. De basis van het grondrecht voor mensen is vrijheid en voor wie niet wil discrimineren zou de basis van dierenrechten ook vrijheid moeten zijn. Het houden van pelsdieren voor bont wordt door de Nederlanders niet als redelijk doel gezien.
Moet daarom het bevrijden van dieren zonder straf blijven, immers moreel heeft Frederieke zeker gelijk. Nee, helaas, voor Frederieke geldt dat een bevrijde nerts niet bijdraagt aan de vergroting van de vrijheid van het dier of van andere dieren in de Nederlandse natuur. Het loslaten van dieren in een biotoop waarin deze dieren niet voorkomen wordt gezien als faunavervalsing. De kans is bovendien groot dat het dier niet gewend is om de eigen kost op eigen kracht bij elkaar te vinden.
Het is daarom geen goed idee om nertsen te gaan bevrijden.
Maar de rechter kan in deze zaak toch de kool en de geit sparen. Wanneer de rechter Frederieke en anderen zou veroordelen tot het betalen van een geldbedrag aan een organisatie die zich richt op het welzijn van dieren, dan is het rechtsgevoel van de meeste Nederlanders wel bevredigd. Deze zaak verdient het om in de geest van de grondwet te handelen.

08 juli 2009

De Staat van het Dier, oftewel dierenwelzijn gemeten

Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) laat op aandrang van de Tweede Kamer het dierenwelzijn en de dierengezondheid meten. Nederland is daarmee het eerste Europese land die dat doet. Jaarlijks gaat LNV het rapport ‘De Staat van het Dier’ uitbrengen. De eerste editie verschijnt in februari 2010.
In rapport 221 van de Animal Science Group uit Wageningen zijn de ambities van het LNV te lezen:

Nota Dierenwelzijn
De ambitie is, dat de samenleving de komende jaren:
• meer inzicht krijgt in en respect ontwikkelt voor het natuurlijk gedrag en de daaraan gerelateerde behoeften van dieren in hun omgeving; en
• haar omgang met en de wijze van houden van dieren daar op aanpast, inclusief het aankoopgedrag van dieren en dierlijke producten. De Nederlandse samenleving zal qua dierenwelzijn in de Europese voorhoede opereren.

Deze ambitie wil het kabinet in 15 jaar realiseren via de volgende vijf lange termijn doelstellingen, te weten:
1. Het perspectief van het dier is leidend bij de inrichting van stallen en de bedrijfsvoering, zonder dat andere aspecten als economie, milieu, diergezondheid, voedselveiligheid en arbeidsomstandigheden uit het oog worden verloren.
2. Gehouden dieren kunnen behoeften, voortvloeiend uit hun natuurlijk3 gedrag, uiten en krijgen daglicht, hebben voldoende ruimte en ondergaan geen fysieke ingrepen als gevolg van de wijze van houden.
3. Gehouden dieren zijn in principe zichtbaar voor burgers, ofwel in het landschap, ofwel op het bedrijf.
4. Houders van hobby) en gezelschapsdieren beschikken over voldoende kennis, informatie en ondersteuning om hun verantwoordelijkheden te nemen bij de aankoop, huisvesting en verzorging van de dieren en handelen hiernaar.
5. Consumenten beschikken over voldoende kennis informatie en ondersteuning om in redelijkheid een afweging te kunnen maken bij hun aankoop van dierlijke producten wat dierenwelzijn betreft.

De Nota Dierenwelzijn gaat voor dierenwelzijn uit van de ‘Vijf vrijheden’ als aangegeven door de Commissie Brambell. Deze vijf vrijheden:
1. Vrij van honger, dorst of onjuiste voeding
2. Vrij van thermaal en fysiek ongerief
3. Vrij van pijn, verwonding of ziekte
4. Vrij van angst en chronische stress
5. Vrij om soorteigen gedrag te uiten
worden wereldwijd als uitgangspunt voor dierenwelzijn gehanteerd. Lastig is, dat ze als zodanig niet zijn geoperationaliseerd en er dus geen eenduidige indicatoren voor bestaan. Intuïtief zijn ze goed te interpreteren, maar elke diersoort heeft in elke levensfase een eigen specifieke invulling.

Tot zover rapport 221.

De opmerking dat “het lastig is dat de vrijheden niet zijn geoperationaliseerd” moet zo worden gelezen dat de sector het maar al te comfortabel vindt dat niemand het ontbreken van de vrijheden in de praktijk als juridische onderbouwen kan aandragen voor de rechter om de bio-industrie te laten verbieden. Consumenten voelen op hun klompen aan (“kunnen intuïtief goed interpreteren”) dat het niet klopt in de intensieve veehouderij.
Het gebrek aan onomstotelijk bewijs over het ontbreken van dierenwelzijn maakt dat de agrosector voorlopig haar gang kan blijven gaan en nog lang zelfs het doen van onderzoek naar dierenwelzijn kan gebruiken om tegenstanders aan het lijntje te houden.
De vijf vrijheden hebben evenveel met welzijn als met grondrechten te maken. En deze constatering zou ogenblikkelijk moeten leiden tot inperking van de omvang van de intensieve veehouderij.

26 juni 2009

Geef handhavers de bevoegdheid dieren vrij te laten

Uit het vakblad voor handhavers op het gebied van Dier en Milieu, jaargang 84, april 2009/2.

