Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.

22 februari 2012

Vossen ingezet als beheerders van ganzen

SOVON is een onderzoek gestart naar de invloed van vossen op broedende grauwe ganzen (zie video).

De aantallen in ons land broedende grauwe ganzen nemen nog steeds toe en daarmee de schade. Onderzoek in de Gelderse Poort moet uitwijzen wat de invloed van vossen is op broedende grauwe ganzen door gezenderde vossen te volgen.

De Zoogdiervereniging, Bureau Mulder-natuurlijk en SOVON Vogelonderzoek voeren in opdracht van het Faunafonds het onderzoek uit. Het Faunafonds financiert onderzoek naar faunaschade, preventiemiddelen en het beheer van de Nederlandse fauna. Onderzocht wordt in welke mate vossen grauwe ganzen afhouden van het tot broeden komen. Daarnaast richt het onderzoek zich op de mate waarin vossen legsels en kuikens van grauwe ganzen opeten.

De eerste twee vossen ‘Joep’ en ‘Loes’ zijn vorige week in de Ooijpolder (bij Nijmegen) gevangen en voorzien van een zender. De vossen zijn genoemd naar twee personen, die nauw betrokken zijn bij het onderzoek. Door de vossen de komende tijd te gaan volgen, hoopt men meer te weten over de interacties tussen vos en grauwe gans.

Tot zover de site van SOVON.

In een artikeltje hierover in de Volkskrant onder de titel Jagerprooi de vos helpt bij ganzenjacht noemt Marcel van Lieshout de vos een onvoorziene metgezel van de jager. Dat de vos goed ingezet zou kunnen tegen een overpopulatie van ganzen had de SOVON al eerder voorzien. Maar wil de vos over het hele land goed ingezet kunnen worden tegen ganzenoverlast dan zou de overheid er goed aan doen om deze inzet te combineren met de uitrol van de Ecologische HoofdStructuur.

16 februari 2012

Wij zijn het megazat

Estera Waas en Christel de Haas hebben hun handen ineen geslagen om samen een grote vreedzame manifestatie te organiseren tegen megastallen, bio-industrie, en afbraak van natuur en milieu. Maar natuurlijk ook vanwege de effecten op de volksgezondheid en de respectloze omgang met dieren. Een soortgelijke manifestatie is op 21 januari met 23.000 mensen in Berlijn tot stand gekomen. Vanwege onze zorgen over de steeds grotere uitbreiding van megastallen en nu zelfs gigastallen, werden wij door de manifestatie in Berlijn geïnspireerd om dat in Nederland ook te gaan organiseren. Wellicht is de manifestatie bij jullie bekend maar voor de zekerheid hierbij een link naar hun website: www.wir-haben-es-satt.de.

We benaderen grote en kleine organisaties die iets te maken hebben met deze onderwerpen omdat we willen laten zien dat wij, burgers en organisaties, het zat zijn. Wij allen voor 1 doel!
Omdat het op dit moment een hot topic is willen we er ook niet erg lang mee wachten maar reeds op 17 maart a.s. laten plaatsvinden in Amsterdam op de Dam. In dat weekend is er ook een Eco Food Film Festival in Amsterdam wat hier mooi op aansluit.

Wat wij willen is een manifestatie vanuit de burger, (motto; we zijn het MEGA zat) maar met bijval van organisaties. Er is nog nooit een echt grote demonstratie tegen megastallen, bio-industrie, en afbraak van natuur en milieu geweest.

