Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.

06 april 2015

Brutale boeren hebben fosfaat-ruimte ingepikt

Niko Koffeman en schrijven over de gevolgen van het loslaten van het melkquotum in relatie tot de melkveewet die leidt tot ongelijkheid.

Een citaat:

In de laatste twee jaar voor de beëindiging van het quotum heeft een groep melkveehouders aanzienlijk meer gemolken dan hun melkquotum toestond. Zij namen de te betalen superheffing voor lief. Voor een liter melk kregen ze 39 cent, maar moesten ze 27 cent superheffing betalen. Niet erg profijtelijk, dus was er kennelijk een ander oogmerk voor. Op die manier werd alvast een fosfaat-positie ingenomen voor de tijd na het melkquotum.

Deze strategie is dubbel beloond. In de melkveewet werd nog uitgegaan van een fosfaatreferentie-datum eind 2013, waarmee de extra fosfaatpositie werd gelegaliseerd. In deze AmvB wordt ook nog eens de overschrijding van 2014 gelegaliseerd.

In gewoon Nederlands: de brutalen hebben de halve wereld. Dat is uit een oogpunt van rechtvaardigheid binnen de sector kwalijk. Immers, de tegen de regels in ingepikte fosfaat-ruimte kan niet meer worden gebruikt voor een eerlijke verdeling onder melkveehouders die zich wel aan het melkquotum hebben gehouden. Kennelijk was de superheffing niet hoog genoeg om alle melkveehouders op het rechte pad te houden. Maar dat is geen reden om de overtreders nu extra te belonen door november 2014 als fosfaatreferentie te gebruiken.

Hele artikel lezen? Wie stuit de mest- en melktsunami?.

Zie voor meer voorbeelden van oneigenlijke bedrijfsvoering "Op uw kosten?".

03 april 2015

Resistente schimmel

Er komt een landelijk onderzoek naar een resistente schimmel waaraan jaarlijks zo'n vijftig mensen overlijden. Het draait om schimmel Aspergillus fumigatus, die iedereen dagelijks inademt. Voor gezonde mensen is dat geen probleem, maar lijders aan een immuunziekte kunnen er ernstige longproblemen door krijgen.
Zonder behandeling is er een grote kans dat de patiënt overlijdt als gevolg van infecties in het hele lichaam. In het Radboudumc in Nijmegen stelden artsen tien jaar geleden al vast dat de schimmel resistent is tegen medicijnen. Inmiddels is duidelijk dat die resistentie wordt veroorzaakt door het gebruik van anti-schimmelmiddelen in de land- en tuinbouw, maar ook in zepen, desinfecteermiddelen en verven.

Opheffen van melkquotum als prisoner’s dilemma

Het melkquotum is ooit ingesteld om een melkplas te voorkomen. Nu het melkquotum is opgeheven dreigt een nieuw melkoverschot. Die situatie kan worden voorkomen als melkveehouders in eigen en buitenland gezamenlijk besluiten zich in te houden en niet eindeloos veel koeien gaan houden en zoveel melk proberen te produceren. Het gevaar is nog meer milieuvervuiling, mestoverschot en dierenleed dan er nu al was.

De situatie lijkt op een prisoner’s dilemma.
Wikipedia: meestal luidt de formulering daarvan ongeveer als volgt.
Er is een ernstig misdrijf gepleegd. Twee gewapende mannen worden gepakt en het lijkt erop dat het de daders zijn, maar het bewijs ontbreekt. Ze worden apart in de cel gezet en kunnen niet met elkaar communiceren. De openbaar aanklager doet elke verdachte het volgende voorstel:
  1. Als jullie allebei blijven zwijgen, kan ik jullie niet veel maken. Je krijgt dan alleen een geldboete wegens wapenbezit zonder vergunning.
  2. Als er één bekent is de zaak rond. Degene die bekent zal ik laten gaan omdat hij zo goed heeft meegewerkt. Degene die niet bekent kan minstens tien jaar gevangenisstraf verwachten.
  3. Als jullie allebei bekennen, krijgen jullie allebei vijf jaar.

De vraag is: wat kan een gevangene het beste doen (optimale strategie)?
De kern van het dilemma is dat het voor beide verdachten samen weliswaar beter is om te zwijgen, maar dat elke verdachte alleen aan zijn eigen voordeel denkt. Ongeacht wat de ander doet, is het voor elke verdachte beter om te bekennen. Immers: als de ander zou zwijgen, heeft bekennen het grootste voordeel, en als de ander bekent, heeft bekennen ook het grootste voordeel. Onderstaande tabel geeft de gedachtegang van elk van de verdachten weer.
Ik zwijg Ik beken
Hij zwijgt Ik krijg een geldboete Ik ben vrij
Hij bekent Ik krijg tien jaar Ik krijg vijf jaar
Vertaald naar de situatie van de boeren:
Ik ga meer melken Ik melk minder
Hij gaat meer melken De melkprijs daalt Ik ben de enige die minder gaat verdienen
Hij melkt minder Ik ga meer verdienen De marge tussen opbrengst en kostprijs wordt groter

Omdat het houden van koeien veel mest oplevert, geldt het dilemma ook voor de uitbreidingsmogelijkheden van varkenshouders en kippenhouders. Dus wanneer er meer gemolken gaat worden blijft er minder afzetruimte van mest voor boeren die andere dieren houden. In dat geval wordt de invoering van dierrechten of fosfaatrechten overwogen ook voor koeien.

Er wordt ook wel gesproken over de 'tragedie van (het uitputten van) de meent'. Individuele boeren handelen allemaal rationeel en in het eigen belang, maar kunnen niet komen tot een gezamenlijke aanpak die er voorkomt dat de voorraden en grondstoffen uitgeput raken.

De problemen die de boeren veroorzaken voor de samenleving en daarop afwentelen kunnen niet worden opgelost door de boeren zelf. Dat moet een niveau hoger gedaan worden door vertegenwoordigers van de kiezers, als waarnemer van burgerbelangen.

Zie ook "radicaal zijn of compromissen sluiten, een prisoners dilemma"?

Of: wie stuit de mest- en melktsunami?

Klik hier om meer te lezen over het (afschaffen van het) melkquotum.

Is wonen naast intensieve veehouderij ziekmakend?

Beantwoording van onderzoeksvraagstellingen door het NIVEL naar de gezondheidseffecten van wonen nabij intensieve veehouderij.

Blootstelling.
De eerste vraagstelling van het onderzoek (geef aan of er meer blootstelling is aan fijnstof, micro-organismen en endotoxinen rondom bedrijven met intensieve-veehouderij) kan eenvoudig bevestigend worden beantwoord. Daarbij is er relatief een hogere blootstelling aan micro-organismen en endotoxinen. De endotoxineniveaus waren duidelijk verhoogd ten opzichte van de achtergrondniveaus bij varkenshouderijen en pluimveebedrijven. Op korte afstand van vooral pluimveebedrijven kunnen de verhoogde endotoxineniveaus mogelijk tot effecten op het ademhalingsorgaan leiden. Op meerdere meetlocaties werden signalen gevonden van de Q-koortsbacterie en van de veespecifieke vorm van MRSA.

Gezondheid.
De tweede vraagstelling betrof een oriëntatie op de gezondheid van omwonenden van (intensieve-)veehouderijbedrijven via bestaande registraties van huisartsen. De belangrijkste conclusie is dat er weinig verschillen werden gevonden met de gezondheid van een plattelandsbevolking elders in het land die beduidend minder intensieve-veehouderij in de omgeving heeft. Rondom intensieve-veehouderij werden vooral meer longontstekingen gezien; dit gold voor alle jaren tussen 2006 en 2009 en is naar alle waarschijnlijkheid ten dele gerelateerd aan de uitbraak van Q-koorts in de jaren 2008 en 2009. Astma en COPD kwamen niet vaker voor in de nabijheid van intensieve-veehouderij.
Mensen met COPD en astmatici hadden echter wel meer complicaties van hun ziekte, met name infecties van de bovenste luchtwegen en longontsteking.

Blootstelling en gezondheid.
De derde vraagstelling betrof de combinaties van de eerste twee: zijn er effecten van de blootstelling aan intensieve-veehouderij op de gezondheid van omwonenden? Astma blijkt minder vaak voor te komen bij hogere concentraties van fijnstof en (dus) in de nabijheid van veehouderijbedrijven.
Astmatici en mensen met COPD hebben wel vaker dan mensen elders in het land last van infecties aan de bovenste luchtwegen, maar dit is niet gerelateerd aan de concentraties van fijnstof. Longontsteking is enigszins verhoogd in de nabijheid van intensieve-veehouderij in het algemeen en sterk verhoogd bij omwonenden van bedrijven met geiten en pluimvee. Tot slot is er een sterke associatie tussen het voorkomen van ‘mogelijke Q-koorts’ en veehouderijbedrijven, met name geitenbedrijven.

30 maart 2015

Verdediging van gigavleeskippenstal

Pluimveehouder Marcel Kuijpers vindt zijn gigastal in Grubbenvorst met 1,1 miljoen vleeskippen ‘kleinschalig, duurzaam en diervriendelijk'.
Volkskrant van 30 maart: “Het wordt de grootste kippenstal van Nederland. Maar er is meer: er komt ook een slachterij en bio-energiecentrale naast te staan. Bovendien komt er een kilometer verderop een varkensbedrijf met bijna 35 duizend varkens, waarvan de mest door leidingen eveneens naar de biocentrale wordt vervoerd”.

Zoals veel boeren die een omstreden bedrijfsvoering willen verdedigen gaat Kuijpers in de aanval.
Er bestaan geen diervriendelijke stalsystemen, stallen kunnen alleen gerangschikt worden van zeer dieronvriendelijk naar minder dieronvriendelijk. En in die rangschikking is de bedrijfsvoering van Kuijpers niet per se de slechtste. Dat komt omdat dieren niet in kratten worden geladen om vervoerd te worden naar de slachterij. De kippen gaan op een langzame lopende band naar een slachterij op het terrein.

Het feit dat de mest en het slachtafval wordt verwerkt in eigen bio-energiecentrale levert een milieuwinst ten opzichte van andere bio-industrie want ook op dit punt worden minder kilometers worden gemaakt.

Maar een milieuwinst rechtvaardigt op geen enkele wijze het houden van kippen op dergelijke grote schaal. Kippen hebben voor hun welzijn het recht om in natuurlijke omstandigheden op te groeien. En dat betekent kunnen wroeten onder bosschages en stofbaden nemen in de zon.

De gigastal is wel een bijdrage aan voeding van de wereldbevolking. Maar de wereldbevolking kan ook met plantaardige voeding worden gevoed. En dat is veel gezonder en kan veel meer mensen goedkoper van milieuvriendelijk geproduceerd voedsel voorzien.
Wat aan het eind van het Volkskrantartikel wel erg klopt is deze uitspraak van Kuijpers: “als je tegen vleesproductie voor consumptie, eet dan gewoon geen vlees”.
En dat is een waarheid als een koe.

24 maart 2015

Wie betaalt de milieukosten van voedsel?

Om de consument een weg te wijzen door dit oerwoud heeft de Volkskrant de 10 Geboden van Goed Eten opgesteld. In een onregelmatig verschijnende serie worden alle geboden aan een diepgaand onderzoek onderworpen. Op 24 maart schreef Mac van Dinther:

De landbouw is een van de belangrijkste veroorzakers van grote milieuproblemen: opwarming van de aarde, verlies aan biodiversiteit, vervuiling van land, lucht en water. De bijdrage van de landbouw aan het broeikaseffect wordt geschat op 25 tot 30 procent. De aanpak daarvan kost wereldwijd honderden miljarden per jaar. Maar dat is niet verdisconteerd in de prijs van een pond kaas of een bak kastomaten.
En wat te denken van de gezondheidskosten die worden veroorzaakt door het gebruik van antibiotica in de veehouderij? Zouden die niet ook verdisconteerd moeten worden in het prijskaartje van een kipfilet? En de kosten voor dierenwelzijn? Of is dierenleed gratis? Armoede, milieu- en gezondheidsproblemen, dierenleed, het zijn de onzichtbare kosten achter onze voedselproductie. Ze zijn er wel, maar je ziet ze niet. En dus betaal je ze niet. Als je die kosten wel meerekent, zouden we meer voor ons eten betalen. Misschien zou een kilo varkensvlees dan wel een paar euro meer kosten dan nu.

....