In een vorig nummer van Dier en Milieu staat ons relaas van een vogelhandelaar, waarbij we vijftig beschermde inheemse vogels in beslag namen. Nu was het de beurt aan een jongeman, die dacht hieraan ook een leuke bijverdienste te hebben. Het bleek een 'startende' handelaar, die regelmatig adverteerde op Internet - Marktplaats en Vogelmarktplaats.
We zagen kort achter elkaar advertenties, waarin inheemse zangvogels voor 'lage' prijzen te koop werden aangeboden. De aantallen, soorten en prijzen gaven ons te denken. Hij adverteerde onder z'n achternaam en 06-nummer. Via een GBA-controle bij de gemeente Veenendaal kwamen we snel achter z'n adres en op een late namiddag stonden we bij hem óp de stoep'. De verdachte was die middag, samen met z'n vader, de volière aan het uitbreiden.
In deze volière zaten vier koppels geringde inheemse vogels, te weten kruisbekken, goudvinken, kneuen en baardmannetjes. Bij een 'voorcontrole' hadden we al gemerkt dat er ook vogels in een schuurtje zaten. Hierin zat z'n handelsvoorraad, in totaal achtenzestig vogels. Steekproefsgewijs controleerden we uit elke kooi en uit de volière een geringde vogel, waarbij we zagen dat de vogels Belgische pootringen hadden en dat er met de ringetjes geknoeid was. Reden om alle vogels voor nader onderzoek in beslag te nemen. Bij de vogelopvang zijn alle achtenzestig pootringen onder een vergrootglas en met een digitale schuifmaat onderzocht. De ringen waren vervormd en beschadigd en de binnendiameter van de ringen kwam niet overeen met de ringmaatopschriften op de ringen. Het waren dus duidelijk gemanipuleerde ringen. De aangehouden handelaar verklaarde dat hij via Internet-marktplaats in contact was gekomen met een Belg. Hij had inmiddels al drie keer een partij inheemse vogels van deze Belg gekocht. De levering vond dan plaats op een parkeerplaats bij de grensovergang. De vogels, die we nu in beslag namen, vooral kruisbekken, groenlingen, geelgorzen en putters, had hij een week geleden gekocht voor 750 euro. Hij had ze direct op Marktplaats te koop aangeboden. Een aantal vogels was alweer verkocht maar moesten nog afgehaald worden.
De conditie van met name de putters was slecht, deze vogels waren vermagerd en er lagen al een paar dode vogels in de kooien tijdens de inbeslagname. Deze vogels 'zaten nog niet op zaad', zoals dat heet in de handel.
Het is, ook voor ons als ervaren handhavers, iedere keer weer triest om te horen en te zien dat zulke mooie vogels gevangen zijn en respectloos verhandeld worden.

Tot zover Politie, dier en milieu.

Kan iemand uitleggen waarom een handhaver niet gewoon de wettelijke bevoegdheid krijgt om vogels die in Nederland in het wild voorkomen ook ter plekke gewoon de vrijheid te geven?

17 juni 2009

Is biggensterfte in de natuur hoger dan in de bio-industrie?

Nuancering ontbrak in berichtgeving Varkens in Nood volgens Trouw.

In een Videobrief van de hoofdredactie van dagblad Trouw op 12 juni 2009 wordt de stelling verdedigd dat over de berichtgeving over biggensterfte de nuance ontbrak. "De varkenshouder weet biggensterfte te beperken en doet het beter dan de natuur", zegt hoofdredacteur Willem Schoonen op de video.

Volgens Schoonen zou in de vrije natuur 50% van de jonge zwijntjes niet tot wasdom komen. Hij ziet dat als een bewijs dat de Nederlandse varkenshouder goed voor zijn dieren zorgt. In de Nederlandse varkenshouderij worden alle vleesvarken geslacht vlak voor dat zij volwassen worden, maar de biggensterfte is volgens hem in de intensieve veehouderij het laagst. Biggen en zeugen die wat meer ruimte om te bewegen krijgen willen nog weleens hardhandig met elkaar in aanraking komen. Het aantal dieren dat door "doodliggen" sterft is in de biologische sector hoger.
Willem Schoonen mist het punt waar het om gaat: de kwaliteit van het leven. Dieren in de vrije natuur lopen grotere gevaren om het leven te laten. Maar de kwaliteit van hun leven is oneindig veel hoger. Vrijheid is een grondrecht voor dieren, althans zou dat moeten zijn.
Ondertussen zijn de varkenshouders trots over het relatief grote aantal dieren dat levend het slachthuis bereikt. Hoe verknipt kan een discussie gevoerd worden?

Met de persberichten over het grote aantal dieren dat sterft voor de slacht in de bio-industrie en de incidenten met levende dieren die herhaaldelijk worden aangetroffen door destructiebedrijf Rendac wil Varkens In Nood aandacht voor het ontbreken van goede euthanasiemethoden voor varkenshouders.
Zeugen werpen aan de lopende band en wekelijks sterven er op een varkensbedrijf biggen (tussen 2003 en 2008 steeg het percentage "uitval" van 13,8 naar 14,8). Zou de varkenshouder daarvoor telkens de dierenarts moeten laten komen dan kost hem dat de winstmarge op het houden van varkens (2 euro). De varkenshouder laat daarom de zwakke biggetjes (of die waar de zeug deels op heeft gelegen) al dan niet actief sterven. Hoe dat gaat? Dat wilt u niet weten.
Dat de kwestie toch een commotie oplevert heeft er mee te maken dat het publiek twee zaken door elkaar haalt. Dat dieren gehouden worden om gegeten te worden en dus geslacht is niet problematisch door het doden, maar door de wijze waarop zij worden gehouden. De Nederlandse bio-industrie produceert voornamelijk voor de export. Het moet dus zo goedkoop mogelijk. Heb je daar moeite mee, dan moet je geen vlees eten. Ook de keuze voor biologisch vlees helpt het dilemma niet om zeep.
Het stoppen met vlees eten heeft allerlei voordelen, niet in de laatste plaats voor de komende problemen met de opwarming van de aarde en de energieverspilling van het zinloos vervoeren van veevoer en vlees over de aarde.
Als je stopt met vlees eten hoef je alleen een korte tijd je een klein beetje te verdiepen in anders koken. Dat is een kleine moeite, maar dan hoef je je niet meer in bochten te wringen om je geweten te ontlopen. En als je het goed doet, leef je ook nog gezonder en eet je smakelijker.