11 februari 2012

Sjoerdje

Afgelopen woensdag was ik getuige van de aankomst van koe Sjoerdje in het koeienrusthuis van Bert Hollander in Zandhuizen. Sjoerdje sloeg, vlak voordat ze zou worden geslacht, op de vlucht, kwam op het ijs terecht en zakte er prompt door. Met vereende krachten slaagde men er in het arme dier uit het ijskoude water te takelen. Daarbij ging het - wellicht onbedoeld – niet erg zachtzinnig toe. Het totaal gestreste dier werd op stal gezet, want slachten was niet aan de orde omdat gestreste koeien mindere kwaliteit vlees opleveren! De uitvoering van haar doodvonnis werd een week opgeschort. Daarna wachtte alsnog slachter, uitbener, slagerij, klant.
Het dier, nog maar 2½ jaar, terwijl een koe met gemak 20 jaar kan worden(!), zou haar korte leventje dus binnenkort beëindigen om een product voort te brengen dat mensen lekker vinden, maar waar ze best zonder kunnen.
Het aantal vegetariërs of mensen die bewust minder vlees eten neemt opzienbarend toe. Dat is verklaarbaar, want de gruwelverhalen en -beelden uit de vee-industrie bereiken steeds vaker de buitenwereld. Zei Paul McCartney niet: “Als de slachthuizen glazen muren hadden, zou iedereen vegetariër zijn”?
De Partij voor de Dieren besloot dat Sjoerdje een tweede gang naar het slachthuis moest worden bespaard en bood geld voor haar. In eerste instantie anoniem. Nadat de koop was gesloten en Sjoerdje in de veewagen was geleid op weg naar Zandhuizen, trad de PvdD uit de anonimiteit.
Wat een prachtig moment Sjoerdje uit de veewagen te zien komen en kalm haar plaats in de stal van Bert Hollander te zien innemen. Het welkomstcomité, bestaande uit PvdD Tweede Kamerlid Esther Ouwehand en mensen van de afdeling Friesland van de PvdD, genoot van de vlekkeloos verlopen operatie.
‘Symboolpolitiek’ hoorde ik al weer smalend hier en daar opmerken. Ja, dat is ook zo! Maar wat is er mis met symboolpolitiek om mensen te wijzen op iets waar men meestal stilzwijgend aan voorbij gaat of van wegkijkt omdat de realiteit ongemakkelijk is? Sjoerdje staat inderdaad symbool voor al die lotgenoten die minder geluk hadden en als karkassen in de koelcellen hangen. Ik heb in de ogen van Sjoerdje en een aantal stalgenoten gekeken en werd voor de zoveelste maal bevestigd in mijn overtuiging: Wie respect voor en mededogen met levende wezens heeft, eet ze niet op. En wie dat toch niet kan laten, weet dan wat je eet en wat het voordien was!

08 februari 2012

Orka’s verdedigen tegen slavernij

Dierenrechtenorganisatie Peta voert vijf orka's uit het waterpretpark van SeaWorld in San Diego, Californië als klagers op in een rechtszaak tegen SeaWorld. Het is de eerste keer dat een Amerikaanse rechter probeert te bepalen of dieren dezelfde grondwettelijke bescherming tegen slavernij moeten genieten als mensen.
Het is natuurlijk niet de eerste keer dat mensen zich afvragen of de zaak van dierenrechten kans maakt voor een rechtbank. De vergissing die vaak wordt gemaakt is dat dierenrechtenactivisten niet de wens hebben om dieren zichzelf te laten vertegenwoordigen voor een rechtbank, maar dat een rechtbank mensen serieus neemt die de belangen van dieren willen verdedigen.

Dierenrechten zijn in feite mensenrechten om voor dieren op te komen.

02 februari 2012

Weg met de legbatterij

Compassion in World Farming (CIWF) voert actie tegen de legbatterij. Deze is met ingang van 2012 verboden, maar is nog niet uit alle landen verdwenen. Van het CIWF de stand van zaken.

Nederland

Een van de aangeschreven landen is Nederland. In ons land blijken nog zo'n 50 kippenbedrijven verboden legbatterijen te hebben, dat is circa 5% van de meer dan 1000 legkippenbedrijven in Nederland. Staatssecretaris Bleker wil voor een deel van deze boeren 6 maanden lang een oogje dichtknijpen. Tenminste: als ze kunnen aantonen dat ze op tijd (voor 2010) een vergunning voor het bouwen van andere stallen hebben aangevraagd en dat ze daar buiten hun schuld nog niet mee klaar zijn. Compassion in World Farming heeft aan staatssecretaris Bleker gevraagd geen enkel verder uitstel toe te staan. Voor alle boeren geldt immers dat ze al meer dan 12 jaar de tijd hebben gehad over te schakelen op diervriendelijkere stallen.

Polen en Spanje

Veel ernstiger is de situatie in enkele andere grote landen, zoals Polen en Spanje. In die landen leven nog erg veel kippen in illegale kooien, liggen de eieren nog gewoon in de winkel en heeft de regering nog geen plan vastgesteld voor de omschakeling. Op deze grote landen zullen onze acties zich dit jaar vooral richten.