Er zou eigenlijk een prijskaartje moeten hangen aan het gebruik van natuurlijke hulpbronnen als water, lucht en land. De (voedings)industrie maakt er gebruik van door afvalstoffen erin te lozen of door ze te vervuilen met pesticiden, broeikasgas of fijnstof. Adviesorganisatie KPMG International deed in 2012 onderzoek naar de externe milieukosten van elf bedrijfstakken, waaronder ook de luchtvaart, de mijnbouw en de auto-industrie. De voedingsindustrie bleek kampioen afschuiven.
Tot zover de Volkskrant.

Wie wil weten wie wel de milieukosten van voedsel betaalt, klik "Op uw kosten?".

18 maart 2015

Ziektes die van dieren op mensen overgaan

Het wetenschappelijk bureau van de Partij Voor De Dieren, de Nicolaas G. Pearson Foundation heeft een film uitgebracht onder de titel One Single Planet.
Een onderdeel daarvan gaat over zoönosen: ziektes die van dieren op mensen overgaan.

Zoönosen

Zorgen om het groeiend aantal dierziektencrises. Uitbraken van varkensgriep, ebola, sars. Vaak groot in het nieuws en net zo snel weer naar de achtergrond verdwenen wanneer de ergste dreiging is geweken.

De Wereld Gezondheidsorganisatie en de Wereldbank maken zich zorgen, omdat een dergelijke pandemie wel eens meer slachtoffers zouden kunnen maken dan een oorlog ooit gedaan heeft.

Maar liefst 75% van alle bacteriën of virussen die mensen ziek maken zijn van dierlijke afkomst, dit zijn de zogenaamde zoönosen. Dieren worden ziek door de manier waarop mensen ze houden. En mensen worden ziek vanwege de wijze waarop we dieren houden.

Omdat dieren massaal worden gehouden op een onnatuurlijke manier en boeren willen dat de dieren zo hard mogelijk groeien, wordt er in de veehouderij en viskwekerij letterlijk gestrooid met antibiotica nog voordat de dieren ziek zijn. Het gevolg is dat het afweermechanisme van het dier verzwakt wordt en bacteriën ongevoelig worden voor alle antibiotica. In Nederland is bijna alle kippenvlees en bijna de helft van het Nederlands kalfsvlees besmet met de multiresistente ESBL bacteriën. Meer dan de helft van de hier verkochte vis, zoals kweekgarnalen en tilapia uit Zuidoost-Azie is besmet met multiresistente bacteriën.

Dierziekten zijn van alle tijden, maar omdat we wereldwijd jaarlijks 70 miljard dieren houden voor consumptie hebben wij een tikkende tijdbom gecreëerd voor pandemieën van ongekende omvang. Virussen en bacteriën kunnen overspringen naar de mens die de dieren verzorgt, vervoert, slacht of opeet.

Bekijk de presentatie van Marianne Thieme op dit deel van One Single Planet:
www.onesingleplanet.nl/zoonosen/.

13 maart 2015

Laat kievitten met rust

Op woensdagavond 11 maart reikte Rinie van der Zanden, Provinciale Statenlijsttrekker voor de Partij voor de Dieren Fryslân, een oorkonde uit aan kunstenaar ('potzenmaker') Jan Ketelaar uit Drachten in het Revalidatiecentrum te Beetsterzwaag. Reden voor de PvdD Fryslân om Ketelaar te huldigen is diens idee voor een nieuw beloningsbeleid voor zogenaamde ‘eerste kieviteivinders’. Hij schonk burgemeester Van Bekkum (gemeente Smallingerland) verleden jaar een bronzen ei om aan een vinder te kunnen geven – op voorwaarde dat die het 'echte eitje' ongemoeid zou laten. Van Bekkum accepteerde het ei en erkende de noodzaak. 'Het onderwerp ligt gevoelig in Friesland, maar ik durf de discussie wel aan'.

Ketelaars initiatief komt voort uit ongerustheid over de vogelstand in Friesland. Hij vindt dat wie werkelijk om vogels geeft, ze met rust moet laten. Dat het zoeken van kievitseieren een Friese traditie is, onderschrijft hij, maar hij vindt dat als het echt alleen om het zoeken gaat, iemand er ook een foto van kan maken. Het idee van Ketelaar verdient volgens de PvdD Fryslân bewondering en navolging, want weidevogels hebben het voornamelijk door menselijk handelen bijzonder zwaar. Voor de PvdD Fryslân is de afschaffing van het kievitseirapen, dat in heel Europa alleen in Friesland nog niet verboden is, een speerpunt bij de Provinciale Statenverkiezingen van 18 maart.

12 maart 2015

Werkt een dier graag voor de kost?

In Opinie & Debat een artikel van milieufilosoof Jozef Keulartz dat de Volkskrant redactie de titel meegaf: “Dieren werken graag voor de kost”.
Hij heeft kritiek op dierenrechtenactivisten.
“Dierenactivisten beroepen zich voor hun pleidooi om wilde dieren uit circussen te verbannen en dierentuinen en dolfinaria te sluiten op de dierenrechtentheorie van Tom Regan of op de dierenbevrijdingstheorie van Peter Singer. Dat beide dierethici afwijzend staan tegenover circus en dierentuin heeft alles te maken met het feit dat ze de wildernis allebei zien als de enige ware en authentieke omgeving waaraan het welzijn, de integriteit en de intrinsieke waarde van dieren moeten worden afgemeten”.

Tot zover heeft Keulartz een punt want de bijdrage van Tom Regan en Peter Singer aan het beeld van wat dierenrechten inhouden is zeker niet onomstreden.

Intrinsieke waarde (Regan) en overeenkomsten met de mens (Singer) zijn geen goede basis voor dierenrechten.

Keulartz betoogt dat er niets mis mee is om dieren te trainen en dat zij er zelfs gelukkig van worden. Hij schiet door in antropomorfiseren (het toekennen van menselijke eigenschappen).

Een paar citaten:
Volgens de bekende biologe en filosofe Donna Haraway moeten we onze aandacht op dit punt niet zozeer richten op de categorie van de rechten, maar veeleer op die van de arbeid.
Haraway beroept zich ook op het werk van de (in 2001 overleden) trainster, filosofe en dichteres Vicky Hearne, die zich met kracht tegen het dierenrechtendiscours verzette. Haar vrees was dat dierenrechtenorganisaties, door training als marteling te brandmerken, dieren de voldoening zouden kunnen ontnemen die zij aan werk beleven.
'Geluk' wordt, zeker als het om dieren gaat, vaak opgevat als synoniem voor 'plezier' (in hedonistische zin) en als antoniem voor 'pijn' en lijden. Maar, stelt Hearne, bij geluk dat dieren aan training beleven gaat het om een gevoel van persoonlijke voldoening, zoals dat ook ervaren wordt door een goede houtsnijder, danser of dichter.
Einde citaten.

Keulartz schiet verder door wanneer hij concludeert:
“Ook Hearne legt alle nadruk op de wederkerigheid in werkrelaties tussen mensen en dieren. Trainers moeten leren naar dieren te luisteren, om aan hun behoeften en verlangens te beantwoorden. Of een bepaalde setting moreel toelaatbaar dan wel laakbaar is, is dan ook afhankelijk van de mogelijkheid van dieren om 'verzet' te plegen als zij voor hun individuele wensen geen gehoor vinden en in plaats daarvan tot 'dociliteit' gedwongen worden”.

Je kunt stellen dat Keulartz een blinde vlek heeft voor het wezenlijke van dierenrechten, namelijk het recht op vrijheid. Wanneer dieren werkelijk in vrijheid opgroeien dan zou geen haar of veer op hun hoofd er aan denken om zich te laten trainen door mensen om maar iets van gedrag te vertonen dat zou lijken op werk tot vermaak van mensen.

Aalscholver als zwart schaap voor PVV

Ariejan Korteweg doet in de Volkskrant verslag van een boottochtje van PVV politici over het IJsselmeer. Tijdens de tocht vertelt Dion Graus dat de aalscholver als exoot te veel vis voor de Volendamse vissers wegkaapt.

Citaat
Want dat het zo niet langer kan met de aalscholver staat voor Graus vast. 'Het zijn exoten', weet hij. 'Ze komen niet van hier'. In de jaren zeventig zouden enkele honderden paren zijn uitgezet bij het Naardermeer, nu zijn er meer dan honderdduizend. Ook hier geldt: genoeg is genoeg. Belangrijk daarbij is de dubieuze rol van de milieubeweging: doordat het IJsselmeerwater veel helderder werd gemaakt, kan de aalscholver efficiënter jagen. Een extra argument dat Graus zeker meeneemt naar de Tweede Kamer.

Later op de dag toch nog even Albert de Jong van Sovon Vogelonderzoek Nederland gebeld. Die vertelt dat de aalscholver al zeker sinds de middeleeuwen een inheemse vogel is en dat er volgens de laatste schatting zo'n 24.000 broedparen zijn, waarvan de helft rond het IJsselmeer. Van het uitzetten van aalscholvers is nooit sprake geweest.
Tot zover het citaat.

Een zwart schaap of zondebok is het spreekwoordelijke dier dat de schuld krijgt zonder iets verkeerd te hebben gedaan puur en alleen omdat mensen de gedachte niet kunnen verdragen dat zij zelf verantwoordelijkheid dragen voor een onwelgevallige ontwikkeling.

10 maart 2015

Respect voor de wolf op verkenningstocht

Twee grote roofdieren zijn de laatste dagen in het nieuws: de oehoe die mensen aanvalt in Purmerend en de wolf die een verkenningstocht houdt in Noord-Nederland.
De reden van het aanvallen van de oehoe wordt gezocht in zin in eten. Opgegroeid bij mensen is het dier gewend om van mensen voedsel te krijgen. Hopelijk is het een signaal om het houden van beschermde dieren zo veel mogelijk te beperken. Een nest van een oehoe bekijken via een webcam is leuk, maar dat zou de maximale inperking van de levensruimte van een roofvogel wel moeten zijn.
Dit lastigvallen van mensen wil men bij de wolf voorkomen omdat een wolf natuurlijk nog gevaarlijker is dan een oehoe.

Stelregel is dan preventie: voer de wolf niet direct en niet indirect met zwervend afval. Heb respect. Lok geen agressief gedrag uit en maak verbaal misbaar wanneer het dier je te dicht nadert.
Het is opvallend dat het woord respect hier wordt gebruikt. Respect voor dieren is voor mij twee zaken in één: betrokken zijn bij het dier en tegelijk voldoende afstand houden. Het is begrijpelijk dat mensen een wolf graag zien in levende lijve, maar in het oog in oog staan moet geen verstoring van het leven van de wolf optreden. Het dier kan gestrest raken en allerlei ellende veroorzaken.
Het opduiken van de wolf zou aanleiding moeten zijn om bij het publiek goed tussen de oren te krijgen wat het voorbeeldige gedrag naar dieren in de vrije natuur is.
Mogelijk kan moderne apparatuur als GPS ingezet worden voor een win-win-situatie voor mens en wolf. Hierbij kun je denken aan het geven van feedback aan de wolf dat hij/zij zich op ongewenst terrein begeeft. Die feedback kan technisch zijn via geluid en stroom, maar ook door mensen in te seinen die de wolf vervolgens in gewenste richting drijven. Er zijn tientallen vrijwilligers bereid om dit te doen. Misschien ontstaan er nieuwe beroepen voor mensen met speciaal getrainde honden die niet alleen schade aan vee voorkomen, maar ook ander ongewenst wild uit een weide houden.
Zoveel aandacht voor een individueel dier kan natuurlijk niet voor iedere wolf die ons land bezoekt, maar wanneer het met de eerste bezoeken goed verloopt dan kan mogelijk ideaal gedrag voor een roedel worden bevorderd. Het leidt tot een vreedzaam delen van de openbare ruimte. Het vestigen van een roedel zal nog weleens lang kunnen duren, maar het publiek en kinderen op school voorlichten en oefenen met het geven van opbouwende feedback op elkaar heeft ook zijn tijd nodig.

Het zou mooi zijn wanneer de verkenningstocht van deze wolf (zie video) een positieve vorm van kwartiermaken is. Juist het opduiken bij woonwijken kan de acceptatie bevorderen, wanneeer veel mensen een korte ontmoeting hebben zonder negatieve associaties.

08 maart 2015

De intrinsieke waarde en het kwade geweten

Bas Heine schrijft in de NRC over het verzet van de studenten tegen het doorgeschoten „rendementsdenken” onder de titel "kwaad geweten".

