Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.

01 april 2018

Gebreken bij rashonden

Op zondag met Lubach wordt het doorfokken van honden aan de kaak gesteld.

Veel rashonden hebben last van hun ras. Op Rashondenwijzer.nl kun je per soort zien welke gebreken het vaakst voorkomen. Deze hondenrassen zijn niet ontstaan door evolutie, maar door de mens. En die rassenmode blijft zich steeds maar ontwikkelen. In deze video legt Arjen dit uit.
Zie ook Stichting Animal Freedom over het doorfokken van honden.

08 maart 2018

Een dodelijk netwerk

Visbedrijven moeten spookvistuig bestrijden.

Spookvistuig bedreigt leven in de oceanen

Onder de golven van onze oceanen schuilt een groot gevaar. Geen witte haaien of pijlstaartroggen… maar spookvistuig dat eeuwenlang blijft rondzwerven. Gedumpt en verloren vistuig vormt een groeiend probleem voor dier, mens en milieu. Bedrijven presteren ondermaats in de bestrijding van dit probleem. Dat blijkt uit het nieuwe rapport Ghosts beneath the waves van World Animal Protection.

Uit het rapport van World Animal Protection (voorheen WSPA) blijkt dat spookvistuig een enorme, wereldwijde impact heeft. Zo bestaat tien procent van al het afval in zee inmiddels uit spookvistuig. Jaarlijks eindigt minstens 640.000 ton vistuig in de oceanen – terwijl dit materiaal wel 600 jaar in zee blijft rondspoken voordat het is afgebroken.
Ruim honderdduizenden dieren, zoals zeeschildpadden, walvissen, zeehonden en vogels, worden jaarlijks gedood door verstrikking, verdrinking of uitputting als gevolg van spookvistuig. Ook op milieu en mens heeft spookvistuig impact. Zo raken ondiepe koraalriffen beschadigd, zetten afnemende visbestanden de voedselzekerheid onder druk en lopen scheepvaart en visserij risico’s wanneer zij zwervend vistuig tegenkomen.

Visbedrijven scoren ondermaats.
In het nieuwe rapport worden ’s werelds vijftien grootste visbedrijven onder de loep genomen en wordt getoond wat zij doen tegen spookvistuig. De bedrijven zijn gerangschikt met scores van 1 tot 5. Score 1 betekent dat de bedrijven verlies van vistuig proberen te voorkomen, verouderd vistuig recyclen en verloren vistuig verwijderen. Score 5 betekent dat spookvistuig überhaupt niet op de bedrijfsagenda staat.
Uit het rapport blijkt dat de beoordeelde bedrijven ondermaats scoren: geen van de bedrijven scoort een 1 of 2. Slechts drie van de vijftien bedrijven erkennen hun verantwoordelijkheid in het bestrijden van spookvistuig – deze bedrijven, Thai Union, Tri Marine en Young’s Seafood, scoorden alle drie een 3. Die laatste twee zijn aangesloten bij het Global Ghost Gear Initiative (GGGI). Bedrijven als Clearwater Seafoods, Cooke Seafood en High Liner Foods presteren helemaal ondermaats in de beoordeling en scoorden een 5. Uit het rapport bleek dat maar liefst tachtig procent van de onderzochte bedrijven geen duidelijk beleid heeft om spookvistuig te bestrijden.

Karin Bilo, Programma-manager bij World Animal Protection: “vistuig is ontworpen om vis te vangen: het is heel effectief in het vangen en verstrikken van vis en schaaldieren. Dit maakt verloren vistuig ook zo’n gevaar voor het leven in zee; netten, lijnen en fuiken blijven lange tijd doen waarvoor ze zijn gemaakt: het vangen en doden van vis. We hopen dat bedrijven hun verantwoordelijkheid gaan nemen. Toetreden tot de GGGI is een mooie eerste stap”.

Global Ghost Gear Initiative
Hoewel de hoeveelheid spookvistuig toeneemt, is de oplossing voorhanden, mits overheden en organisaties wereldwijd samenwerken in de strijd tegen spookvistuig. Daarom riep World Animal Protection het Global Ghost Gear Initiative (GGGI) in het leven: een platform voor samenwerking om de spookvistuigcrisis aan te pakken. Niet alleen het opruimen van spookvistuig, maar vooral het voorkomen ervan is van groot belang. Samen met overheden, bedrijven en goede doelen werkt de GGGI aan inspirerende projecten en beïnvloedt het visserijbeleid wereldwijd. Ook in Nederland zetten organisaties zich in tegen spookvistuig. Investeringen in oplossingen leiden uiteindelijk tot gezondere oceanen. De visserij, consumenten, en niet in de laatste plaats het zeeleven, zullen hier de vruchten van plukken.