En dan het goede nieuws

Natuurlijk mogen we het goede nieuws niet vergeten. Dankzij het legbatterijverbod is het aantal kippen in kale kooien flink teruggelopen. Zo'n drie jaar geleden leefde nog meer dan 66% van de EU-kippen in traditionele legbatterijen. Nu is dat al minder dan 25%! En in een groot aantal landen, zoals Duitsland en Oostenrijk, is de kale legbatterij inderdaad helemaal verdwenen.

Eén van die landen, Tsjechië, stuurde in januari zelfs geïmporteerde illegale legbatterij-eieren terug naar Polen en Hongarije. Dat is een voorbeeld dat navolging verdient!

Passanten zouden gewaarschuwd moeten worden voor besmettingsgevaar

Plaatsen waar veel dieren op een klein oppervlakte worden gehouden kunnen een bron van ziektekiemen zijn die gevaarlijk zijn voor de mens, met name voor de nog ongeboren vruchten. Voorbeelden van dergelijke zoönoses zijn de Q-koorts en het Schmallenberg virus. Dit is mede de reden dat boeren hun vee liever het hele jaar door op stal houden. Maar de afsluiting van de stallen is niet hermetisch. Kleine insecten als de knut kunnen de dieren prikken en naar buiten vliegen en virussen op anderen overdragen. Ook de mest die wordt uitgereden kan een besmettingsgevaar opleveren. Daarmee staan boeren voor een dilemma: mest kan bijdragen aan de vruchtbaarheid van het land, maar ook een gevaar voor de gezondheid zijn. Hoeveel moet een boer investeren in preventie van deze schadelijke gevolgen? In de praktijk wordt deze investering lager gekozen dan later verstandig blijkt, omdat anders de kostprijs van de dierlijke productie te hoog is om nog met het buitenland te kunnen concurreren.

Omwille van de volksgezondheid zou het goed zijn als mensen die zich in de buurt van een boerderij ophouden gewaarschuwd zouden worden voor het gevaar van besmettingen. Maar dat is lastig af te dwingen want het is geen fraaie bijdrage aan het imago van de agrosector.

De PvdD stelt hierover vragen aan de minister:

Vragen van het lid Hazekamp (Partij voor de Dieren) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het advies om zwangere vrouwen te waarschuwen voor het Schmallenbergvirus

  1. Kent u het bericht ‘Waarschuw zwangeren voor Schmallenberg?
  2. Bent u met huisarts Olde Loohuis van oordeel dat geen risico’s genomen mogen worden met kwetsbare groepen mensen in relatie tot het Schmallenbergvirus, zoals eerder wel gebeurde met betrekking tot de Q-koorts? Zo nee, waarom niet?
  3. Deelt u de mening dat er geen eenduidige gegevens zijn over de infectieroute en de verspreiding van het Schmallenbergvirus en dat derhalve overdracht van het virus naar mensen niet kan worden uitgesloten? Zo nee, waaraan ontleent u die zekerheid? Zo ja, deelt u de mening dat gelet op het voorzorgsprincipe preventieve maatregelen om besmetting van mensen te voorkomen gerechtvaardigd zijn?
  4. Is het waar dat artsen onvoldoende alert zijn op de risico’s van zoönoses en het ontstaan van (nieuwe) zoönoses? Zo nee, waaraan ontleent u die zekerheid? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen om dit te verbeteren?
  5. Bent u van oordeel dat zwangeren en andere kwetsbare groepen voldoende gewaarschuwd worden dat zij (en hun ongeboren kind) kwetsbaar zijn voor zoönoses en derhalve beter uit de buurt van bijvoorbeeld stallen van veebedrijven en kinderboerderijen kunnen blijven? Zo ja, waar baseert u zich op? Zo nee, welke maatregelen gaat u nemen om de voorlichting aan zwangeren en andere kwetsbare groepen te verbeteren?
  6. Bent u bereid de adressen van bedrijven waar het Schmallenbergvirus is vastgesteld openbaar te maken, zodat zwangere vrouwen en andere kwetsbare groepen hun eigen afweging kunnen maken met betrekking tot hun veiligheidssituatie? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze?
  7. Bent u bereid op korte termijn nader onderzoek in te stellen naar de mogelijke gevaren van het Schmallenbergvirus voor mensen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze?