Hij vraagt zich af: "Als het markt- en rendementsdenken zo voorbijgaat aan waar het werkelijk over zou moeten gaan, hoe heeft het dan zo overheersend kunnen worden?"

Hieronder een stukje uit zijn column waarin hij schrijft over intrinsieke waarde. Met de term "intrinsieke waarde" hebben ook veel dierenbeschermers aandacht gevraagd voor de positie van dieren in de bio-industrie.

Dit heeft niet gewerkt en zal ook nooit werken. Om de reden begrijpelijk te maken het volgende gedachte-experiment.

Lees onderstaande tekst van Heine, maar houdt dan in het achterhoofd dat het niet over schilderijen gaat maar over varkens, kippen en koeien uit de vaderlandse vee-industrie.

Ik herinner me een debat in Paradiso waarin de toenmalige Amsterdamse wethouder Geert Dales triomfantelijk verkondigde dat wanneer je geld voor de kunsten wilde krijgen, je in geen geval over de intrinsieke waarde van cultuur moest beginnen – dan kon je het wel schudden. Dat gold toen als verfrissende nuchterheid. Inmiddels is deze VVD-bestuurder allang ten onder gegaan aan zijn eigen rendementsdenken. Maar zijn manier van denken is gemeengoed geworden.

Kijkcijfers, oplagecijfers, bezoekersaantallen, clickbait – met de mond belijden we keurig dat die cijfers natuurlijk niet de essentie raken. Maar wat de essentie dan wel is, daar hebben we nauwelijks woorden meer voor. De taal van de cijfers is de enige overgebleven gemeenschappelijke taal.

In discussies met publiek over dit onderwerp leg ik wel eens de volgende vraag voor: stel u staat voor een schilderij – geen beroemd doek, maar wel van een beroemd kunstenaar, laten we zeggen een niet zo bekende Picasso. Wanneer we willen praten over de waarde van dat doek, waar heeft u het dan het liefst over? Over de artistieke waarde, wat het met u doet, wat u erin ziet, wat ermee wordt uitgedrukt over mens, geest, wereld? Of heeft u het liever over marktwaarde, wat het zou opbrengen op de veiling van Sotheby’s? Artistieke waarde of marktwaarde?

Het antwoord laat zich raden. Iedereen wil het over de intrinsieke waarde van het schilderij hebben. Dat we intussen in een maatschappij leven waarin altijd en overal het tweede antwoord wordt gegeven, dat verklaart ons kwade geweten.


Tot zover Bas Heine. Zijn dieren in de bio-industrie uniek? Waarvan ergens veel van is, verliest voor de mens waarde. Heeft het zin om aandacht voor hun positie te vragen met een begrip dat per definitie niet aansluit bij de beleving van mensen over het lot van dieren?

Wilt u meer lezen over hoe het denken over de "intrinsieke waarde van dieren" tot stand kwam? Klik dan hier.

20 februari 2015

Ganzen en muizen verdringen de weidevogels

Door de monocultuur van ingezaaid raaigras op de Hollandse weiden is de woonomgeving voor weidevogels vervangen door een vreetschuur voor dieren die eigenlijk niemand in deze getalen graag op het land ziet. De Nederlandse melkveehouder is getroffen door plagen van Bijbelse afmeting.
Wat te doen? Er zijn oplossingen genoeg, maar zijn die naar de zin van de boeren? De weides zijn bedoeld om gras van te maaien en te voeren aan de koeien die op stal staan. Het is best mogelijk om de koeien naar de weide te brengen, maar op deze wijze denken boeren meer te kunnen melken en dus te verdienen.
Het liefst willen de boeren een direct effectieve maatregel: uitroeiing door de muizen te vergiftigen, te verzuipen of te “mollen”. Voor de ganzen lijkt hen afschot het handigst, ook tijdens het broedseizoen want dan zitten ze toch al stil. Deze ingrepen vallen slecht bij het grote publiek, te meer omdat deze alsmaar moeten worden herhaald om hun effect te hebben.
Het is best mogelijk om weer te gaan sturen op een ecologisch evenwicht, maar die op lossingen nemen tijd en leveren de boer minder op. Dat de boer door de schaalvergroting en de slechte perspectieven om nog geld te blijven verdienen inmiddels het water aan de lippen staat, maakt het ook niet gemakkelijker om toe te geven dat hij heeft meegewerkt aan een letterlijk doodlopende ontwikkeling.
Wat te doen wanneer je geen boer bent en toch wil helpen aan een positieve ontwikkeling waar boer en burger beiden wat aan hebben? Er zijn vele partijen in de samenleving waar je steun aan kunt geven en die een bijdrage leveren aan een oplossing. Belangrijk is te constateren dat er altijd maatregelen genomen moeten worden op verschillende niveaus. Op het ene niveau moeten grenzen worden gesteld aan de beperkte keuzemogelijkheden van boeren. Boeren zouden het perspectief voorgehouden moeten worden waarbij juist niet schaalvergroting en de dieren tot het bot uitmelken de enige manier is om het financiële hoofd boven water te houden.
Op het andere niveau zouden maatschappelijke organisaties goede en eerlijke voorlichting moeten geven aan wat de burger kan doen om bij te dragen aan ontwikkelingen naar een ecologische balans. Op de plek waar burger en ondernemers elkaar dagelijks ontmoeten, de supermarkt, zouden beide groepen kunnen besluiten om niet meer producten af te nemen die het gevolg zijn van onverantwoorde productie: kiloknallers en andere dierlijke producten afkomstig van bedrijven die gericht zijn op de export.
Het is toch de export die de kurk vormt waarop de Nederlandse economie drijft? Het is toch goed wanneer Nederlandse boeren die verantwoord produceren hun producten en productiewijze kenbaar maken aan het buitenland? Daar is toch vraag naar deze goedkope producten?
Het is zeker zo dat goed voorbeeld, goed doet volgen, maar de huidige situatie is dat goedwillende boeren in het buitenland worden weggedrukt uit de markt door overproducerende landen als Nederland en de VS. Het effect is eigenlijk dat niet het goede uit ons land wordt geëxporteerd, maar de hebzucht. En die hebzucht wordt verbeeld door de vette ganzen en miljoenen muizen die vreten aan de wortels van het eiwitrijke raaigras. Die dieren zijn niet de oorzaak van de ellende, maar onbedoelde en onuitgenodigde gasten aan tafel van een wereld die uit balans is.

19 februari 2015

Carnisme, over geloof en waarden rondom vlees eten

Carnisme is het onzichtbare geloofssysteem of ideologie, dat mensen conditioneert om (bepaalde) dieren te eten. Carnisme is in wezen het tegenovergestelde van vegetarisme of veganisme; "carn" betekent "vlees" of "van het vlees" en "isme" duidt op een stelsel van overtuigingen.
De basis principes van carnisme staan rechtover tegen de waarden van de meerderheid van de mensen die niet voor zo een intense uitbuiting zouden kiezen en het geweld tegen andere levende wezens afkeuren (zie video).
Willem Vermaat, docent milieuwetenschappen en dier- en milieuethiek aan de Universiteit Utrecht, schreef in de Volkskrant:
De discussie over dierenleed is goed. Maar waarom stellen we onszelf niet de fundamentele vraag of we dieren überhaupt mogen gebruiken als instrument?
....
Toch bestaat er zelfs geen gangbaar woord voor de ideologie dat mensen andere dieren mogen gebruiken en doden voor hun doeleinden. Daarmee is de problematiek feitelijk ook onbespreekbaar. De term carnisme, die gedefinieerd kan worden als deze ideologie, zou daarom meer gebruikt moeten worden. Hopelijk staan we hierdoor vaker stil bij wezenlijke kwesties als het instrumenteel gebruik van dieren.

In een artikel in Trouw onder de titel "De gehele veehouderij moet worden afgeschaft", schreef Vermaat:
Sociaal-psychologe Melanie Joy noemt dit carnisme, het tegenovergestelde van veganisme. Het is de onzichtbare overtuiging die maakt dat we dieren eten en voor andere doelen gebruiken. Carnisme is een gewelddadige ideologie.
...
Een volledige invulling van het begrip dierenwelzijn betekent een einde aan het gebruik van dieren. We hebben geen dierlijke producten nodig om te overleven en de veehouderij veroorzaakt dierenleed en doodt dieren.

Als we dus het principe hanteren dat het onrechtvaardig is dieren onnodig leed aan te doen en te doden, dan zullen we de veehouderij moeten afschaffen.

Boeken van Melanie Joy op bol.com.

13 februari 2015

Vleesetiket moet vertellen hoe dieren leefden

Deze week stemde het Europees parlement voor het verplicht, op het etiket, vermelden van het land van herkomst van vlees dat in andere producten verwerkt is. Al eerder besloot Europa dat een dergelijke vermelding verplicht is voor verpakt, vers vlees.

De Europarlementariers hopen nu nóg beter tegemoet te komen aan de wens van consumenten te weten waar hun vlees vandaan komt. Het is echter maar de vraag of ze daar in slagen. Wat consumenten willen weten is niet zozeer uit welk land hun vlees komt, maar wél hoe de dieren leefden. Want zeg nou zelf, wat eet u liever? Een pootje van een plofkip die leefde op haar eigen uitwerpselen in onze eigen Nederlandse vee-industrie? Of toch maar een stukje vlees van een kip die buiten kon scharrelen in, bijvoorbeeld, Frankrijk?

Het is belangrijker de productiemethode op het etiket te vermelden dan het land van herkomst. Dit geldt nu al voor eieren. Naast de cijfercode op het ei staat in vast voorgeschreven bewoordingen op de verpakking hoe de kip leeft: daar lezen we of zij haar hele leven in een kooi zat, of ze vrij in de stal kon bewegen of zelfs naar buiten mocht.

Geert Laugs
Compassion in World Farming Nederland

Compassion In World Farming (CIWF) is de actieve, internationale organisatie die opkomt voor het welzijn van landbouwdieren, waar ook ter wereld. Onze visie: een wereld waar dieren worden behandeld met compassie en respect, zonder vee-industrie en zonder verre veetransporten!

Stichting Compassion In World Farming (CIWF) Nederland
Postbus 1305
6501 BH Nijmegen

12 februari 2015

Pijn van vissen bagatelliseren

Volgens wetenschappers voelen vissen pijn en hebben een vorm van bewustzijn. Dit zullen weinig mensen weerspreken, maar roept toch bij mensen weerstand op wanneer zij de gevolgen doortrekken. Wanneer je serieus neemt dat vissen zo min mogelijk pijn en angst wordt aangedaan dan zul je in de toekomst veel geld voor het eten van een visje moeten betalen wanneer de visserij meer verantwoord wordt toepast.
Het is dan ook begrijpelijk dat mensen de noodzaak om hun gedrag te veranderen zullen proberen te verkleinen door (nieuws over) het gevoel van vissen te bagatelliseren.
Soms gebeurt dat op een subtiele manier. Een voorbeeld is onderstaande tekst.

Marco Kraal uit Huizen schrijft in een ingezonden brief naar de Volkskrant:

Nu de laatste kip zo'n beetje is bevrijd uit de legbatterij richt Wakker Dier zijn pijlen op vissen (Ten eerste, 10 februari). Daarbij gaat het niet zozeer om de overbevissing, maar om het vermeende lijden van vissen ten gevolge van beroepsvisserij. Op basis van de opmerkingen van één wetenschapper wordt geconcludeerd dat vissen - vanwege waargenomen gedrag - net als mensen bewust kunnen lijden.

Nu is het te begrijpen dat we onze menselijke emoties projecteren op het gedrag van dieren, maar erg wetenschappelijk is de onderbouwing van Wakker Dier niet. Integendeel. Tal van wetenschappelijke publicaties laten juist zien dat vissen, zowel op basis van gedrag als vanwege het ontbreken van bepaalde hersendelen, niet in staat zijn om pijn te ervaren zoals wij mensen dat doen. Pijn (en stress) bij vissen is een puur fysiologische reactie op een gevaarlijke prikkel.
Dit ontslaat ons overigens niet van de plicht om respectvol met vissen om te gaan. Hoe we dat invullen, hoort een maatschappelijke afweging te zijn, waarbij overbevissing, het dood overboord kieperen van bijvangst en sterfte van zeezoogdieren belangrijke wegingsfactoren zijn. Gelukkig zijn daar wel voldoende én wetenschappelijk onderbouwde argumenten voor te vinden.
Tot zover de brief.