28 mei 2009

Thieme hekelt schijngroene opstelling politici tijdens verkiezingstijd

Iedereen is groen deze week!

De Grüne Woche van de Nederlandse politiek is weer begonnen. Politici buitelen over elkaar heen om het bewijs te leveren hoe groen en diervriendelijk ze zijn. Want groen is de kleur die betrokken kiezers aanspreekt, en andere kiezers worden nauwelijks verwacht bij de Europese stembus op 4 juni 2009. Omdat ze geen reden zien hun stem uit te brengen.
Het is verheugend te zien dat zoveel politici de groene thema’s ontdekt hebben sinds de Partij voor de Dieren haar electorale doorbraak beleefde als eerste politieke partij ter wereld die niet de mens centraal stelt. De Partij voor de Dieren heeft zich vanaf het begin van haar bestaan ten doel gesteld dierenwelzijn en milieu hoog op de politieke agenda te zetten en andere politieke partijen aan te sporen hetzelfde te doen. Tijdens de Europese verkiezingen van 2004 waren de eerste resultaten van deze inzet te zien: de Partij van de Arbeid, GroenLinks, SP en D66 zetten, geprikkeld door de opmars van de Partij voor de Dieren, op het laatste moment een groen slotoffensief in om te voorkomen dat groene kiezers zouden overstappen. Ze beloofden de dieren een hemel op aarde, waarbij het manifest dat Harm Evert Waalkens schreef in opdracht van Wouter Bos, het verst ging.
De PvdA stelde vlak voor de verkiezingen dat dieren gevrijwaard zouden moeten zijn van honger, dorst en ondervoeding, vrij van fysiek ongerief, vrij van pijn, verwonding en ziektes en gevrijwaard tegen angst en chronische stress. Bovendien zouden dieren de gelegenheid moeten hebben om hun normale gedrag te kunnen uitvoeren. Er zou een toetsingskader moeten komen van wat je wel en niet met dieren mag doen, er zou een houdverbod voor exotische dieren moeten komen, er zou een eind moeten komen aan het gesleep van dieren door Europa, er zou een castratieverbod komen voor biggen, een verbod op het couperen van schapenstaarten, kippen zouden niet langer in kooien gehouden mogen worden, ruiming van gezonde dieren bij dierziekten-uitbraken zou verboden moeten worden en mishandeling en verwaarlozing van dieren zou streng bestraft moeten worden.
Een hemel op aarde dus voor dieren in Europa, en ook D66 beloofde koeien met gouden horens. GroenLinks startte kort voor het referendum over de Europese grondwet zelfs een burgerinitiatief om de lengte van veetransporten in te perken tot maximaal 6 uur en beloofde 1 miljoen handtekeningen in te zullen zamelen om het onderwerp op de Europese kaart te zetten.
De weg naar een Groen Europa was geplaveid met goede voornemens, en de huidige campagne lijkt in dat opzicht een herhaling van zetten.
Maar kennelijk misten de Nederlandse Europarlementariërs de afgelopen 5 jaar een groene aanjager, want vrijwel alle prachtige groene verkiezingsbeloften vielen in het water. Of erger, van veel ervan werd niets meer vernomen.
De Partij van de Arbeid was bij monde van Thijs Berman “zeer tevreden” dat er voortaan nog maar 38 kilo (levende) kippen mag worden gehouden per m2 , we hebben het dan dus nog altijd over 19 kippen-op-een-kluitje waarvoor de vrijheden die de PvdA in haar verkiezingsmanifest bepleitte niet of nauwelijks gelden. Zijn fractiegenote Dorette Corbey pleitte zelfs voor het toestaan van het rapen van kievitseieren, een bedreigde soort nota bene, en stoorde zich aan procederende milieuorganisaties die wilden dat de Natura 2000 afspraken nagekomen zouden worden.

D66 pleitte 3 dagen voor de verkiezingen voor vergaande actie van politiek en supermarkten om dierenleed drastisch in te perken, maar kwam daar in het Europees Parlement niet of nauwelijks meer op terug. Er werd door D66 in het Europees Parlement vooral gepleit vóór genetische manipulatie en het niet uitsluiten van kernenergie.
En GroenLinks, de Partij zich erop voor laat staan de groenste agenda te hebben? Het Europese burgerinitiatief werd met stille trom stop gezet voor het beoogde resultaat ook maar in de verste verte in beeld was. Gewoon stekker eruit, een dode link voor wie wil kijken wat er met zijn handtekening gebeurd is. Staaltje goedkope propaganda die kennelijk niet gebaseerd was op oprechte zorgen over veetransporten.
In de afgelopen 5 jaar dat Joost Lagendijk en Kathalijne Buitenweg in het Europees Parlement zaten hebben ze nauwelijks aandacht gevraagd voor het welzijn van dieren. Buitenweg stelde slechts 10 vragen in 5 jaar tijd die betrekking hadden op dierenwelzijn, en van die vragen ging er slechts één over veetransport. Joost Lagendijk deed helemaal niets aan het agenderen van dierenwelzijn en beide GroenLinksers schitterden door afwezigheid als het ging om het indienen van ontwerp resoluties over dierenwelzijn of over het indienen van adviezen over dierenwelzijn of dierenrechten.
Beiden namen niet deel aan plenaire debatten over landbouw, duurzaamheid en dierenwelzijn, klimaat of vergelijkbare groene onderwerpen.