01 februari 2012

Bijna alle kippenvlees in supermarkt is besmet

Vragen van het lid Hazekamp (Partij voor de Dieren) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het feit dat de 99 procent van het kippenvlees in de supermarkt besmet is met ESBL-producerende bacteriën.

1. Kent u het bericht “99 procent kippenvlees in supermarkt besmet”?

2. Vindt u het acceptabel dat een zo groot deel van de in de supermarkt aangeboden kip besmet is met Extended Spectrum Beta-Lactamase (ESBL) producerende bacteriën? Zo ja, waarom? Zo nee, welke plannen heeft u om het aantal besmette producten terug te brengen, op welke termijn en in welke mate?

3. Kunt u aangeven wat de stand van zaken is rond de toezegging van het kabinet uit 1996 om te komen tot een totaalverbod op de verkoop van besmette kipproducten?

4. Deelt u de mening dat het onacceptabel is dat 15 jaar nadat het kabinet heeft toegezegd te streven naar absoluut verbod op besmette kipproducten nu sprake is van een besmettingspercentage van 99%?

5. Kunt u aangeven hoe hoog het besmettingspercentage van kipproducten ligt in andere EU landen? Kunt u specifiek zijn in uw antwoord en aangeven waardoor eventuele verschillen veroorzaakt en/of verklaard worden?

6. Kunt u aangeven hoeveel mensen jaarlijks sterven ten gevolge van besmette kipproducten, hoeveel van de sterfgevallen kunnen worden toegeschreven aan ESBL-producerende bacteriën en hoe zich dit aantal in de afgelopen 10 jaar heeft ontwikkeld?

7. Deelt u de mening dat als er jaarlijks tientallen mensen sterven aan een bloedvergiftiging door ESBL-producerende E.coli, consumenten moeten worden gewaarschuwd voor dit gevaar bij de aanschaf van met deze bacteriën besmette producten? Zo ja, wat gaat u doen om mensen op dit risico te wijzen?

8. Is er al meer duidelijkheid over het relatieve belang van de verschillende routes die een rol spelen in de verspreiding van ESBL-genen naar de darmflora van mensen? Zo nee, waarom is dit nog niet nader onderzocht?

9. Bent u bereid nader onderzoek in te stellen naar de mogelijkheden van een spoedig in te voeren wettelijk verbod op de verkoop van besmette kipproducten. Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze?

Waarom insecten in plaats van planten eten?

Vragen van het lid Hazekamp (Partij voor de Dieren) aan de staatssecretaris van Economische zaken, Landbouw en Innovatie over de subsidiëring van onderzoek naar het eten van insecten
  1. Kent u het bericht ‘Four legs good, six legs better? EU to spend 3 million Euros to promote eating insects 'as alternative source of protein’' ?
  2. Deelt u de mening van professor Marcel Dicke dat het eten van insecten vanaf 2020 onderdeel zal moeten zijn van een noodzakelijke eiwittransitie? Zo ja, waarom?
  3. Kunt u aangeven hoeveel geld de Nederlandse overheid in de afgelopen vijf jaar heeft besteed aan onderzoek en promotie van de consumptie van insecten? En kunt u ook aangeven hoeveel daarvoor voor het lopend jaar en het komend jaar gereserveerd is?
  4. Kunt u aangeven hoeveel in de afgelopen vijf jaar door de Nederlandse overheid is uitgegeven aan plantaardige eiwitconsumptie als alternatief voor dierlijke eiwitconsumptie? Kunt u ook aangeven hoeveel daarvoor voor het lopend jaar en het komend jaar gereserveerd is?
  5. Deelt u de mening dat binnen de noodzakelijke eiwittransitie plantaardige oplossingen de voorkeur verdienen boven dierlijke eiwitten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze komt die opvatting binnen uw beleid tot uitdrukking?
  6. Deelt u de mening dat de acceptatie bij consumenten van plantaardige vleesvervangers bij gelijkwaardige voedingswaarde en kwaliteit hoger zal liggen dan voor producten gemaakt van insecten? Zo nee, waarom niet?
  7. Bent u bereid vanuit de Nederlandse inzet binnen de EU te pleiten voor meer middelen voor de ontwikkeling en promotie van plantaardige vleesvervangers en minder voor programma’s waarin insecten een rol spelen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

Provincie staat vismethode toe die levens kost

Vragen van het lid Ouwehand en het lid Hazekamp (Partij voor de Dieren) aan de staatssecretaris van Economische zaken, Landbouw en Innovatie over beroepsvissers die van provincie Flevoland toestemming krijgen om te vissen met ‘staand want’ waarbij tienduizenden beschermde watervogels per jaar de dood vinden.