Het bagatelliseren gebeurt hier door te stellen dat er op basis van één wetenschapper conclusies worden getrokken en door op te merken dat de aard van pijn en bewust zijn tussen vis en mens zullen verschillen.
Deze open deur laat onverlet dat het er niet toe doet of beiden op dezelfde wijze iets ervaren om toch rekening te houden met de belangen van levende wezens, namelijk pijn te vermijden.
Helaas zullen mensen deze strohalm aangrijpen om hun gedrag onveranderd te laten en vis te blijven vangen en eten. Er verandert alleen iets wanneer mensen het wezen van dierenrechten bewust worden en dat is het recht op vrijheid.

06 februari 2015

Vogelaars en jagers zijn elkaars tegenpolen

Een jager schiet op dieren met een geweer, een vogelaar met een camera. Een verschil van leven en dood. Beiden hebben plezier aan het betrappen van dieren. De een is liefdevol, de ander niet.
Het verschil zit in de manier waarop machtswellust wordt botgevierd. Nadat een vogelaar een dier heeft geschoten kan hij of zij het weer loslaten.
In de plezierjacht wordt door de jager liefde en vrijheid kapot gemaakt, bij het vogelen gecreëerd.
De taal van de jager is versluierend ("weidelijkheid", een soort dieventaal. Ze stelen het leven. De vogelaar spreekt de vreemde taal van ware dierenliefde. Ze lenen het beeld.

Voorbeelden van de taal van de vogelaar: twitchterminologie
Mega: enorm zeldzame soort
Dippen: een soort waarvoor je bent uitgerukt missen
Jizz: afkorting van general impression of size and shape: algehele indruk van de vogel
Lifer: nieuwe soort om van je lijstje af te vinken
Tick!: wat vogelaars roepen als ze 'm hebben
Yank: dwaalgast uit Noord-Amerika
Bosjes kloppen: het systematisch doorzoeken van bosjes en struiken met als doel een bijzondere vogel te vinden. De beste tijd om dit te doen is tijdens de trek
Schaamsoort: deze term wordt gebruikt voor een vogel die nog steeds niet is gezien door een vogelaar, terwijl die daar meerdere keren de kans toe heeft gehad. Het kan zijn dat de waarnemer niet echt zijn best heeft gedaan of de vogel een paar keer heeft 'gedipt'.

Jagerstaal wordt ook wel "groene" taal genoemd.
Voorbeelden:
Bersen op de bok, aanzitten, peuteren, hazen voor de voet, de laatste bete in de azer steken, doorsteken, doodblazen.

05 februari 2015

Een theoloog en een filosoof bevelen planten eten aan

Boele Ytsma (1968) is ondernemer, schrijver en theoloog. Met zijn bedrijf De Planteneter wil hij iedereen inspireren tot een plantaardige levensstijl. Via online programma's liet Boele al duizenden mensen laten proeven aan een gezond en energiek leven op basis van groente en fruit, peulvruchten en volle granen.
Na zijn eigen ervaring met twee burn-outs en een gevoel van uitgeblust te zijn als veertiger heeft de schrijver het roer omgegooid en is op zoek gegaan naar een gezondere leefstijl.

Voor Floris van den Berg betekent het zoeken naar blinde vlekken in de moraal. Eén zo'n blinde vlek is hoe dieren door mensen mishandeld en vermoord worden voor consumptie, terwijl wij prima gezond en gelukkig kunnen leven zonder dierlijke producten.
Als er één boek is dat de morele noodzaak van veganisme duidelijk maakt, dan is het dit. Dat is voor velen geen plezierige boodschap. In De vrolijke veganist gaat het er hard aan toe. De auteur probeert zijn boodschap er niet voorzichtig in te masseren, maar gaat recht op zijn doel af: het is een pleidooi voor veganisme en een wereld zonder het instrumenteel gebruik van dieren.

Ethiek in een veranderende wereld
Ik ben een planteneter, net als jij (bol.com).

03 februari 2015

Melk, je kan zonder

Veel mensen zijn opgegroeid met de sprookjes van de zuivelindustrie, zoals beelden van koeien in mooie, groene weiden en verhalen als melk is noodzakelijk voor sterke botten. Maar wat is daarvan nou waar? En hoeveel weet je nou echt over zuivel en de zuivelindustrie? Deze animatie doorprikt de sprookjes in 6 minuten. Wat er getoond wordt zal je mogelijk versteld doen staan.

15 januari 2015

Een groep dansende spreeuwen

Als tegenhanger tegen het dierenleed van veel dieren opgepakt in de bio-industrie hieronder het beeld van een grote groep dansende spreeuwen.

Duizenden vleeskippen in de stallen blijven ongezien. Hun aantal leidt tot onverschilligheid.

Duizenden spreeuwen, samenwerkend om een roofvogel te snel af te zijn, willen we vastleggen op camera.

De kwaliteit van hun samenwerking en vrijheid leidt tot schoonheid (zie video).

20 december 2014

Plezierjacht en workshop vrouwen versieren

Schrijver Thierry Baudet laat optekenen in dagblad Trouw dat “jagen hem humaner, warmer en liever” maakt. Ook gunt volgens Baudet een jager een dier in het wild zijn vrijheid. Het is natuurlijk de vrijheid van iedereen om onzin uit te kramen, maar als lid van het “Filosofisch Elftal” van Trouw verwacht je meer van zo’n zelfverklaarde intellectueel.

Baudet liet al eerder van zich horen toen hij Julien Blanc verdedigde die overal in de wereld workshops organiseert waarin mannen wordt geleerd om vrouwen te versieren door ze te vernederen.


In de DWDD uitzending wordt het woord “respecteren” besproken. Wat betekent het dat mannen vrouwen respecteren, terwijl er veel jonge vrouwen zijn die vrij hard mannen afwijzen die hen proberen te versieren.

Er zit een parallel in de arrogantie waarmee jagers hun hobby om dieren voor het plezier te doden verdedigen en de manier waarop een bepaald soort mannen meent te weten hoe een vrouw behandeld wil worden.

Respect houdt in dat je tegelijkertijd in de gaten houdt dat je betrokken bent bij de ander en andermans grenzen niet overschrijdt. Dat betekent dat je telkens opnieuw door naar jezelf en de ander te luisteren in een split-second bepaalt waar de grens ligt. Iedereen kan het waarderen wanneer je jouw belangstelling voor hem/haar deelt, maar verwacht wel dat je niet aandringt wanneer nader contact wordt afgewezen.
Zo ga je verantwoord om met vrijheid en liefde.

Dieren hebben net als mannen en vrouwen recht op vrijheid. Schieten op dieren en mensen doe je met een camera. Doden voor jouw plezier is "inhumaan, koud en liefdeloos".

Simplistische jachtverbond

Waarom het jagersbestand gezond moet worden gehouden is gewoon een kwestie van simplistisch doorredeneren.

19 december 2014

Bereidheid om vlees te minderen voor klimaat nog te klein

De Chatham-Housestudie is een onderzoek naar onder andere de bereidheid in de wereld om klimaatverandering tegen te gaan door minder vlees en zuivel te eten. Die bereidheid blijkt gelukkig bij de Chinezen groot. Vanwege de grote bevolking wordt daar het meeste vlees gegeten, maar die consumptie kan sterk groeien wanneer de welvaart daar toeneemt.

Opvallend is dat mensen ten onrechte denken dat de invloed van vleesconsumptie op het klimaat gering is.

Alle partijen die invloed hebben op vleesconsumptie zullen moeten samenwerken om het bewustzijn te verhogen dat vleesconsumptie samenhangt met klimaatopwarming.
Waarom is er zo weinig bereidheid om de gevolgen van wat we eten te bezien voor landbouwhuisdieren?

Wat zou ideaal zijn voor het lot van dieren in de veeteelt in Nederland?

18 december 2014

Informatie op vis-etiketten op Internet uitwerken

Visbedrijven hebben moeite met de informatie die ze vanaf 20-12-2014 moeten vermelden op de nieuwe etiketten voor visproducten. Zelfs per bedrijf zijn verschillen in de informatie op de etiketten te verwachten. In plaats van eenvoudiger en gelijker dreigt de etikettering onoverzichtelijker en onduidelijker te worden.

Toch is de oplossing simpel: geef de mogelijkheid om te verwijzen naar een Internetsite. Via Internet kan de consument thuis vergelijken welk product het meest geproduceerd volgens de criteria die hij belangrijk vindt. Op Internet kan iedereen die weet van de hoed en de rand controleren of correcte informatie wordt geleverd.

Koopt een consument in een winkel eerst het product en krijgt later te horen dat de informatie niet klopt, kan er altijd een procedure worden georganiseerd dat de fabrikant voor deze foute informatie wordt beboet.

16 december 2014

Discussie over dierenwelzijn en dierenrechten

In de discussie over dierenwelzijn en dierenrechten hebben veel deelnemers -voorstanders en tegenstanders- boter op hun hoofd. Wie bepaalt of iemand een of goed of fout verhaal heeft in deze discussie? Dat bepaalt u zelf.

Om u als toeschouwer een beetje te helpen is hier de eeuwenoude basisregel van ethiek en religie. Deze basisregel kun je op twee manieren verwoorden en komt op hetzelfde neer: ”doe niet aan ander wat gij niet wilt dat u geschiedt” en “mijn vrijheid houdt op waar die van een ander begint”.
Op basis hiervan kunt u zich gemakkelijk een mening vormen in de discussie over wilde dieren in het circus, de nertsenhouderij, de bio-industrie of om het even waar dieren belemmerd worden in hun vrijheid. Vooral wanneer u ervan uitgaat dat dit principe voor mens en dier in gelijke mate zou kunnen gelden. U hoeft dan bij elk argument dat wordt ingebracht in de discussie alleen maar uzelf af te vragen “draagt dit bij aan vergroting van vrijheid van zoveel mogelijk mensen en dieren of draagt het daartoe niet bij”. Draagt het bij aan vergroting van vrijheid dan is het een juist argument en anders niet. Bedenk ook dat iemand op het ene punt gelijk kan hebben en op de andere niet.

Ik wens u veel wijsheid bij het schijngevecht in woorden.

15 december 2014

Keuken van de ongewenste kunst

Er zijn nogal wat kunstenaars die ons een spiegel willen voorhouden terwijl zij ondertussen de verdenking op zich afroepen dat zij slechts uit zijn op inkomen en aandacht.

Te denken valt aan Tinkebell en Wim Delvoye, maar ook Nicolle Schatborn en Rob Hagenouw, die een keuken van het ongewenst dier runnen. Zij vermarkten door plezierjagers geschoten dieren.

Uit de Volkskrant:
Geregeld staan Hagenouw en Schatborn met hun rollende keukentje op festivals. Op bevrijdingsdag met 'een broodje vredesduif'. Tot hun assortiment hoort ook een bisque van Amerikaanse zoetwaterkreeftjes die welig tieren in Hollandse sloten. Of de 'My Little Pony burgers', gemaakt van uitgerangeerde hobbypaarden. Naar aanleiding van het eten gaan ze met hun klanten in gesprek over onze houding ten opzichte van dieren en voedsel.
Interessant vindt Hagenouw ook de zwanen die rondom Schiphol geschoten worden. Jagers durven die dieren vaak niet mee te nemen nadat ze geschoten zijn, bang dat wandelaars of andere dierenvrienden agressief zullen worden wanneer ze zo'n mooie witte vogel met een rode vlek zien. Dus laten jagers hun prooi achter in het land. Niemand die zo'n dier ook eet. 'Hoewel het heerlijk vlees is, gooit een poelier het hoogstens door de wildpaté'.
Tot zover de Volkskrant.

Natuurlijk, kunstenaars moeten ook eten en wanneer wat je produceert niet zo goed verkoopt waarom zou je je dan niet ontfermen over wat bij een plezierjager overschiet?
Tinkebell vindt de Nederlanders maar hypocriet: wel bont kopen en bio-industrievlees eten en niet een tas maken van jouw eigen huisdier? En wie zichzelf laat steriliseren omdat ze het niet verantwoord vindt om kinderen te krijgen en te laten opgroeien in een duistere toekomst, is dat klasse of schaamteloos?
Wim Delvoye vindt dat je met tattoos op levende dieren zowel de kunst een dienst levert als het dier laat leven.
Allemaal waar, maar het knaagt wel aan het gevoel voor goede smaak.
Waarom? Omdat het allemaal gemakkelijk anders en minder kromme tenen trekkend kan.