28 februari 2018

De ontstoken motor pijnloos uitgemolken

Uit een studie van Wageningen Economic Research, gepubliceerd in Journal of Dairy Science, werd de volgende conclusie getrokken:
“Gebruik van een NSAID (meloxicam) naast antibiotica bij koeien met klinische mastitis in de eerste 120 dagen van de lactatie levert een economisch voordeel van € 42 per klinische mastitis per jaar”.
Wanneer een koe uierontsteking (mastitis) heeft dan komt er veel pus in de melk. Die hoeveelheid wordt uitgedrukt in een celgetal. Veel pus is een hoog celgetal. Wanneer een koe een hoog celgetal (kiemgetal) heeft, wordt er vaak gewoon doorgemolken. De melk van deze koe wordt in de opslagtank gemengd met melk van de andere koeien. Zolang het celgetal van de hele melkplas van een bedrijf onder de norm blijft is er officieel niets aan de hand. Voor een boer is melk, melk en of de koe daar last van heeft bij het melken interesseert hem niet zoveel: pijnstiller er in en Klaar is Kees!
Het wordt als lastiger wanneer een boer met antibiotica begint. Die melk moet apart worden gehouden en weggegooid. De detectiemethoden kunnen alleen grote concentraties antibiotica in de melk opsporen. Het laat zich raden wat er met de melk gebeurt wanneer de hoeveelheid antibiotica nog niet aantoonbaar is.
Klinische mastitis is aan de uier zichtbare mastitis: open wonden, dikke bulten waar ze niet horen. De winst zit er in dat de boer bespaart op opfokkosten. Het opfokken van een kalf kost rond de 2000 euro. Dus hoe minder koeien je hoeft te vervangen, hoe minder geld het kost. Door de fosfaatreductie politiek houden de boeren minder koeien en jongvee aan. Dus is de boeren er veel aan gelegen om meer melk uit een koe te trekken en een koe zo lang mogelijk door te melken: minder jongvee betekent immers minder vervangingsmogelijkheden. De productiestijging per koe zorgt voor een grotere uierbelasting en dus grotere kans op ernstiger uierontstekingen die overigens uiterst pijnlijk zijn. De pijnstillers worden vooral gegeven om de koe rustig te houden tijdens het melken.

24 januari 2018

Een effectieve aanpak van fraude in de agrosector

De Nederlandse agrosector is voortdurend in het nieuws vanwege fraude. Toch leidt dit niet tot afdoende maatregelen door de opeenvolgende regeringen. Dit hangt samen met de Nederlandse mentaliteit om iets waar schijnbaar veel geld mee gemoeid is omzichtig te benaderen. Je ziet dit bij het niet aanpakken van de NAM bij de gevolgen van de overgrote gaswinning en in de omzichtigheid waarmee de exorbitante visvangsten van de Nederlandse vissers buiten schot worden gehouden.
Er is een Nederland een problematisch grote veestapel. In de jaarlijkse presentatie van de omzet van de landbouw wordt de bio-industrie niet afzonderlijk genoemd maar geteld bij de omzet van de akkerbouw, de doorvoer van agrarische producten en er worden onderdelen bij gerekend die in ieder geval niets te maken hebben met vee. De media zijn daar niet alert op. Het resultaat is dat het publiek ten onrechte denkt dat de Nederlandse bio-industrie van economisch belang is. In werkelijkheid ligt het eerder andersom.

Er wordt een soort competitiegevoel opgeroepen met iets waarmee je geen competitie zou moeten willen voeren, namelijk onnodig dierenleed.
“Wij Nederlanders flikken het toch maar om als klein landje op nummer twee van de agroproduktie te staan achter Amerika en voor Frankrijk”.
Zo veel mogelijk dieren houden is geen olympisch wedstrijdonderdeel
.