Bent u op de hoogte van de toestemming die provincie Flevoland heeft verleend aan beroepsvissers om ’s winters te mogen vissen met ‘staand want’ in het Markermeer, terwijl jaarlijks een aanzienlijke hoeveelheid watervogels bij deze vorm van visserij de dood vindt? NRC Weekend zaterdag 28 januari 2012 ‘Vissen met net dat vogels doodt mag voortaan in het Markermeer’ 1). Hoe beoordeelt u dit?

Kunt u bevestigen dat uit onderzoek van de overheid is gebleken dat naar schatting 15000 beschermde watervogels de dood vonden in 2003 in het Markermeer en het IJsselmeer tezamen door het toepassen van de visserijtechniek ‘staand want’? Kunt u ook bevestigen dat dit er zelfs 50000 betroffen in 1999 in hetzelfde gebied veroorzaakt door dezelfde visserijtechniek?

Is het waar dat onder meer soorten als tafeleend, grote zaagbek en toppereend slachtoffer worden van deze visserijtechniek? Kunt u bevestigen dat deze soorten een landelijke zeer ongunstige staat van instandhouding kennen?

Deelt u de mening dat het doden van zoveel beschermde vogels niet is toegestaan en zeker niet in een Natura 2000 gebied die juist is aangewezen ter bescherming van vogelsoorten die hier de dood vinden?

Onderschrijft u dat provincie Flevoland het natuurlijk gedrag van watervogels niet goed heeft beoordeeld wanneer zij aangeeft dat vogels zich kunnen bevrijden uit netten met maaswijdte van boven 14 centimeter, aangezien de watervogels onder water jagen met uitgeslagen vleugels? Zo nee, op basis van welk wetenschappelijk onderzoek ontleent u die zekerheid?

Deelt u de mening dat het vissen met ‘staand want’ in het Natura 2000 gebied het Markermeer indruist tegen de nationale en internationale regelgeving? Zo nee, waaraan ontleent u die zekerheid?

Onderschrijft u dat u verantwoordelijk bent voor de correcte uitvoering en naleving van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn en de Flora- en Faunawet? Zo ja, wanneer en op welke wijze gaat u maatregelen treffen tegen de toestemming van de provincie Flevoland?

1) NRC Weekend zaterdag 28 januari 2012 ‘Vissen met net dat vogels doodt mag voortaan in het Markermeer’.

30 januari 2012

Laffe jagers schieten wild bij ecoducten

Vragen van Anja Hazekamp (Partij voor de Dieren) aan de staatssecretaris van Economische zaken, Landbouw en Innovatie over het schieten van dieren nabij ecoducten.

Wild heeft recht op rustgebieden waar het ook echt met rust wordt gelaten. Daarnaast moet wild kunnen trekken in tijden van voedselschaarste. Willen we een rechtvaardig faunabeleid, dan moet wild wat zich ophoudt op plaatsen waar het geen schade kan aanrichten er verzekerd van kunnen zijn dat het niet bejaagd wordt. Zo kun je dieren leren wat veilige gebieden zijn en wat een gebied is waar hun aanwezigheid niet op prijs wordt gesteld.
Ook dieren moeten op de mens kunnen vertrouwen.
Dat jagers graag een dier in het vizier willen hebben om te kunnen schieten geeft hen niet het recht om dat dier op te zoeken op plaatsen waar we het vertrouwen van dieren niet willen beschamen.

PvdD Tweede Kamerlid Anja Hazekamp stelt Kamervragen over het bejagen van dieren op deze kwetsbare plaatsen.