Groen zijn is meer dan de inzet van een Toyota Prius in verkiezingstijd of greenwashing tijdens referendumcampagnes. De Nederlandse politieke partijen die een groen verkiezingsprogramma hebben, hebben aangetoond Groen als niet meer te beschouwen dan een bijgerecht.
Dat is te weinig, de kiezer is nu aan de beurt dat te beoordelen. Zonder gangmaker, zal het Europees beleid in de komende jaar niet groener worden dan in de afgelopen 5 jaar het geval was. Het groene boeket dat nu gepresenteerd wordt verlept na een week, en dat doet geen recht aan alle mooie beloften die keer op keer gedaan worden.

Marianne Thieme, voorzitter Partij voor de Dieren
Bijlagen: Diervriendelijk Manifest PvdA en D66

Bijlagen:
Diervriendelijk manifest PvdA


PvdA wil vijf vrijheden voor dieren

08-06-2004
De PvdA wil aan de hand van de vijf dierenvrijheden en 10 actiepunten het dierenwelzijn structureel verhogen. 'Wij hebben dierenwelzijn hoog in het vaandel staan', aldus PvdA-lijsttrekker Max van den Berg en Tweede-Kamerlid Harm Evert Waalkens. In het Europees Parlement en in de Tweede Kamer hebben we ons sterk gemaakt voor een goede regeling voor dierenvervoer. Helaas kiezen CDA en VVD dan weer voor de vleesindustrie en niet voor de dieren. De PvdA roept het kabinet Balkenende op om tijdens het Europees voorzitterschap te komen tot een goede Europese regeling die een eind maakt aan het gesleep met dieren door Europa.

De PvdA vindt dat sprake is van grootschalige en onacceptabele verwaarlozing van het dierenwelzijn. De beschaving van de maatschappij kun je aflezen aan de omgang met dieren. Er is internationaal overeenstemming onder wetenschappelijke experts over de randvoorwaarden voor dierenwelzijn. De PvdA noemt dit de vijf dierenvrijheden:

1. Dieren zijn gevrijwaard van honger,dorst en ondervoeding
2. Dieren zijn gevrijwaard van fysiek en fysiologisch ongerief
3. Dieren zijn gevrijwaard van pijn, verwonding en ziektes
4. Dieren zijn vrij om het normale gedrag te kunnen uitvoeren
5. Dieren zijn gevrijwaard van angst en chronische stress

Met de volgende tien actiepunten wil de PvdA ervoor zorgen dat aan deze voorwaarden voldaan wordt:

  1. Er moet een ethisch toetsingskader komen voor het houden van dieren. Het houden van landbouwhuisdieren voor melk, vlees of wol is bijvoorbeeld wel heel iets anders dan het doden van dieren voor de pels of de huid. De PvdA wil nertsenfokkerijen verbieden.
  2. Het opstellen van een lijst van dieren die je mag houden, zowel voor landbouwhuisdieren als hobbydieren. Het is toch te gek voor woorden dan we hier allerlei exotische dieren naar toe halen die hier niet horen en dan ook nog onder erbarmelijke omstandigheden.
  3. Er moet een eind komen aan het gesleep met dieren kris kras door Europa. Minister Veerman moet tijdens het Nederlands voorzitterschap dit opnieuw agenderen na het debacle van een aantal weken terug waar de ministers van Landbouw niet tot overeenstemming kwamen en CDA en VVD in het Europees Parlement onverkort kozen voor de vleesindustrie.
  4. Het opstellen van een verbod op het castreren van biggen en het knippen van tanden.
  5. Het verbieden van het couperen van schapenstaarten. Hiermee wordt de intrinsieke waarde van dieren aangetast.
  6. Geen legbatterijen, dus stoppen met het houden van kippen in kooien.
  7. Stoppen met het doden van miljoenen gezonde dieren ingeval van een dierziekte-uitbraak en gebruik maken van inentingen met (marker) vaccins.
  8. Aanscherpen van de Gezondheid- en Welzijnswet voor dieren op het punt van strafbaarstelling van mishandeling, seks met dieren en systematische verwaarlozing van dieren.
  9. Stimuleren van biologische en duurzame landbouw en een einde maken aan de geldverslindende en concurrentievervalsende Europese landbouwsubsidies, die alleen maar zorgen voor overproductie.
  10. Aanpassen van de huisvesting aan de dieren en niet andersom.

De komende jaren zullen bepalend zijn of we erin slagen om de intensieve veehouderij om te vormen naar een diervriendelijke, biologische en duurzame landbouw. Dat moet, want dieren in de intensieve veehouderij zijn vergaand ondergeschikt gemaakt aan kostenefficiëntie. De gevolgen daarvan voor het dier en het dierenwelzijn zijn te groot. De PvdA kan en wil daarom dat het dierenwelzijn, net als sociale normen, het milieu en voedselveiligheid als een collectieve waarde wordt beschouwd en dus bescherming geniet.
D66

Dierenwelzijn vraagt actie politiek en supermarkten

Persbericht, 7 juni 2004
D66 wil actie van de regering én van supermarkten om het dierenwelzijn in Nederland te verbeteren. Vandaag spreekt de Tweede Kamer over de toekomst van de bio-industrie. Kamerlid Boris van der Ham zal namens D66 een actieplan lanceren om het dierenwelzijn te verbeteren. De Democraten willen onder meer een verbod op de genetisch gemodificeerde kip die zichzelf kreupel eet. Daarnaast wil D66 niet langer wachten op regelgeving uit Europa. Van der Ham: Minister Veerman heeft zelf gezegd dat onze afzetmarkt het gebied beslaat tussen de driehoek London-Parijs-Berlijn. Laten we dan ook met Noord-Europa een kopgroep vormen die aan de rest van Europa laat zien dat je ook concurrerend kunt zijn als je wel rekening houdt met de belangen van het dier .