De plezierjacht is zo georganiseerd dat zowel prooi-jager als prooidier worden geschoten, zodat een natuurlijk evenwicht wordt verstoord.
Hagenouw en Schatborn willen een discussie losmaken en een verandering op gang zetten. In een wereld waarin plezierjacht, bonthandel, zuivel- en vleesconsumptie dierenleed veroorzaken en de laatste twee bijdragen aan klimaatopwarming zouden kunstenaars veel constructiever bijdragen aan het toegankelijk en aantrekkelijk maken van alternatieven waarbij helemaal geen echte dieren worden gebruikt. Er zijn talrijke voorbeelden van integere kunstenaars die foto’s, video, beeldhouwwerken, schilderijen etc. maken waaruit respect en bewondering voor dieren spreekt. De aandacht voor dierenrechten is nog maar net begonnen.

Nog een citaat uit de Volkskrant.
"Het lijkt nog ver weg voordat er in Nederlandse toprestaurants op grote schaal kraai wordt verkocht. Maar de emancipatie van de gans is goed op weg. Ook andere bedrijven maken ganzenkroketten en ganzenworst. Zo is het een mooi voorbeeld van moderne kunst, vinden Hagenouw en Schatborn".

Moderne kunst? Het is eerder dat bovengenoemde kunstenaars een stap terug doen dan vooruit.

Krokodillentranen rondom geëxploiteerde dieren

Staatssecretaris Sharon Dijksma heeft heel wat te stellen met dierenwelzijn en dierenleed. Het kabinet had bij aantreden het voornemen om het optreden van wilde dieren in het circus te verbieden. Dit besluit is nu wereldkundig gemaakt en moet nog door de Eerste Kamer. Net als bij de nertsenhouderij is er nog een kleine kans dat met veel krokodillentranen in de media dit besluit kan worden gekeerd.
De nertsenhouders hadden de mogelijkheid via de rechter om te betogen dat zij te weinig schadevergoeding kregen. Het is een gotspe om dit argument aan te voeren terwijl je als sector nog 10 jaar de gelegenheid krijgt om geld met dierenleed te verdienen. De rechtelijke macht kende dit argument toe, omdat het besluit te weinig onderbouwd zou zijn. Dit is een vreemde uitspraak want ons rechtssysteem is gebaseerd op vrijheid. Vrijheid houdt in dat je belachelijke argumenten mag aandragen als je denkt er beter van te worden en dat je vrij bent in het kiezen van een beroep. Maar wanneer je je niet aan de wet houdt, dan loop je kans dat jouw vrijheid tijdelijk wordt ingenomen en dat je in de cel belandt. Een nertsenhouder gaat in de tegen de geest van de wet en omdat het grondrecht van dieren op vrijheid nog niet erkend is hoeft hij voorlopig nog niet zelf naar de gevangenis.

Dieren kunstjes laten doen en houden voor hun vacht zijn echo's uit een dieronvriendelijk verleden toen mensen hun superioriteit over dieren wilde bewijzen en hun vacht nodig hadden in koude tijden. Goede sier maken op deze wijze met dieren is allang uit de tijd. Op sommige momenten hebben circusdieren meer afleiding dan dieren in een dierentuin, maar dierentuinen kunnen alleen overleven wanneer ze moderniseren, dat wil zeggen ingericht worden op de natuurlijke behoefte van dieren.

Circusmensen hebben weinig anders dan het publiek te bewerken met de tranen van circusmeisjes die niet meer in de slurf van de olifant kunnen hangen. Net als paardenmeisjes gaat aandacht naar dieren meestal over wanneer ze een vriendje krijgen en verleggen ze hun bron van lief en leed naar pubers.
Circusmensen zitten met de wilde dieren in hun maag omdat ze een fatsoenlijke opvang van de circusdieren niet meer kunnen financieren met een optreden in het circus. Het is de overheid die maar weer moet zorgen dat zij afkomen van de peperdure dieren. Net als in de Nederlandse veehouderij is het de belastingbetaler die de portemonnee moet trekken wanneer de sector geconfronteerd wordt met de lasten van het in eigendom hebben van dieren. Dierenliefde bij circusmensen gaat niet zo ver dat zij tot de dood een liefdevolle verzorging in een natuurlijke omgeving verzorgen, wat voor een paar koeien in het rusthuis nog wel geldt.

Terug naar Sharon Dijksma. Is zij een vrouw met hart voor dieren? Is iemand die tot 8 uur op transport naar een slachthuis acceptabel vindt, diervriendelijk?
Het draait om geld verdienen en imago. Met dit besluit kan de staatssecretaris haar imago weer wat opkrikken na haar kritiekloze steun aan de pluimveehouderij. Helaas onderbouwt zij haar besluit met een loos argument: wilde dieren horen niet in het circus vanwege hun intrinsieke waarde.
Wat echt zou helpen in onze samenleving is dat we met elkaar in dialoog gaan over wat het wezen is dat een dier nodig heeft. We praten nu onverschillig langs elkaar heen. We moeten durven bespreken dat wanneer je een dier onderdak en eten geeft of je het dan voldoende verzorgt.
Mijn stelling is dat wat dieren en mensen echt nodig hebben is vrijheid, voor dieren in de vorm van de mogelijkheid om zich natuurlijk te gedragen. Dierenliefde is meer dan verzorging alleen. De rest is bijzaak.

14 december 2014

De wereld voeden en het klimaat niet opwarmen

Het klimaat warmt op en dat is voor Nederland helemaal niet zo vervelend wanneer het uitpakt zoals in 2014: wel warmer maar geen extreme hitte in de zomer. De olieprijzen zijn op dit moment van schrijven laag dus economische activiteiten zullen wat aantrekken. Voor het individu is het op dit moment weinig zorgwekkend, afgezien van persoonlijke omstandigheden. Toch weten we allemaal dat de vlees- en zuivelconsumptie de grootste bijdrager is aan klimaatopwarming.
Voor wie nadenkt over een duurzame ontwikkeling van van alles is het niet zo moeilijk: stel we gaan minder vlees eten en we zorgen dat de alternatieven aantrekkelijker zijn dan wat we nu doen, dan slaan we diverse vliegen in één klap.
Een verandering van levensstijl kan door diverse redenen uitblijven. Veranderen kost nu eenmaal moeite en leidt soms tot weerstand in de eigen omgeving. Maar zoals de Triodosbank in één van haar spotjes laat zien: zelfs een kikker klimt uit een opwarmende pan. Waarom zouden mensen dan de spreekwoordelijke kop in het zand blijven steken? De vergelijking met de kikker is herkenbaar: we voelen dat er veel verandert, maar er is ook veel tegenstrijdige informatie of deze ontwikkeling wel zo erg is. Vraag je altijd af in wiens belang het is om desinformatie te verspreiden.

Of je nu een pessimist of optimist bent of iets er tussenin: ontwikkelingen zijn tegenwoordig niet meer zo voorspelbaar als vroeger omdat we in de steeds globaler communicerende wereld allemaal een kleine factor zijn in de loop van ontwikkelingen. Dat is mooi, want we doen er toe en niemand heeft het bewijs dat hij zelf heel veel machtiger is dan een ander. Er zijn veel verschillende paden die mensen kunnen lopen in deze ontwikkelingen. De een zal zich richten op vergroting van zijn materiële welvaart, een ander zal meer heil zien in persoonlijke ontwikkeling. Een deel doet beide. Geen ene keuze is beter dan de andere, maar er is wel verschil in gevolgen die het heeft voor de omgeving.

Mensen proberen elkaar te overtuigen en in die poging lijkt alles geoorloofd te zijn en sneuvelt als eerste de waarheid.

De economie wordt aangejaagd wanneer er veel geconsumeerd wordt in binnen- en buitenland. Nederland heeft veel export en onze welvaart hangt daarmee samen. Vrijheid is belangrijk voor het individu en de samenleving. Vrijheid betekent dat er geen moreel oordeel hoort bij iemands levensstijl behalve wanneer deze de belangen en vrijheid van de ander schaadt. We kunnen dus niemand verplichten om een sobere of altruïstische levensstijl aan te houden. We kunnen dit niet en we hoeven dit niet. We bezitten met zijn allen genoeg kennis en inzicht om de globale samenleving zo in te richten dat we de koppeling tussen moraal, vrijheid en duurzaamheid zo los mogelijk kunnen houden.

Het enige wat we ons af en toe zouden moeten afvragen: zijn we onderdeel van een probleem of van een oplossing? Hebben we een open mind, denken we zelf of laten we ons constant geruststellen door selectief te winkelen in desinformatie?

11 december 2014

Melkveehouders moeten niet te veel produceren

De Boerderij meldt het volgende.
Melkveehouders hebben vorige week na de bekendmaking van de decembermelkprijs een recordaantal koeien afgestoten. Dit blijkt uit gegevens van de Rijksdienst van Ondernemend Nederland (RVO.nl). In de afgelopen jaren is het aantal slachtingen per week niet zo groot geweest als vorige week. Er werden maar liefst 15.338 runderen geslacht. Ter vergelijking; het gemiddelde aantal slachtingen lag in de eerste 49 weken van dit jaar op een kleine 10.000.
Melkveehouders reageren hiermee op de verlaging van de garantieprijs van FrieslandCampina. De zuivelverwerker verlaagde vorige week maandag haar prijs met €3,75 per 100 kilo melk naar €30,65. Door deze verlaging kan het leasen of betalen van superheffing niet meer uit. Superheffing kost bijna €28 per 100 kilo melk, wat betekent dat er maar weinig ruimte overblijft voor andere kosten. Met het oog op het wegvallen van het melkquotum in april melken veel melkveehouders boven hun quotumplanning. Nu de melkprijs flink gedaald is, willen melkveehouders toch hun productie remmen en stoten massaal oude koeien af.
Europees landbouwcommissaris Phil Hogan ging onverbloemd in op de wens van Nederland op een zachte landing voor de melkveehouderij. Die komt er niet, zegt hij. De melkveehouders weten al sinds 2008 dat de superheffing er in 2015 afgaat. Als er nu te veel melk geproduceerd wordt is dat een kwestie van verkeerd plannen, zegt Hogan. De landbouwcommissaris zegt dat het onredelijk is ten opzichte van degenen die zich wel aan de productiebeperkingen houden, als er een regeling getroffen zou worden.
Tot zover citaten uit twee berichten.
Volgens de Volkskrant moet Nederland dit seizoen een record aan superheffing betalen. Zo hard ging die stijging, dat Nederlandse boeren nu snel koeien naar de slacht brengen om aan de superheffing te ontkomen.
Tot 2020 zal de melkproductie toenemen, verwacht de Europese Commissie; in Nederland met 20 procent. Maar de prijs zal niet instorten, verwacht Hogan, omdat de extra productie zal worden geëxporteerd.
"Dan moet de zuivelexport tot 2020 wel verdubbelen, blijkt uit de cijfers van de Europese Commissie. Nu nog wordt er 145 miljard kilo melk geproduceerd, waarvan er (in de vorm van poeder, boter, kaas of andere producten) ongeveer 14 miljard wordt geëxporteerd. Heel Europa gaat in 2020 12- tot 14 miljard liter meer produceren. De Europeanen consumeren zelf niet méér, dus moet de extra productie worden geëxporteerd.
Hogan vindt grotere afhankelijkheid van export geen groot risico. De vraag in Azië, China vooral, maar ook in het Midden-Oosten, is groot genoeg".
Tot zover de Volkskrant.

Invloed Hogan?
Wat goed lijkt aan Hogan is dat hij niet bereid lijkt de belastingbetaler op te laten draaien voor de overproductie in de melkveehouderij. Vreemd is dat hij verwacht dat de zuivelproductie de komende tijd misschien kan verdubbelen omdat de wereldmarkt dit vraagt. De consumptie van vlees en zuivel is de belangrijkste bijdrager aan de klimaatopwarming.

Wie medeleven met de Nederlandse melkveehouderij niet kan onderdrukken leze meer over de desinformatie die melkveeboeren plachten te verspreiden niet in de laatste plaats op uw kosten. En dan te bedenken dat wij mensen melk helemaal niet nodig hebben en dat dit vooral geproduceerd wordt voor de export. Zouden ze in Azië en in het Midden-Oosten de loze verkooppraatjes over de "onmisbaarheid en gezondheid" van melk wel geloven in deze tijd waarin iedereen zich kan informeren via Internet?

Zie ook: ondernemers van het platteland vervreemden zich.