Een werkelijk doeltreffende oplossing zou zijn om de veestapel zo drastisch in te perken en duurzaam om te vormen dat het niet meer kan bedienen dan de lokale markt (Nederland en iets daarbuiten). Dat is minder moeilijk dan de betrokkenen zullen toegeven. Nu gaat alle onderhandeling over net wel of net niet over de grens gaan. Zie bijvoorbeeld de uitzondering die Nederland van tijd tot tijd bedingt om extra mest uit te mogen rijden (derogatie). Te veel mest werkt als gif voor bodemleven, waterkwaliteit en klimaat.

CEO Joosten van coöperatie Friesland Campina gaf april 2016 in het Financieele Dagblad aan (toe) dat meer dan de helft van de Nederlandse melkproductie blijvend verliesgevend is. Dit verlies wordt gecompenseerd met woekerwinsten op de overige melkproductie in plaats van beëindiging van onrendabele en overbodige bedrijfsvoering. De te lage melkprijzen worden veroorzaakt door de overproducerende boeren zelf! Niet door een gewetenloos calculerende consument of een keihard zakelijk afpersende supermarkt.
Een frauderende sector -die geen echte grenzen wordt gesteld- om te scholen tot een duurzame met gelijkblijvende productie is een hele lastige opgave. De fraudeurs zouden hun vergunning kunnen worden ontnomen in combinatie met een zo hoge boete dat ze failliet gaan. De melkproductie van die boeren kan uit de markt worden genomen, zodat de melkprijs omhoog schiet omdat je van het onrendabele deel verlost bent. In combinatie met een gedwongen grondgebondenheid voor alle vee (ook, varkens, en kippen) vang je meerdere vliegen in een klap.
De overheid kan in samenwerking met de EU duurzaam en diervriendelijk producerende boeren beschermen tegen oneigenlijke concurrentie gebaseerd op dierenleed. Precies dat is wat Nederlandse boeren, die zuivel en vlees produceren, nu hun buitenlandse collega’s aandoen.

Nederland zou de rest van de EU moeten aanbieden om vrijwillig de productie van vee, zuivel en vis in te perken tot het bedienen van een regionale markt in ruil voor bescherming en de verplichting aan de eigen producenten om de productie zo duurzaam te maken dat niemand (natuur, dier, milieu, belastingbetaler etc.) er meer last van heeft.
Sterker nog: de hoeveelheid voordelen van de inperking van de veestapel is groot.

21 januari 2018

Weerstand tegen Nederlandse boeren en vissers

Ondanks de claim van Nederlandse vissers dat de pulsvisserij visvriendelijker en milieuvriendelijker is, heeft het Europese parlement deze wijze van vissen onder druk van de Franse vissers aan banden gelegd. In de diverse media wordt hier verschillend over gerapporteerd. Niet iedereen vertelt erbij dat Nederland tegen de EU-afspraken een veel groter deel van de visserijvloot heeft gesteund in het omschakelen naar elektrisch vissen. Ook de hoeveelheid vis (quota), die gebaseerd is op de hoeveelheid in het verleden, zit buitenlandse vissers niet lekker, te meer dat voor hun eigen kusten veel wordt weggevangen.
Ook de Nederlandse veehouderij is groot en drukt buitenlandse collega’s uit de markt. Ook zij claimen een meer milieuvriendelijke manier om met vee om te gaan. Bovendien mogen Nederlandse boeren meer mest uitrijden dan buitenlandse (derogatie). Door de overproductie van mest staat dit voorrecht op de tocht.
Organisaties die zich bekommeren om diervriendelijkheid, klimaatopwarming en milieudruk staan kritisch tegenover Nederlandse vissers en boeren. De twee sectoren zijn zo omvangrijk dat buitenlandse concullegae (concurrerende collega's) er door in de verdrukking komen.
De Nederlandse politiek en de Nederlandse burger zou zich best eens mogen realiseren dat de wens om excessief te exporteren en expanderen helemaal niet zo’n gezonde motivator is. Het zorgt voor disbalans in binnen- en buitenland en daar lijden zonder enige noodzaak mens, dier, milieu en klimaat onder.