De belangrijkste punten uit het D66-actieplan:

De Nederlandse regering moet:

- zo snel mogelijk verbieden van het fokken van genetisch gemodificeerde vleeskippen voor productie. Deze kippen worden geselecteerd op hun eetdrift en zakken door het vele eten door hun poten. Minister Veerman moet geld stoppen in het onderzoek naar het terugfokken van deze kippen, zodat ze trager groeien.

- geld steken in het onderzoek naar en de toepassing van alternatieve en veel ruimere vormen van huisvesting voor varkens, zoals al door Universiteit Wageningen al is gestart.

- illegale diertransporten en bijladingen (zoals onlangs bleek in België) hard aanpakken. De Nederlandse politie moet ook buiten de landsgrenzen Nederlandse transporten kunnen volgen en zo nodig bekeuren. Hierover moeten afspraken worden gemaakt met andere Europese landen. Nederlandse veetransporteurs moeten overal en onverkort voldoen aan de Nederlandse eisen, waar ook in Europa.

- ophouden met te wijzen naar de Europese Unie als het gaat over regelgeving. D66 wil een kopgroep in Europa van een aantal West-Europese landen die vooruit lopen op Europese regelgeving. Te beginnen met het verbieden van (onverdoofd) castreren van varkens en het verbieden van kooien voor kippen.

Regelgeving door de overheid lost echter niet alle problemen op. Net zoals supermarkten in andere landen, moeten Nederlandse supermarkten vlees uit hun schappen weren dat onder erbarmelijke omstandigheden voor tot stand is gekomen.

D66 vindt dat de Nederlandse supermarkten binnen twee jaar een convenant moeten sluiten waarin ze afspreken:
  • dat ze geen vlees verkopen waar op levende dieren is ingesneden. Dus geen vlees van biggen die onverdoofd zijn gecastreerd, geen staarten afhakken, geen snavels en tanden afknippen
  • dat er geen import van dierlijke producten plaatsvindt afkomstig uit landen waar géén of onvoldoende toezicht is op dierwelzijn
  • dat ze geen vlees verkopen dat voortkomt uit diertransporten langer dan 8 uur
  • dat ze geen vlees verkopen waar dieren honger voor hebben geleden, zoals bij ouderdieren en kalveren.

30 maart 2009

Vereniging Peace Consumer wil via bankrekening vrijheid kwetsbare groepen verdedigen

PEACE Consumer gaat 4 verenigingen van bankrekeninghouders oprichten

PEACE Consumer gaat voor de vier grootste Nederlandse banken onafhankelijke rekeninghouders-verenigingen oprichten. Het gaat om ABNAmro-Fortis, ING, Rabobank en de SNS-bank. Deze verenigingen willen als stakeholder namens de klanten van de banken medezeggenschap claimen over voor rekeninghouders belangrijke zaken en zo een einde maken aan de eenzijdige macht van de aandeelhouders bij drie van de vier banken. Bij de coöperatieve Rabobank zijn geen aandeelhouders. Ook daar gaat het om een vergroting van de invloed van de rekeninghouders via medezeggenschap.

Elders op de site is te lezen (citaat):

VREDE/PEACE wordt bevorderd door eerlijke produktie. Produktie met respect voor de vrijheden, rechten en waarden van
P eople/mensen
E arth/aarde
A nimals/dieren
C ulture/cultuur
E nvironment/milieu

People

Echte vrijheid is dat je in alle levenssituaties zowel vrij bent als je vrij voelt. Zowel in je huiselijke situatie, in je dagelijkse leefwereld als in de overkoepelende sociale, economische en maatschappelijke structuren, zowel nationaal als mondiaal. Het begrip vrijheid is vanzelfsprekend een abstractie, een utopie. Wat belangrijk is, is dat je je als mens vrij voelt. De subjectieve beleving dus van het begrip vrijheid. In elke levenssituatie (micro, meso en macro) kan er sprake zijn van vrijheid en onvrijheid. Het gaat er daarbij om dat je je als mens vrij voelt, zowel gevoelsmatig, emotioneel, cognitief als fysiek.
Vrijheid wordt hier opgevat als de afwezigheid van angst en de aanwezigheid van hoop, verwachting en toekomstperspectieven gebaseerd op reële mogelijkheden.

Animals

De waarden van dieren omvatten alle dierenrechten van dieren. Het gaat daarbij zowel om huisdieren, productiedieren, proefdieren, zwerfdieren, dieren in de vrije natuur en alle overige dieren. Uitgangspunt is de intrinsieke waarde van een dier. Tot op heden zijn de vrijheden voor dieren slecht geregeld. Uitgangspunt daarbij zijn de standpunten waarover in grote lijnen overeenstemming bestaat binnen de organisaties die zich bezig houden met de rechten en belangen van dieren en de bescherming van dieren. Voor zover deze standpunten in wetten en regels zijn vastgelegd moeten deze geëerbiedigd worden. De dierenrechten zullen verder uitgebreid en geregeld moeten worden.