  1. Bent u op de hoogte van het doodschieten van dieren door jagers nabij een ecoduct?
  2. Is het waar dat in de nabijheid van ecoducten door jagers geschoten mag worden op overstekende dieren? Zo ja, om welke ecoducten gaat het dan? Zo nee, waaraan ontleent u die zekerheid?
  3. Kunt u aangeven bij welke ecoducten er een verbinding gecreëerd is tussen voedselarme gebieden (zoals de Veluwe) en voedselrijke landbouwgronden (zoals bij Hierden)? Kunt u aangeven welke maatregelen getroffen worden om te voorkomen dat dieren die op zoek zijn naar voedsel geschoten worden?
  4. Kunt u in het geval van ecoduct bij Hierden aangeven of er afspraken zijn over het aantal edelherten en zwijnen dat gedoogd zal worden in het landbouwgebied en wat de plannen zijn met dieren die niet binnen dergelijke afspraken passen?
  5. Deelt u de mening dat het ongepast is miljoenen euro’s te investeren in de aanleg van ecoducten om dieren een veilige oversteek te bieden, en die dieren vervolgens door jagers af te laten schieten? Zo nee, waarom niet?
  6. Bent u bereid een landelijk afschotverbod in te stellen in een ruime zone rond ecoducten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

24 januari 2012

Dieren doden als toeristisch uitje

De Partij voor de Dieren heeft staatssecretaris Henk Bleker onderstaande vragen gesteld naar aanleiding van het bericht dat jagers via Internet toeristische uitjes aanbieden aan jagers.

Vragen van het lid Hazekamp (Partij voor de Dieren) aan de staatssecretaris van Economische zaken, Landbouw & Innovatie over het via een website tegen betaling aanbieden van jachtuitjes aan jagers.
  1. Bent u op de hoogte van het feit dat jagers via de website www.jachtinnederland.nl de mogelijkheid wordt geboden om tegen betaling dieren te doden op een locatie naar keuze?
  2. Deelt u de mening dat initiatieven als deze een onwenselijke drempelverlaging bieden voor de plezierjacht? Zo nee, waarom niet? Zo ja, ziet u mogelijkheden om op te treden tegen dergelijke vormen van jachttoerisme?
  3. Is het u bekend dat de Koninklijke Nederlandse Jagers Vereniging initiatieven als deze onacceptabel vindt en zegt : “…jagers kunnen nu een jacht kopen en gaan een paar uur naar een veld dat ze helemaal niet kennen om even wat te gaan schieten. Dat is niet de bedoeling." Zo ja, welke consequenties verbindt u hier aan?
  4. Deelt u de mening dat jachttoerisme ingeperkt moet worden en dat dit een overheidstaak is? Zo ja, welk maatregelen gaat u treffen en op welke termijn? Zo nee, waarom niet en hoe verhoudt zich dat tot uw uitspraak 'We willen niet dat vanuit Wassenaar 4wheeldrives naar Drenthe rijden om daar de hele dag te gaan knallen' ?
  5. Kunt u aangeven hoeveel jachtaktehouders Nederland telt? Deelt u de mening dat het verontrustend is dat 3500 van hen zijn aangesloten bij de genoemde website die jachttoerisme stimuleert? Zo ja, welke consequenties verbindt u hier aan? Zo nee, waarom niet?
  6. Deelt u de mening dat mensen die bereid zijn te betalen voor het mogen afschieten van een dier, daarmee aangeven dat niet vermeend beheer of schadebestrijding centraal staan in de uitoefening van hun hobby, maar het plezier om bepaalde diersoorten te mogen doden? Zo nee, waarom niet?
  7. Deelt u de mening dat in Nederland een overpopulatie aan jagers actief is, gelet op het feit dat het aantal jachtgronden in Nederland kennelijk schaars is, waardoor nieuwe jagers tegen betaling opzoek gaan naar jachtgronden in binnen- en buitenland en deze nieuwe jagers voor schadebestrijding kennelijk niet nodig zijn daar ze hiervoor niet gevraagd worden? Zo ja, bent u bereid een stop op nieuwe jachtaktes in te stellen gelet op deze overpopulatie? Zo nee, waarom niet?
  8. Kunt u aangeven of en zo ja voor welk bedrag overheidsmiddelen worden ingezet voor de opleiding van jagers? Bent u bereid deze middelen per direct te bevriezen gelet op het kennelijke overschot aan jagers?
  9. Is bekend hoeveel Nederlandse jagers dieren doden buiten hun eigen jachtveld(en)? Zo nee, bent u bereid hier een onderzoek naar in te stellen gelet op uw eerdere uitspraken omtrent jachttoerisme?
  10. Bent u bereid toeristische trips waarbij tegen betaling dieren mogen worden gedood te verbieden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