10 december 2014

Korte en lange termijn doelen bij dierenrechten

Wie zich inzet voor dierenrechten komt regelmatig voor de keuze te staan, kies ik nu voor een standpunt dat geldt voor de korte termijn of voor de lange termijn?
Wanneer een supermarkt inzet voor vlees met 1 ster qua diervriendelijkheid ga je dan dat besluit steunen of ben je principieel als vegetariër zodat je zwijgt?
Een mooie basis voor dierenrechten is hetzelfde principe als onder grondrechten voor mensen ligt, namelijk vrijheid. Maar dan zouden alle mensen die huisdieren houden tegen de grondrechten van dieren ingaan, want het eigenaarschap is niet verenigbaar met vrijheid. Uiteraard doet niemand zijn huisdier weg, maar kan het een overweging zijn bij het opnieuw kiezen voor een huisdier.
Een mooie tussenvorm is dierenrechten zo te definiëren als het recht van mensen om zich voor dieren in te zetten. Dus mensen mogen dieren vertegenwoordigen in de rechtbank.
In het kanton Zürich hebben dieren sinds 1992 al het recht op juridische bijstand.

Persoonlijk vind ik niet dat dieren die meer op mensen lijken, zoals apen, meer en eerder rechten moeten hebben dan andere dieren. Ik opteer voor de meest zuivere oplossing: alle dieren dezelfde grondrechten als mensen gebaseerd op vrijheid. Dat geeft voldoende ruimte om met alle verschillen in diersoorten rekening te houden, maar zal wel veel gevolgen hebben voor de sectoren waar nu dieren worden gehouden. Ook kunnen mensen zich dan niet meer beroepen op het eigenaarschap, zie ook "Dier heeft het recht om geen bezit te zijn".
Het kon wel eens voor veel mensen op een onverwachte manier veel geld besparen en globale problemen oplossen.

Voor wie alle overwegingen en gronden wil lezen achter het toekennen van rechten voor dieren, kan hier meer lezen.

Een tevreden doordeweekse vegetarier

Graham Hill vertelt op Ted.com welke voordelen hij ervaart bij doordeweeks geen vlees meer te eten:

Proefdieren nog steeds kind van de rekening

Ron van ’t Pad, namens de werkgroep Partij voor de Dieren Noord-Brabant

OPINIE: Brabantse politiek blijft in het hokje dierproeven.

Voor velen onder ons is het ondenkbaar dat er nog met dierproeven wordt gewerkt. De mainstream media houdt zich er muisstil over; het is natuurlijk ook geen populair onderwerp. Vaak wordt je als burger pas geconfronteerd met de omstandigheden waaronder de proefdieren –van aapje via beagle tot muis- de experimenten moeten ondergaan als je zelf naar informatie gaat zoeken. Maar dit stuk gaat niet over hoe de proefdieren worden uitgehongerd, levend worden verbrand en op andere manieren worden gemarteld. Ik wil u vertellen over good men who do nothing. De 18e eeuwse politiek filosoof Edmund Burke was ervan overtuigd dat het voor de triomf van het kwaad alleen maar nodig is dat goede mensen geen actie ondernemen. De kwestie dierproeven is hier een uitstekend voorbeeld van.

Er is een deel van de bevolking dat nog steeds van mening is dat dierproeven noodzakelijk zijn voor de vooruitgang van onze beschaving. Nu wil het ongeluk ook nog eens dat dit deel van de bevolking royaal vertegenwoordigd is in de politiek. Zo heeft de Brabantse gedeputeerde van Economische Zaken en Bestuur Bert Pauli op vrijdag 14 november 2014 nog gezegd dat hij niet van plan is om zelfs maar een inspanning te leveren om alternatieven te zoeken voor dierproeven. Volgens de gedeputeerde zijn dierproeven nog steeds noodzakelijk voor de ontwikkeling van medicijnen, zijn alternatieven niet voorhanden en kunnen bepaalde middelen (op Europees niveau) niet worden goedgekeurd zonder dat die eerst zijn getest op proefdieren. Sterker nog, hij wil de bedrijven die werken met dierproeven zelfs nog wel een financieel steuntje in de rug geven door leningen te verschaffen. En waarom zou hij ook anders beslissen? Moreel gezien zijn er talloze bezwaren tegen dierproeven, maar wettelijk is het nog steeds toegestaan. Het lijden van miljoenen dieren schijnt niet op te wegen tegen het financiële voordeel ervan, terwijl met alternatieven dezelfde resultaten kunnen worden bereikt.

Wat mij en vele andere Nederlanders betreft, is het tijd dat hier verandering in komt. Maar is er wel hoop voor de proefdieren? Is er wel een reële kans op verandering in de attitude van de politiek als zelfs de SP, toch de meest sociale partij in de Brabantse coalitie, niet voor een motie van de Partij voor de Dieren wil stemmen waarin de provincie wordt gevraagd om in de toekomst geen dierproeven meer te financieren? De motie vond bij niemand steun afgezien van GroenLinks en de Onafhankelijke Statenfractie Noord-Brabant. Let wel, het gaat bij dierproeven lang niet altijd om het testen van baanbrekende medicijnen. Aan het testen van bijvoorbeeld handcrème en deodorant komen nog steeds proefdieren te pas, terwijl hier even goed menselijke huid voor kan worden gebruikt die overblijft na cosmetische ingrepen.

De SP, waarvan statenlid Veerle Slegers in haar jongere jaren zelfs politiek actief was tegen dierproeven, lijkt het nu allemaal wel best te vinden in het kader van de vooruitgang. Het zou voor mij juist een teken zijn dat onze beschaving een groeispurt maakt als dierproeven worden verboden

06 december 2014

Rechter: chimpansee zou niet dezelfde rechten hebben als een mens

In de Volkskrant het verslag van een gerechtelijke uitspraak over de vraag of een chimpansee dezelfde basale rechten heeft als een mens.
Chimpansee Tommy slijt zijn dagen in een kooi in de woning van zijn baasje in Fulton County. Een dierenrechtengroep stapte naar de rechter en eiste dat Tommy wordt vrijgelaten. Volgens de rechtengroep zijn de omstandigheden waarin de aap wordt gehouden vergelijkbaar met die van iemand die onterecht in de isoleercel zit.
Een lagere rechtbank verwierp de eis, waarna de groep het hogerop zocht. Dieren met menselijke eigenschappen, zoals chimpansees, zouden basale rechten toegekend moeten krijgen, waaronder het recht niet gevangen te hoeven zitten, vindt de groep. De mensapen zouden daarom voor de wet als personen moeten worden gezien. De groep maakt zich ook hard voor drie andere chimpansees in New York en heeft plannen voor rechtszaken in andere staten.
Het gerechtshof stelde dat er precedent noch wettelijke basis is voor het behandelen van dieren als personen. Volgens het hof is het 'ongepast' de rechten van een mens ook toe te kennen aan een dier.
Tot zover de Volkskrant.

Wat kunnen we met dit bericht? Heeft de dierenrechtengroep het goed aangepakt of heeft de rechter een punt?
De groep dacht: laten we eerst maar eens voor het dier dat het meest op de mens lijkt de rechten erkend krijgen.
Op basis van het bericht lijkt het of de rechter heeft geredeneerd: het staat niet in de wet dat chimpansees als personen moeten worden behandeld en dus wijzen we de eis af.
Wanneer dat zo gegaan is, is dat natuurlijk flauw, want je doet een beroep op de geest van de wet en niet op de letter. Het is maar de vraag of de geest van de Amerikaanse wet ook de interpretatie toelaat dat apen niet mogen worden opgesloten.

Het nadeel van dierenrechten te baseren op gelijkenis met mensen is dat er een rechtsongelijkheid dreigt voor dieren die niet op mensen lijken.
Er is wel een basis denkbaar die voor alle dieren geldt en waar ook de grondrechten van alle mensen op gebaseerd is en dat is .

Heeft deze benadering dan meer kans om door een rechter geaccepteerd te worden, immers het zou voor een nog veel groter deel van de samenleving gevolgen hebben?
Het antwoord is ja en nee. Ja, omdat het eleganter is en nee, wanneer je niet tegelijkertijd die gedachte doorvoert in allerlei situaties waarin het menselijk gedrag gevolgen heeft voor dieren. Iemand die eenmaal de elegantie en de waarheid van de gelijkwaardigheid van dieren in hun grondrecht op vrijheid doorziet, zal ook met plezier die waarheid in zijn eigen leven doorvoeren en dit delen met anderen. Het betekent ook dat niemand zich
eigenaar van een dier zou mogen noemen.

Filosoof Baggini over het eten van vlees

Mac van Dinther interviewt voor de boekenbijlage van de Volkskrant filosoof Julian Baggini.
‘Ik wil niks verkeerds zeggen over vegetariërs en veganisten. Vergeleken met de grote meerderheid vleeseters die nergens over nadenken doen zij het stukken beter. Maar ik ben er niet van overtuigd dat het verkeerd is om vlees te eten.
'Het lijkt mij dat het doden van een dier op zichzelf geen probleem is. Dood is een fact of life in de dierenwereld. Dieren in het wild worden ook niet oud in het bejaardenhuis en als ze sterven, gaat dat niet altijd vreedzaam. Vaker worden ze uit elkaar gerukt door roofdieren.
'Het verminderen van onnodig leed, dat is waar het echt om gaat als we het over dieren hebben. Als je goed voor een dier zorgt en je doodt het op de juiste manier, dan kunnen die dieren weleens de winnaars zijn in de biologische loterij uit het oogpunt van lijden. Dat geldt nadrukkelijk niet voor beesten die gehouden worden in de industriële veehouderij. Dieren hebben ruimte nodig om te leven.
'Ik heb vlees lang gemeden. Op een keer ben ik meegegaan met een vriend die zijn varkens liet slachten. Het was geen mooi gezicht. Maar ik had naderhand wel het gevoel dat ik deze varkens met een gerust geweten kon eten. Ze waren onder goede omstandigheden gehouden en toen ze geslacht werden, was er geen enkele stress.
'Er zijn mensen die zeggen dat je een dier zelf moet kunnen doden om vlees te mogen eten. Dat denk ik niet. Moet je een openhartoperatie hebben gezien om er een te mogen ondergaan? Ik denk dat het wel goed is als mensen het een keer zien. Dan besef je dat vlees geen triviaal ding is. Er komt dood aan te pas'.

Boeken van Julian Baggini op bol.com.

04 december 2014

Website voor jonge vegetariërs

Voeding Nu online meldt het volgende.
Website voor jonge vegetariërs
Vegakids.nl is een nieuwe website van de Vegetariërbond voor kinderen van 7 tot met 12 jaar die nieuwsgierig zijn naar vegetarisch eten of al vegetariër zijn.
De website is bedacht door twee Vegakids, Lotte en Mees Vos, die hun hele leven al vegetarisch eten. Met hun hulp (en de resultaten uit de Online Vragenlijst Vegakids waarin kinderen gevraagd werd naar hun eetgewoonten en internetgebruik) heeft de Vegetariërsbond de website verder uitgebouwd.

Lotte en Mees.
Vanaf hun 8ste jaar mochten Lotte en Mees van hun ouders zelf kiezen of ze vegetariër wilden blijven of dat ze toch vlees wilden gaan eten. Lotte en Mees hebben er toen allebei voor gekozen om vegetariër te blijven. ‘We zijn het namelijk eens met onze ouders: ‘het eten van vlees is zielig voor de dieren die daarvoor gefokt en geslacht moeten worden’.

Reden.
Uit het onderzoek bleek dat de belangrijkste reden van kinderen om te kiezen voor vegetarisch eten de liefde voor dieren is. ‘Kinderen kunnen het hoog aaibaarheidsgehalte van dieren en een stuk vlees op hun bord vaak niet los van elkaar zien’.

Vragenlijst.
90% van de kinderen uit de Online Vragenlijst Vegakids wil geen vlees eten, maar slechts 70% van deze kinderen eet vegetarisch. De andere 20% wil geen vlees meer eten, maar wordt hierin niet gesteund door hun ouders. Voor deze en alle andere nieuwsgierige kinderen geeft Vegakids uitgebreide achtergrondinformatie en hulp en tips bij het vervangen van vlees en een ‘Hoe-overtuig-ik-mijn-ouders’ checklist.

Doel.
Het doel van Vegakids.nl is om kinderen op een enthousiaste, frisse en positieve manier uitleg te geven over gezond en vooral lekker vegetarisch eten. De website bevat nieuwtjes, vegarecepten, maandelijks een nieuwe poll, een (activiteiten)kalender, Mail&Win-acties, filmpjes en de enige echte Vegastrip.