Tot zover een paar citaten van de website.

Je kunt natuurlijk ook direct overgaan naar een bank die op bovenstaande aspecten verantwoordelijk(er) werkt. Welke banken dat zijn? Vergelijk ze via de Eerlijke Bankwijzer.

06 februari 2009

Vleesconsumptie en vrijheid

Voor de vleeseters uit de tijd voor de koelkast was het eten van vlees een gebeurtenis verbonden met feest. Vlees was niet houdbaar, dus als je deelde met de rest, dan ging er geen vlees verloren en hoefde de ander even niet naar voedsel te zoeken. Kortom: men kreeg een tijdje vrijaf.
De moderne mens heeft het dier zijn vrijheid afgenomen om permanent over voedsel te beschikken. Door de vrije markt economie is de boer als producent van vlees en zuivel zelfs in de verleiding gekomen om het dier nog meer vrijheid af te nemen, in de vorm van kostprijsverlaging, ten koste van dierenwelzijn. Hij kan nu nog meer geld verdienen en de consument kan geld besparen. Het is een win-win-situatie voor mensen met weinig last van hun geweten.

In groter, globaal verband valt het gedrag van de mens in het uitbuiten van de aarde te benoemen als parasitair gedrag. De (uit)zuigende werking van de hebzucht is respect- en grenzeloos. Het leidt tot verslaving en slavernij. Omgaan met vrijheid is omgaan met (ethische) grenzen, niet alleen met de draagkracht van het milieu, de medemens, maar ook van het dier en de natuur.

24 december 2007

Goede voornemens en het rijke roomse leven

Na een rijk Rooms leven, treedt de wijze bisschop Muskens in in een klooster.

In een interview met Milieu Magazine (december 2007) wordt hem gevraag of hij ook biologische producten koopt.
Voor kopen van biologische groenten hoeft u maar dinsdag's de voordeur uit te gaan.
"Ik heb die markt destijds nog geopend: ze hadden me gevraagd omdat ik van de boerderij kom. Maar mijn huishoudsters gaan over de boodschappen. En die vinden de producten op de markt te duur, ze hebben maar een beperkt budget".

Is dat ook niet eigenlijk een kwestie van prioriteiten stellen? Waar geef je je geld aan uit?
"Dat klopt: je moet je er toe zetten".

Tot zover. Het is goed dat de bisschop zijn huishoudsters niet aanzet tot het stelen van biologische groente, maar erg sterk is zijn verhaal niet.

Zijn laatste woorden in een interview met de Volkskrant waren de volgende.

'Ik treed in met een gerust geweten. Ik ben klaar met het leven en ga mij voorbereiden op de dood. Het is een stadium van Godsaanraking. Van vrij worden van deze wereld. Vrij van bezit. Vrij van de sigaren. Vrij van doen, doen, doen. Om uiteindelijk helemaal vrij te worden en dood te gaan. Ik verlang naar de eeuwigheid'.
'Dood is een bevrijding, hè. Niet alleen van de aardse ellende, het is de ultieme bevrijding. Bij God hoop ik zo vrij te zijn dat ik nooit meer iets over het broodje hoef te zeggen'.
Muskens lacht en besluit in onvervalst Brabants. 'Kunde hier iets mee'?

Tot zover het interview.

Voor de jonge dieren in de bio-industrie in zijn bisdom is het leven minder rijk. Ook voor hun is de slacht een bevrijding. Een bevrijding van de ellende van een prikkelarm leven om op uw brood te eindigen.

Mensen die bij het nieuwe jaar een goed voornemen zoeken, kiezen daarvoor vaak het stoppen met een verslaving. Het stoppen van het kopen van bio-industrievlees is een goed voorbeeld van een voornemen dat vrij maakt: mens en dier.

De redactie van dit weblog wenst u fijne feestdagen en een gewetensvol nieuw jaar. 'Kunde hier iets mee'?

17 oktober 2007

Verburg legt welzijnsonvriendelijk zout op slakken

Het kabinet moet bij subsidieverlening aan de agrarische sector dierenwelzijn als criterium hanteren. Dat vinden de Tweede Kamerleden Marianne Thieme van de Partij voor de Dieren (PvdD) en Ineke van Gent van GroenLinks. De PvdD en GroenLinks hebben dinsdag hierover een motie ingediend.

Van Gent en Thieme willen dat subsidies aan het agrarische bedrijfsleven niet leiden tot een verslechtering van het dierenwelzijn. Landbouwminister Verburg vindt de motie eenzijdig, omdat veel innovaties gericht zijn op vergroting van de duurzaamheid van de veehouderij. Daarbij gaat het ook om milieu, diergezondheid en arbeidsomstandigheden.

Niemand heeft gezegd dat dierenwelzijn het enige criterium moet zijn. De indieners van de moties vragen slechts ook dierenwelzijn als criterium op te nemen.
Wat hierbij open wordt gelaten is hoe dat dierenwelzijn zou moeten worden getoetst.
De meeste intensieve veehouderijen houden zich aan een aantal welzijnseisen, maar niet aan alle en met name niet aan de vrijheid van het dier om normaal diereigen gedrag te vertonen. Daarvoor zou ieder dier een uitloop naar buiten moeten hebben en dan niet naar een beperkte betonnen buitenbak maar naar een stuk weide die niet al volgepoept is maar een beperkt aantal dieren huisvest.
Een die eis vraagt om voorlopig alleen geld te steken in het krimpen van de veestapel, net zolang tot de overproductie over is.