23 januari 2012

Partij voor de Dieren tegen ontheffing verbod op rapen van kievitseieren

Ook dit jaar verleent de provincie Friesland vermoedelijk ontheffingen om tussen 1 en 31 maart kievitseieren te rapen. Overal elders in Europa is dit verboden, maar in Friesland is het dier vanwege een zogenaamde ‘cultuurhistorische traditie’ vogelvrij. De Partij voor de Dieren Friesland is mordicus tegen deze uitzonderingsregel.

Grondwaterpeilverlaging, het gebruik van grote, niets ontziende landbouwmachines en verarming van voedselaanbod in weidegronden en vroeg in het seizoen maaien, maken het de kievit al moeilijk genoeg om te overleven. Vanaf 1996 is het aantal broedende kieviten in Friesland met 52% gedaald.

De Faunabescherming en diverse weidevogelbeschermers uit omringende provincies – en ook uit Friesland zelf - pleiten al jarenlang tegen de instandhouding van deze zoveelste aanslag op het bestaan van de kievit, maar de leden van de Bond Friese VogelWachten (BFVW) beweren dat ze de kievit ‘alleen willen beschermen als ze ook eitjes mogen rapen’.

Sinds 2006 geldt een provinciaal maximum van 6934 geraapte kievitseieren, met een maximum van 15 eieren per persoon. Moeilijk te controleren, vooral ook omdat het voor veel van deze hobbyisten van belang is ‘de eerste’ van de provincie of van de eigen gemeente te zijn. De strijd is dus hevig. Het eerste kievitsei wordt aangeboden aan de Commissaris van de Koningin. Daarnaast wordt ook in iedere gemeente in Friesland (en dat zijn er 27) het eerste gemeentelijke eitje aan de burgemeester aldaar aangeboden.

Vogelkenners menen dat kieviten zich aanpassen aan het veranderende klimaat en daarom steeds vroeger eieren leggen. De kuikens van deze eerste legsels zijn volgens hen sterker en zorgen voor sterker nageslacht. En uitsluitend deze vroeg geboren kieviten kunnen het jaar daarop al voor nageslacht zorgen. Door het rapen van eieren en het markeren van de nesten maken rapers geursporen die het roofdieren gemakkelijk maakt de nesten vervolgens verder leeg te roven en krijgen eerste legsels helemaal geen kans meer. De zogenaamde “nazorg” is daarmee een van de belangrijkste oorzaken voor het verloren gaan van de legsels van weidevogels.
De BVFW beweert dat het rapen van eerste legsels geen kwaad kan en dat kieviten gemakkelijk twee of zelfs drie nesten kunnen produceren. Rapen zou ‘goed zijn voor de soort’. Daarbij worden de eitjes als lekkernijen beschouwd.

Op dit moment verblijven er in Nederland, door het zachte en natte weer, relatief grote aantallen kieviten.
De Partij voor de Dieren vraagt de provincie Friesland met klem deze kans aan te grijpen en de kievit op alle fronten te helpen zich te herstellen.
Daar past het belang van een kleine groep hobbyisten om een achterhaalde en dieronvriendelijke hobby uit te oefenen niet bij.

10 januari 2012

Samenredzaamheid voor een duurzame economie

Pieter Hilhorst pleit in zijn column in de Volkskrant voor “samenredzaamheid”. Hij constateert dat de CDA die rol niet meer kan functioneren door gebrek aan geloofwaardige invulling van het begrip rentmeesterschap.
Citaat:
Of wat dacht u van mijn tirade tegen de zwartrijderseconomie (Opinie &Debat, 20 september). In een zwartrijderseconomie houden bedrijven de winst voor zichzelf en wentelen de kosten af op anderen. Tijdens de kredietcrisis bleek dat veel banken zwartrijders zijn. Dat geldt ook voor bedrijven die ecologische schade veroorzaken. Ze houden de winst voor zichzelf en laten de samenleving opdraaien voor de milieuschade. Deze praktijken kun je ook bekritiseren met het christen-democratische begrip rentmeesterschap. We hebben de aarde in bruikleen gekregen en moeten haar zorgvuldig beheren.
Tot zover de column van 10 januari 2012.