Oproep tot Vredesfeest voor alle schepselen

Nederlandse dierenorganisaties doen verzoek aan Paus, Obama, Poetin, Willem Alexander en de kerken voor oproep tot Vredesfeest voor alle schepselen.

Amsterdam, 4 december 2014. Twaalf Nederlandse dierenorganisaties en een dominee hebben per aangetekende brief het verzoek gedaan aan zowel de Paus, als aan president Obama, president Poetin en koning Willem Alexander (zie bijlagen) om het volk tijdens hun kersttoespraak op te roepen om in het kader van de vrede mee te werken aan een Vredesfeest voor álle schepselen. Concreet betekent dit dat we met Kerst dieren geen onderdeel laten zijn van het Kerstdiner en dat we ons bezinnen op onze omgang met onze met gevoel en bewustzijn begiftigde medeschepselen. Ook een aantal Nederlandse kerkbesturen kregen het verzoek de gelovigen hiertoe op te roepen. Daarnaast vroegen de dierenorganisaties en de dominee in hun brief aan Koning Willem Alexander, President Obama en President Poetin of zij het goede voorbeeld aan het volk willen geven door met Kerst met hun gezin geen dode dieren te eten. De ondertekende samenwerkende dierenorganisaties en de dominee zijn van mening dat juist voor een Vredesfeest geen mishandeling, uitbuiting, geweld, doding en slachting behoren plaats te vinden. Niet van mensen, maar ook niet van andere schepselen. Alleen dan kan er van echte vrede sprake zijn. Gezien de vele mogelijkheden van tegenwoordig kan men ook zónder gebruik van dieren heerlijk en feestelijk eten. Op deze manier zou Kerst echt een feest van Vrede kunnen worden, van bezinning op ons consumptiegedrag en een eerste stap naar wereldwijde vrede.

De stap van verruwing en geweld tegen dieren naar geweld tegen onze eigen soortgenoten is klein. Het laatste ligt in het verlengde van het eerste. ‘Zolang er slachthuizen zijn zullen er ook slagvelden zijn’, schreef de Russische schrijver Tolstoj al. En ook George Obama, de jongste broer van President Barack Obama, die in de sloppenwijken van Nairobi woont, verwijst in een documentaire (https://www.npo.nl/broers-en-zussen/28-11-2013/VPWON_1199435) (21.05 in de documentaire) naar de opkomende gewelddadigheid van arme jongens doordat ze in een geitenslachterij zijn gaan werken. Hij zegt letterlijk “Die kinderen raken gewend aan bloed. Het doet ze niets meer om iemand neer te steken. Het wordt iets normaals voor ze”. Wreedheid tegen mens, kind, dier staat niet los van elkaar en iedere vorm is even verwerpelijk.

De samenwerkende dierenorganisaties vinden het onbegrijpelijk en onverteerbaar dat juist op het Vredesfeest zo buitensporig veel vlees van speciaal hiervoor uitgebuite en gedode dieren wordt gegeten. Vlees van kalkoenen, konijnen, kippen, varkens en andere dieren die een treurig, volstrekt dieronwaardig bestaan hadden in de vee-industrie. Maar ook vlees van dieren in het wild, die op wrede wijze aan hun eind gekomen zijn, nadat ze eerst zijn opgejaagd en daarna vaak niet direct zijn gedood, maar zijn afgemaakt door de jager die hen eerst heeft aangeschoten (zoals onder andere hazen, herten, reeën, fazanten, konijnen en zwijnen). Ook gaat het om het vlees van vissen en kreeftachtigen, dieren die ook weer op meedogenloze wijze worden gedood. Dieren zijn net zoals mensen van vlees en bloed en kunnen lijden. Ze kunnen pijn, angst, maar ook vreugde ervaren. En al hebben zij niet de menselijke taal tot hun beschikking, ze zijn uiterst gevoelige wezens met een uniek karakter en een eigen waarde.

Stichting Comité Dierennoodhulp, Ds Hans Bouma, Stichting Een Dier Een Vriend (EDEV), Stichting Rechten voor al wat leeft, Werkgroep Kerk en Dier Alkmaar, De Faunabescherming, Stichting Dierennood, Sea First Foundation, Stichting KonijnenBelangen, Stichting Varkens in Nood, Stichting Ganzenbescherming Nederland, Stichting Dierbewustleven en Stichting Stop Dierenleed Nederland.

02 december 2014

Kippenboeren steeds brutaler

De vogelgriep is weer terug bij de pluimveeboeren. Dat is vervelend voor de betrokken ondernemers, maar desastreus voor de kippen. De laatst genoemden worden, ziek of niet, zonder pardon afgemaakt, de ondernemers krijgen een fors deel van hun schade vergoed. Dat betalen ze dus niet zelf, zoals kippen-voorman Oplaat aan het begin van de uitbraak in Nieuwsuur wist te melden.

De kippenboeren krijgen een vergoeding uit het Dier Gezondheids Fonds (DGF). Dat fonds wordt echter maar voor een deel door de kippenboeren gevuld. Er is vastgelegd dat de kippenboeren nooit meer aan dat fonds betalen dan 25 miljoen euro.
De vogelgriep begon op 16 november, en we zijn inmiddels bijna 2,5 week verder. De schade door de vogelgriep wordt geschat op 10 miljoen euro per week. Dit betekent dus dat vanaf woensdag 3 december de burger opdraait voor de rest van de kosten. (2,5 keer 10 miljoen is 25 miljoen).

Pikant detail. Vorig jaar eiste de LTO dat de biologische boeren veel meer zouden moeten bijdragen aan het fonds, omdat uitbraken van vogelgriep vooral voor zouden komen bij vrije uitloop-kippen. Geinig: daarbij ging het steeds om laag besmettelijke varianten van de vogelgriep. Bij deze uitbraak, vooralsnog uitsluitend bij opgehokte kippen, gaat het om de gevaarlijke en zwaar besmettelijke variant.

Broederijen en vermeerderingsbedrijven die door het vervoersverbod worden getroffen krijgen ook een vergoeding. Deze schade is niet voorzien in het DGF, dus die komt sowieso voor rekening van de burger.

Men zou verwachten dat een sector die bij calamiteiten zo afhankelijk is van de overheid (lees: de burger), zich een beetje bescheiden zo opstellen. Immers, wie betaalt bepaalt. Met de pet in de hand hoeft nou ook weer niet, maar het grof geschut waarmee de voormannen van de sector tekeer gaan, is toch wel redelijk beschamend.
Eerst was daar de heer Oplaat die in Nieuwsuur de vloer aanveegde met staatssecretaris Dijksma. De maatregelen die ze had getroffen konden er nog net mee door, maar verder verweet hij haar dat ze onzichtbaar was. Ze had voor de boeren moeten gaan staan, en hen in het openbaar een hart onder de riem moeten steken.

Wat is dat voor flauwekul?

Linksom of rechtsom zijn de betreffende boeren zelf er niet in geslaagd het virus uit hun stallen te houden. Nogal logisch: aan de ene kant van de stal staan grote ventilatoren die lucht naar binnen zuigen en aan de andere kant staan al even grote ventilatoren die de lucht er even hard weer uitblazen. Wel met tig-keer zoveel virus.

Die stallen zijn dus helemaal niet dicht zoals de boeren zelf beweren.

Burgers die aan de kant van de stal wonen waar de lucht weer uitkomt wisten dat allang. Een beetje kippenstal is tot op vijf kilometer benedenwinds nog te ruiken. Een niet echt geruststellende gedachte voor die burgers, nu het blijkt te gaan om een virus dat ook voor mensen besmettelijk en gevaarlijk is.
Zoveel is zeker: als het echt uit de hand loopt is er een zak met geld voor de gedupeerde boeren, en de misschien nog harder gedupeerde burger mag het allemaal zelf uitzoeken. Dat hebben we bij de Q-koorts gezien.

Voor de voormannen van de kippenboeren en verwerkers is dat allemaal geen enkele reden om zich ietsjes meer bescheiden op te stellen. Ze zijn het volstrekt niet eens met de ingestelde vervoersbeperkingen en eisen op hoge toon dat de staatssecretaris de maatregelen per direct aanpast. En zo niet, dan volgt niet alleen een kort geding, maar ook nog een stevige schadevergoeding.

Arme staatssecretaris. Eerst laat ze zich schofferen door meneer Oplaat. Vervolgens stuurt ze de koning naar een getroffen kippenboer, maar dat vinden de boeren niet genoeg. Zijne Majesteit kwam weliswaar met goede bedoelingen, maar met lege handen.
Op zondag verdedigt ze in een stukje door de regering gevorderde zendtijd bij het programma Buitenhof tot in het absurde het bestaansrecht van de economisch gezien uiterst marginale pluimveesector, en dan krijgt ze dinsdag een dreiging met juridische stappen voor de kiezen.

En ze had de sector nog wel zo geprezen: op het gebied van dierenwelzijn en het terug dringen van het antibiotica gebruik waren zeker in vergelijking grote stappen gezet. Oh ja? Al meer dan tien jaar is kappen van snavels van kippen verboden, maar deze staatssecretaris staat het in ieder geval nog tot 2018 toe. Hoezo dierenwelzijn? Bij de cijfers over het terugdringen van het antibioticagebruik zijn op z'n minst vraagtekens te zetten: antibiotica werd en wordt vooral gebruikt als groeibevorderaar. Hoe kan het dan dat enerzijds volgens de sector het gebruik van antibiotica sterk afneemt, en tegelijkertijd het geslacht gewicht toeneemt.

Over de juridische claim van de sector hoeft mevrouw Dijksma niet wakker te liggen. Een rechter met een beetje ruggengraat veegt die claim natuurlijk resoluut van tafel. De sector dient immers vooral bij zichzelf te rade te gaan, al was het maar omdat de grootschaligheid waarmee in Nederland pluimvee wordt gehouden, dicht in de buurt van uitlokking komt als het om vogelgriep gaat.

Los daarvan: je zal maar staatssecretaris zijn van een sector die zichzelf voortdurend over de ruggen van de dieren en de burger in de nesten werkt, en voor wie je het per definitie nooit goed doet.

Het wordt hoog tijd dat de sector eens gaat begrijpen dat de rest van de mensheid niet op de wereld is gezet om hun zelf veroorzaakte problemen altijd maar op te lossen.

Dierenliefde kan voorbij gaan

Sylvia Witteman in haar column in de Volkskrant:
Een écht plezier zou ik mijn kinderen alleen doen met een schattig klein poesje, wist ik. Alleen hebben we al een poes, die ooit ook een schattig klein poesje was maar inmiddels is uitgegroeid tot een dikke, domme pluisbal die met bibberende onderkaak mekkergeluiden maakt naar (eventueel fictieve) duiven op het balkon, 's nachts met dreunend geweld op de pianotoetsen springt en verder zonder aantoonbaar nut door het leven gaat.
Iets zegt mij dat het een nieuw poesje op den duur net zo zal vergaan. Dan verlaten mijn kinderen het ouderlijk huis, voor studie, voortplanting of het ruime sop en dan zit ik met twéé van die inerte, verharende divankussens die niet eens van mij houden, want daar beginnen katten nu eenmaal niet aan.

01 december 2014

Thieme: we hebben niets geleerd

Uit de speech van Marianne Thieme op het partijcongres:
Dagelijks ervaren mensen op het platteland hier in Nederland de gevolgen van dit megalomane exportdenken van dit kabinet. Ze kijken 's morgens uit het raam en maken zich er zorgen over of zij er volgend jaar de koeien nog wel zien rondlopen. Zij maken zich zorgen of zij de volgende keer de horizon niet vervuild zien met varkens- en kippenfabrieken. Kleine gezinsbedrijven worden kapot geconcurreerd door de oprukkende schaalvergroting. En als dan in het oog van de storm, vogelpest opduikt, blijkt dat we niets, maar dan ook niets geleerd hebben van de vogelpestcrisis van 2003 toen 30 miljoen kippen gedood werden.
Ook nu weer worden kippen “geruimd” via vergassing met CO2, de meest akelige dood die voorstelbaar is.