12 oktober 2007

Verburg draagt niet bij aan dierenwelzijn

Minister van LNV, Gerda Verburg, maakt zich niet geliefd onder dierenbeschermers. Ze is niet van zins om de nertsenhouderij te verbieden, legbatterijen worden (ook in 2012) niet echt uitgeband, de drukjacht wordt niet verboden en ze ziet kinderen voor het plezier hazen vangen (Volkskrant magazine, eind september).
Wat is hier aan de hand? Al deze activiteiten zijn bepaald niet in het (economische) landsbelang, handhaving van de status quo is alleen in belang van een beperkte groep Nederlanders. Hoe kan het dat deze kleine groep, die geld verdient en plezier heeft aan activiteiten die duidelijk niet diervriendelijk zijn, tegen de wens van de meerderheid in zijn zin krijgt van de minister?
Onlangs sprak prinses Maxima over de ontbrekende identiteit van de Nederlander. Het niet rekening houden met gevoeligheden van grote groepen Nederlanders en de weergaloze brutaliteit waarmee deze groep zijn elitaire zin doordrijft, lijkt toch wel degelijk op bepaald type mens in de samenleving. Een type dat niet alleen in onze samenleving leeft, maar ook in die van Engeland, bijvoorbeeld, waar de “edelen” sterk hechten aan de geneugten van de vossenjacht.
Misschien staan ministers, prinsessen, “grote” boeren en jagers nog steeds te ver weg om ook tegenwoordig niet te zien welke schade zij met hun gedrag en uitlatingen aan het welzijn van hun slachtoffers toebrengen.
Hoeveel handtekeningen tegen de bio-industrie moet Milieudefensie verzamelen om serieus genomen te worden? Eigenlijk is hun wens om de nationale veestapel te halveren nog bescheiden. Wanneer gaat het maken van winst en plezier ten koste van dierenwelzijn een ethische grens over?

Het lastige is dat er zo weinig algemeens valt te zeggen over dierenwelzijn. Het welzijn van een paling wordt op een andere manier bedreigd dan het welzijn van een haas of heideschaap, laat staan een leghen. Het mooiste zou zijn om het dieren zelf te laten uitzoeken hoe zij hun welzijn bevorderen. Hoe het ook zij, of je nu pleit voor dierenrechten of voor dierenwelzijn, het belang van dieren wordt verwoord in de vijf vrijheden die al jaren de basis hiervoor zijn:
  1. Vrijheid van honger en dorst
    - direct toegang tot vers water en voedsel om gezond te blijven
  2. Vrijheid van ongemak
    - door een comfortabel onderdak en rust te bieden
  3. Vrijheid van pijn, verwonding en ziekte
    - door dit te voorkomen of snel te diagnosticeren en te behandelen
  4. Vrijheid om normaal gedrag te vertonen
    - door voldoende ruimte, mogelijkheden en gezelschap van soortgenoten
  5. Vrijheid van angst en spanning
    - door voor omstandigheden te zorgen die lijden vermijden
Het wordt tijd dat Verburg als een haas haar beleid gaat toetsen aan deze uitgangspunten.

26 juni 2007

De beperkte visie van een kippenhouder

Door het Vlaamse Informatiecentrum over Land- en Tuinbouw (VILT) werden kippenhouder Van Meervenne en ethicus Dirk Lips geïnterviewd.

Hun antwoorden illustreren de louter economische manier van kijken door boeren en bepaalde wetenschappers naar kippenwelzijn.

In Vilt:

Wat wil de kip? Op de vraag welke factoren voor hem van belang zijn voor het dierenwelzijn van zijn braadkippen, antwoordt Van Meervenne dat kippenboeren hun dieren in de eerste plaats gezond willen zien opgroeien. “Het dierenwelzijn in onze stallen heeft zeker niet alleen te maken met de bezettingsgraad. Een kip heeft niets aan wat extra ruimte indien bijvoorbeeld geen klimaatregeling en onvoldoende strooisel voorhanden zijn”. Met die stelling is ethicus Dirk Lips het eens: “De Europese richtlijn focust op bezetting omdat ze werd ingefluisterd door dierenartsen. Als we écht iets willen doen voor het welzijn van de kippen, komt het er op aan om op basis van wetenschappelijk onderzoek het ethogram van vleeskuikens intensiever te ontrafelen. Op die manier leren we de soorteigen behoefte veel beter kennen en komen er wellicht ook diervriendelijke bedrijfsingrepen aan de oppervlakte die de productiekost niet of nauwelijks opdrijven. De kippensector heeft er alle belang bij om dat onderzoek zelf pro-actief aan te sturen, want anders blijft de discussie over het kippenwelzijn zich ook de komende jaren eenzijdig toespitsen op het aantal dieren per vierkante meter. Een dergelijk debat is ontoereikend voor het dierenwelzijn én zal bovendien in het vel van onze kippenboeren snijden”. Of hij zelf alternatieve maatregelen in gedachten heeft? Lips aarzelt even: “De mogelijkheden zijn allicht niet onuitputbaar. Maar bijvoorbeeld met vangmachines in plaats van vangploegen kunnen we een stap in de goede richting zetten”.

KuikenstofzuigerTot zover VILT.

Het is duidelijk dat in deze sector nog minder respect is voor de vijf vrijheden die bepalend zijn voor dierenwelzijn en de uitwerking van dierenrechten vormen: 1. vrij van dorst, honger en onjuiste voeding; 2. vrij van fysiek en thermaal ongerief; 3. vrij van pijn, verwonding en ziektes; 4. vrij van angst en chronische stress; 5. vrij om hun natuurlijke gedrag te vertonen.