Gewone mensen

Enige tijd geleden las ik een interview met Abram de Swaan, emeritus hoogleraar en socioloog. Ging over of en hoe 'gewone' mensen in bepaalde omstandigheden de meest gruwelijke misdaden kunnen begaan. Auschwitz werd als voorbeeld genoemd. De Swaan zegt een aantal interessante dingen. Hij vermoedt dat het geweten van mensen die ineens gaan moorden zich beperkt tot het eigen gezin, hun superieuren en hun strijdmakkers. De rest kan naar de hel lopen. Ze hebben geen gevoel voor hun aandeel in wat er gebeurt en kennen niet of nauwelijks medelijden met anderen.
Ik moest, toen ik het las, onwillekeurig denken aan die andere gruwelijke massamoord die zich heden ten dage voor ons afspeelt, de bio-industrie. Nee, ik zal het H-woord niet noemen, want dan krijg ik daar weer gelazer over. We weten allemaal - of kunnen/moeten weten - dat in in dit goede vaderland per jaar een half miljard dieren om zeep worden geholpen, na een 'leven' vol pijn, angst en stress. Het verbaast mij steeds meer dat mensen die we als 'gewone' mensen, mogen omschrijven de massamoord op vijfhonderd miljoen dieren accepteren en er door hun consumeergedrag aan mee werken. Mensen die van hun kinderen houden, lief zijn voor hun partner, hun hond en/of kat vertroetelen, stierenvechten veroordelen, het doodslaan van een hond willen wreken, kortom gewone aardige, lieve mensen die ons dierbaar zijn.
De mensen waar De Swaan het over heeft plaatsen anderen, van buiten hun kring, buiten hun verantwoordelijkheid. Daarom wordt hun lijden en sterven irrelevant of zelfs acceptabel. Het overgrote deel van de mensheid heeft eveneens een aantal diersoorten buiten hun verantwoordelijkheid geplaatst opdat men ongestoord en niet geplaagd door zoiets als een geweten het niet te versmaden karbonaadje of kippenpootje kan blijven innemen.
Het gaat natuurlijk te ver te stellen dat mensen die de kiloknaller in hun wagentje kieperen even grote schurken zijn als de beulen van Auschwitz. Maar het is op z'n minst merkwaardig dat zo veel 'gewone' mensen willens en wetens blijven meewerken aan de grote massaslachting die bio-industrie heet. Het geweten van de meeste mensen beperkt zich dus kennelijk tot het door de De Swaan gesignaleerde eigen gezin - lees 'eigen soort' en aantal aaibare andere soorten.
De mens en het geweten, het blijft een niet te doorgronden fenomeen.

Herman Gallé

06 januari 2018

Vrijheid als wederkerig recht en plicht

Dr. Roland A.J. Mees is filosoof en werkt bij ING Sustainable Finance. Hij is recent gepromoveerd op het proefschrift getiteld: 'Sustainable Action, Perspectives for Individuals, Institutions and Humanity'.
Hij schreef voor NRC een artikel met als titel “Minder vlees, wat schiet ik daarmee op”?

Hij schrijft: wat wel concreet van ons gevraagd wordt is: (veel) minder vlees eten, met het openbaar vervoer naar je werk gaan en afzien van verre vliegvakanties. Maar als je dan vraagt wie hier morgen mee begint, krijg je na een ongebruikelijk lange stilte vaak als antwoord: „maar… what’s in it for me”? of „Wat schiet ík daar mee op?” En dan is zo’n levendig gesprek vaak ten einde.
Zijn suggestie voor een antwoord is het volgende.
“Wanneer ik minder vlees eet, de auto laat staan en minder vlieg toon ik mij een verantwoord burger. Dat is wat ik ermee opschiet. En de toekomstige generaties”.

Wat de heer Mees ook had kunnen antwoorden is dat alle levende wezens op aarde een gelijkwaardig belang hebben en dat is in vrijheid leven. Doorgaan op de oude voet tast de vrijheid van iedereen aan wanneer het klimaat te warm en het milieu te vervuild raakt.
Elkaar een dienst verlenen vraagt natuurlijk eerst een afstemming of iedereen wel de noodzaak tot gedragsverandering inziet.
Indien ja, dan is handhaving of vergroting van de wederzijdse vrijheid wat er voor iedereen inzit. Iedereen is dan vrij in het zelf kiezen van die gedragsverandering waarvan hij/zij vindt dat het voor een zo groot mogelijke groep tot vrijheid gaat leiden.

Leeswijzer


Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom.
Klik hier voor de laatste bijdragen op dit blog
.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.
Kijk op ook Facebook voor onze reactie op de actualiteit.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.