We horen vertegenwoordigers van de bio-industrie op de radio zeggen dat het de schuld van de trekvogels is. De vraag die echter gesteld moet worden, is hoe het kan dat massale aandoeningen en sterftes in de natuur onder vogels uitblijven en de kippen in de bio-industrie massaal het loodje leggen als er een vogelgriep uitbreekt.
Kennelijk is onze bio-industrie een gespreid bedje voor een virus dat daar zeer op gedijt. Als het zelfs in gesloten stallen uitbreekt, ligt het niet voor de hand om de trekvogels de schuld van geven, en toch is dat de pavlovreactie van de agrarische sector, nagepapegaaid door een groot deel van de pers en de politiek.

Met veel andere dierenwelzijnsonderwerpen doet ze exact dat waarmee haar voorgangers de fout ingingen: afschuiven, doorschuiven en greenwashing. Dit jaar hebben wij een meerderheid weten te krijgen voor een verbod op het levend aan slachthaken hangen van kippen en kalkoenen. De staatssecretaris weigert de motie uit te voeren en wijst naar Brussel: daar moet het geregeld worden want het kan toch niet zo zijn dat de Nederlandse kippenslachters een nadelige concurrentiepositie krijgen door strengere regels.

Meer lezen? Klik hier.

30 november 2014

Focus: Vlees, wat kost het ons eigenlijk?

Zondagavond 30 november werd de Britse documentaire 'The Truth About Meat' uitgezonden, waarin presentator Michael Mosley laat zien hoe bedreigend de almaar toenemende vleesconsumptie is voor onze aarde - maar ook wat we eraan kunnen doen.

Er zijn manieren waarop de productie van vlees minder milieubelastend kan. De gemakkelijkste manier is om minder vlees te eten.
Wie argumenten zoekt om vlees te blijven eten en tegelijk iemand van repliek te willen dienen die vindt -dat vlees eten het milieu te veel belast-, vindt deze argumenten in de documentaire. Maar weet dan dat de milieubelasting bij een lage vleesconsumptie wereldwijd niet meer relevant is.

We kunnen constateren dat we te maken hebben met tegengestelde krachten die moeilijk zijn te besturen. Enerzijds hebben mensen de vrijheid om vlees te eten, anderzijds worden de ecosystemen op aarde bedreigd wanneer iedereen dat in grote mate gaat doen. We weten dat boeren vlees en zuivel produceren in grote hoeveelheden omdat zij daaraan veel geld kunnen verdienen. We houden de politiek aan dat iedereen vrij is in de wens om zoveel mogelijk geld te verdienen. Wanneer we merken dat dit andere levensvormen schaadt laten we het aan de markt over om dit te reguleren. Heeft iemand iets tegen grootschalig geld verdienen aan voedselproductie dan zorgt hij maar dat er een beweging op gang komt die een tegenmacht kan vormen. Die tegenmacht zet net als de voedselindustrie alles op alles om mensen bewust te maken van hun koopgedrag.

Dit krachtenspel wordt gevoerd in de media en iedereen kan die informatie tot zich nemen die bijdraagt aan bestendiging van zijn overtuigingen. Het gevolg is dat enerzijds standpunten verharden en anderzijds dat degenen die wel openstaan voor verandering "food for thought" vinden. Betrokkenheid bij de dieren in de bio-industrie drukt de een uit in "zorgen voor natje en droogje" en de ander in "vrijheid om zich natuurlijk te gedragen". Wanneer er bijvoorbeeld een vogelgriep uitbreekt, dan ontstaat er plotseling een conflict tussen de verschillende niveaus van betrokkenheid. Het moeten doden van grote hoeveelheid vogels is erg voor de boer in kwestie. Op een ander niveau is het slechts een reddingspoging van een doodzieke sector. En "doodziek" is hier een benaming die bij de een instemming vindt en bij de ander weerstand.

Wie vindt dat hij helemaal niet wil bijdragen aan dierenleed en niet wil wachten tot mondiale ontwikkelingen (op het gebied van bewustzijn) zo ver zijn dat er minder schade wordt gedaan aan de leefomgeving van mens en dier kan beter gewoon stoppen met vlees eten en zich verdiepen hoe lekker en gezond eten ook zonder dierlijke producten kan.

28 november 2014

De illusionaire relatie met voedsel

Vanavond komt weer Total Recall van Paul Verhoeven uit 1990 op TV. De film speelt in de toekomst, waarin reizen naar andere planeten net zo gewoon is als nu naar andere landen te gaan op vakantie.
Maar de interplanetaire reizen zijn duur en je hoeft niet echt naar de planeet af te reizen om een prettige ervaring te hebben. Je kunt bij het reisbureau ook gewoon de herinnering aan jouw vakantie laten implanteren. Maar bij het implanteren in de film gaat er iets mis, er wordt iets gewist en meegeleverd wat niet de bedoeling is van de hoofdpersoon, gespeeld door Arnold Schwarzenegger. Daar komt hij slechts met heel veel moeite en stukje bij beetje achter.

Met deze inleiding wil ik de overstap maken naar hoe de reclame tegenwoordig werkt. Er wordt met een beeld, dat niet per se veel overeenkomst vertoont met de werkelijkheid, een beleving en een imago overgebracht. Die roept een positieve emotie en associatie op, waardoor de producent hoopt dat het product eerder wordt gekozen in de schappen. Maar de overeenkomst zit ‘m ook in de overdracht van een onwaarheid waarvan het maar de vraag is of de ontvanger daarop zit te wachten. Wanneer die onwaarheid een gewetenswroeging of een cognitieve dissonantie voorkomt, dan kan dit "leugentje voor bestwil" welkom zijn. Het kan ook een omkering van een nadeel zijn van een onpopulaire sector in een voordeel.

Zo is de Nederlandse bio-industrie niet geliefd, maar zijn de producten relatief goedkoop. In veel reclame wordt dan ook geprobeerd om dit beeld te kantelen, bijvoorbeeld met humor. Die humor heeft als boodschap dat de landbouwhuisdieren helemaal geen slachtoffer zijn, maar het juist fijn hebben in hun geavanceerde stallen. Er is geen sprake van verwaarlozing en verveling, maar juist van maximale zorg. Want waarom zouden ze anders zo snel groeien? De juiste combinatie van halve waarheden kan de boer tot een held maken en de kritische dierenbeschermer een verdachte. Weet de kijker beter? Is hij wel echt betrokken bij het welzijn van dieren, die hij ook nog eens van plan is op te gaan eten? Wat niet weet, wat niet deert.

De consument baseert zich nog steeds op een oud beeld van de boer van een goedwillende en hardwerkende ambachtsman, terwijl in de agro-industrie het ondertussen allang niet meer gaat om een authentiek product te verkopen dat voedzaam is. Het gaat de sector om de grondstoffen zo veel mogelijk te valoriseren, een duur woord dat betekent "zo veel mogelijk geld maken". Het reclamebureau wordt ingezet om de consument te verleiden om het product te kopen ongeacht of het opgeroepen beeld wel aansluit bij de realiteit van hoe het is geproduceerd. Het beeld van de consument en de werkelijkheid in de stal is net zo ver uit elkaar als de afstanden in Total Recall. Ook hebben beide partijen de illusie dat ze wel dicht bij elkaar staan en dat beeld koesteren ze. Wie de illusie verstoort, kan op agressie rekenen.

Omdat de consument net als de hoofdrolspeler in de film niet veel geld wil besteden en niet te veel tijd en moeite wil doen om na te gaan of het product wel deugt neemt hij genoegen met het geruststellende beeld dat de reclame voorspiegelt. Wanneer een actiegroep hem eraan herinnert dat het niet allemaal koek en ei is, dan is dat vooraleerst een vervelende wake-up call.
De parallel tussen de critici van de bio-industrie en het verloop van de film moet niet al te letterlijk worden genomen, maar het moeizame proces van bewustwording dat een fout beeld is overgedragen en de vraag of het wel effectief is om hier tegen in te gaan komt overeen de twijfels die een consument heeft. Die vraagt zich af: "Heb ik het me wel goed herinnerd, heb ik het wel goed gezien of gelezen?"

Twijfel zaaien en een "verdeel en heers"-politiek bedrijven zorgt ervoor dat de aandacht verschuift naar minder essentiële punten.
Het weinige wat een kritische consument kan doen is zelf na te denken, op onderzoek uitgaan en niet alles te geloven wat hem wordt voorgespiegeld en voorgeschoteld. Een heldenstatus valt niet te bereiken met de kritische grondhouding maar een schoon geweten wel. En het spaart ook nog geld en voorkomt ziektes.

25 november 2014

Handel in beschermde diersoorten is miljarden business

Volkskrant:
De illegale handel in beschermde diersoorten brengt jaarlijks zo'n 19 miljard dollar op. Het is hiermee de op drie na meest lucratieve illegale handel. Slechts handel in drugs, vervalste producten en mensen levert meer op. In toenemende mate wordt het gelieerd aan georganiseerde misdaad. Secretaris-generaal van de VN Ban Ki-Moon luidde onlangs de noodklok over de illegale dierenhandel en waarschuwde de VN Veiligheidsraad dat het een bedreiging voor de mondiale veiligheid vormt.

Boeren werken aan meer ruimte in de megastal

De poging van melkveehouders om -vooruitlopend op het afschaffen van de het melkquotum- zoveel mogelijk koeien zoveel mogelijk ruimte te geven in een megastal wordt zwaar ondergewaardeerd. Door het vergroten van de melkplas keldert de opbrengst ver onder de kostprijs. Het gevolg is dat de boeren koeien moeten afstoten om de kosten te drukken. Daardoor komt in de megastal ruimte vrij.

Wanneer de controlerende instanties willen meewerken door te kijken of er niet een deel van de stal wordt afgesloten, hebben de overgebleven koeien voldoende leefruimte. En wanneer de instanties er ook nog op toezien dat de koeien ook naar de wei kunnen zodra het weer het toelaat dan zijn de meeste burgers tevreden.

Dit marktmechanisme werkt prima wanneer we als samenleving geen subsidie in de sector meer pompen om de veestapel zo groot te houden als deze nu is. En wanneer de boeren niet bij de belastingbetaler komen zeuren wanneer hun inkomen te laag is.

Dus dierenbeschermers, heb geduld en vertrouwen en houd de vinger aan de pols of de stallen en de weides wel correct gevuld worden.

24 november 2014

Meer frisse lucht voor varkens

Wakker Dier voert actie voor meer frisse lucht voor varkens:

ACTIE - Miljoenen varkens in ons land staan levenslang in verstikkende ammoniakdampen. Dit schadelijke gas is een van de belangrijkste oorzaken van ernstige ademhalingsproblemen en longontstekingen. Varkens willen de ammoniaklucht vermijden, maar dat kan niet als ze opgesloten zijn.

Laten we ervoor zorgen dat de varkens weer naar buiten mogen. Dat kan alleen als er genoeg geld is om te investeren in de leefomgeving van de varkens. Dit betekent dat vlees niet meer voor een absurd lage prijs verkocht wordt. Met jouw hulp gaan wij supermarkten en A-merken hierop aanspreken en kunnen de varkens weer opgelucht ademhalen.

Tot zover Wakker Dier.

In Eenvandaag was onlangs een trotse varkensboer te beluisteren die hoog opgaf over de luxe situatie waarin zijn varkens zich bevinden. Ze konden zo vaak mogelijk van de airconditioning snuiven als ze wilden en ze hadden ook nog vloerverwarming.
In welk land leven varkens zo luxe?


In de uitzending ook een theatermaker die een "Ode aan de varkensboer" wilde maken voor mensen die nooit in het theater komen.

Er zijn varkens in Nederland die in de gelegenheid worden gesteld om op een vuile betonvloer buiten wat frisse lucht op te snuiven.
Echt in de volle grond wroeten is hun niet vergund want dat drijft de kostprijs zo hoog op dat concurrentie met het buitenland niet meer valt aan te gaan.

Wat echt helpt voor verbetering in dierenwelzijn is een politiek die gericht is op afbouw van de export van dierlijke producten. Dat betekent in ons land dat er minder dieren gehouden worden. Als kiezer moet je dan natuurlijk niet zo naïef zijn om het argument serieus te nemen dat dan minder dieren in optimale omstandigheden leven omdat buitenlandse boeren de productie overnemen. Dat is vorm van redeneren die eigenlijk in het theater thuishoort.

Wie wil lezen met welke absurde argumenten de vaderlandse bio-industrie nog meer wordt verdedigd, klik hier.

Leeswijzer


Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom.
Klik hier voor de laatste bijdragen op dit blog
.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.
Kijk op ook Facebook voor onze reactie op de actualiteit.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.