Permanent (maar kort) levend binnen in een stal kan zelfs maar een deel van deze minimale eisen worden voldaan.

21 mei 2007

Loverboy Bokito en het Dian Fossey syndroom

In dierentuin Blijdorp ging vrijdagmiddag 18 mei een laagland gorilla in de mist. Na getreiterd te zijn door wat kinderen en al tijden via het glas een miscommunicatie te hebben gevoerd met een van de vaste bezoeksters, besloot Bokito orde op zaken te stellen.
Anders dan in de Antwerpse Zoo worden Rotterdamse dierentuinbezoekers niet duidelijk gewaarschuwd om mensapen niet recht in de ogen te kijken. Dit wordt door de dieren namelijk opgevat als een provocatie. Ook het ontbloten van de tanden duidt niet op lachen, maar is een vorm van agressie.
De dierentuin zou kunnen besluiten tot het plaatsen van oneway screens. De apen kunnen de bezoekers dan niet zien (zij kijken in een spiegel) en de bezoekers kunnen ongegeneerd naar de apen kijken.
Geen mensapen in dierentuinen houden is misschien nog beter, maar zo langzamerhand is door de ontbossing een aap veiliger in een dierentuin dan in het wild, waar het helaas bestemd lijkt te zijn om te eindigen als bushmeat.
De relatie die sommige vrouwen met beesten hebben is op zijn minst opmerkelijk en raadselachtig.
Onlangs doodde in de dierentuin van Olmen, net over de grens, een jachtluipaard een bezoekster. Zij had het dier als jong dier verzorgd en ging er vanuit dat de jeugdliefde nog steeds leefde. Niet dus. Vervelend.
Een Duitse dierentuin heeft een vrouwelijke clown ingehuurd om de apen van de verveling te redden. De chimpansees, gorilla's en orang-oetans worden geëntertaind zodat ze minder ziek en agressief worden. Hoopt de directie. Nu maar hopen dat de vrouw het ontbloten van de tanden van haar publiek goed interpreteert. Voordat ze het weet ligt deze clown in de kliniek, alwaar ze haar troost zal moeten zoeken bij haar collega cliniclowns.
Het is een van de mysteries van bepaalde vrouwen dat zij signalen die duidelijk onheil aankondigen toch negeren. Loverboys geven jonge vrouwen met weinig eigenwaarde wat cadeautjes en aandacht en kondigen aan dat zij voortaan de hoer moeten gaan spelen. In plaats van gillend weg te rennen, laten zij zich het perspectief op een onvrije baan nog een tijdje aanleunen.
In Trouw van 22 mei meldt filosofe en literatuurwetenschapper Stine Jensen (gepromoveerd op de relatie tussen vrouwen en apen in onder meer de literatuur) dat vrouwen gefascineerd zijn door de daadkracht, dominantie en viriliteit van mensapen. King Kong is de gorilla die de vrouw grijpt met wie hij een band heeft, al komt de liefde in dit geval maar van één kant. Veel vrouwen weten niet dat gorilla's het kleinste geslachtsdeel van alle apen hebben. Seks kan de reden van de wederzijdse aantrekkingskracht niet zijn en dat maakt het mysterie alleen maar groter. Mogelijk gaat het beide partijen om de macht.
Vrouwen zullen tegenwerpen dat mannen in ruil voor een brede glimlach ook bereid zijn absurde dingen te doen. Some people just are desperate (for money or for love).
De 57-jarige vrouw die vrijdag zwaar werd toegetakeld door de uitgebroken gorilla in Blijdorp, blijft ‘haar’ Bokito trouw. Ondanks honderd bijtwonden tot op het bot over haar hele lichaam, een verbrijzelde hand, een gebroken arm en pols en een ingebeukte borstkas.
Berry Spruijt, hoogleraar "Ethologie en Welzijn van Dieren" stelt: Dierenliefde lijkt ook te betekenen dat we het object van deze liefde gaan vervormen tot iets wat het niet is.

Etholoog Frans de Waal vindt dat mensen zich beter moeten gaan gedragen tegenover dieren. "Dieren lachen nooit. Lippen optrekken is een dreiging. De gorilla, die in zijn puberjaren is, heeft zich met toenemende ergernis afgevraagd waarom deze vrouw zich niet bij zijn eigen harem voegde.”
Dat maakt zijn uitbraak tenminste begrijpelijk en het is duidelijk dat dierentuinen hun clientèle tegen dit soort macho loverboy praktijken moet beschermen.

Dian Fossey was de eerste vrouw die na lang zoeken en via een voorzichtige benadering contact met een harem berggorilla’s maakte. Dian moest haar opkomen voor de gorilla’s bekopen met de dood (van haar favoriete aap Digit en haar eigen leven), waarschijnlijk veroorzaakt door stropers. Mogelijk had de vrouw in Blijdorp haar misvatting over de wederkerigheid van de apenliefde opgedaan in de film over haar leven.
Commercie en dierenliefde gaan slecht samen. Het ware beter als “wilde” dieren in hun eigen biotoop met rust werden gelaten en dat mensen (mannen en vrouwen) hun eigen behoefte aan aandacht voor dieren niet verwarren met de natuurlijke nieuwsgierigheid van dieren. Dieren zien mensen als dieren en sommige mensen zien dieren als mensen (antropomorfiseren).

Leeswijzer


Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom.
Klik hier voor de laatste bijdragen op dit blog
.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.
Kijk op ook Facebook voor onze reactie op de actualiteit.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.