Hilhorst zegt het niet recht voor zijn raap, maar een van de sectoren die de samenleving laten opdraaien voor milieuschade is de Agrosector.
We moeten het dus hebben van andere politici dan CDA-ers. We moeten zelf doen. Verandering van onderop in plaats van bovenaf.

In dezelfde krant een interview met Jan Rotmans, hoogleraar aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Rotmans pleit voor een ecologisch, economisch en sociaal duurzaam Nederland.
Volgens eigen zeggen stelt Rotmans onmogelijk hoge eisen aan zichzelf. Hij is professor en progressor die wel van woorden houdt, aldus Bert Wagendorp in het Dinsdagprofiel (10-jan-12).

Citaat:
De verandering moet van onderaf komen, uit de samenleving zelf. In de overheid als probleemoplosser heeft Rotmans niet al te veel vertrouwen. Hij is, zegt Minnesma, een inspirator. Hij motiveert en trilt los. Hij provoceert en heeft een enorme overtuigingskracht. En dan móeten zijn plannen worden uitgevoerd, links- of rechtsom. Dan wordt hij een stormram die uit alle macht door het systeem probeert heen te breken.
Als het lostrillen is gelukt en er iets in gang is gezet, laat hij de verdere uitwerking over aan anderen, die over wat meer geduld en tact beschikken.
Tot zover het citaat.

Rotmans pleit voor het leren van de natuur door haar te imiteren in plaats van uit te putten. Rotmans (what's in a name?) is voorstander van het gebruik van biomassa.
Het is te hopen dat hij bij het vergisten van dierlijk afval geen voorstander is van het grootschalig gebruik van dieren zoals in de bio-industrie.
Geduld en tact zijn belangrijke competenties bij het bevorderen van duurzaamheid, maar een diervriendelijke moraal is ook een wezenlijk en sociaal onderdeel van duurzaamheid. Samen leven met dieren in vrijheid in een gebalanceerde economie.

Proefdiervrij van negatief naar positief

DEN HAAG (ANP) – Belangenorganisatie Proefdiervrij stopt met het voeren van directe acties. „Het gaat niet meer over het stoppen met dierproeven. Dat wekt alleen maar weerstand op”, licht directeur Marja Zuidgeest maandag toe.
Dinsdag (10 januari 2012) lanceert de instelling haar nieuwe lijn: het stimuleren van de ontwikkeling van proefdiervrije technieken. Proefdiervrij is de grootste organisatie in Nederland die specifiek opkomt voor de belangen van proefdieren, stelt ze zelf.
Tot zover het ANP.

Op de site van Proefdiervrij formuleert zij haar missie als volgt:
Proefdiervrij gelooft dat door de ontwikkeling van innovatieve onderzoekstechnieken proefdieren op een dag niet meer nodig zullen zijn.
Proefdiervrij ziet zich als de motor achter de ontwikkeling van proefdiervrij onderzoek. Alleen door dierproeven te vervangen en nieuwe wetenschappelijke ontwikkelingen zonder gebruik van proefdieren te stimuleren zal Proefdiervrij haar doel, de vervanging van alle dierproeven, bereiken.
Proefdiervrij heeft drie speerpunten:
• Zelf investeren in proefdiervrij onderzoek.
• Stimuleren van bedrijven/instellingen en onderzoekers om innovatief in te zetten op vernieuwing in onderzoek waar geen dier aan te pas komt.
• Breed maatschappelijk draagvlak creëren om innovatie in onderzoek te stimuleren, het proefdier voorbij.

07 januari 2012

Slechte argumentatie rondom belangen van dieren in de Volkskrant

De Volkskrant van 7 januari bevat drie dieronvriendelijke artikelen. In het Magazine wordt domweg gesteld dat bont weer in zou zijn en wordt kritiekloos verslag gedaan van een bijeenkomst van valkeniers in Abu Dhabi.
Matthea Westerduin bespreekt in de Volkskrant van 7 januari 2012 het boek “De jager - in Vlaanderen en Nederland” van Schneeweisz en Van Dooren en het boek "Mensendier" van Amanda Kluveld.
Volgens Westerduin zou de relatie tussen jager en dier meer een zijn van mededogen en compassie dan de relatie tussen de vleeskoper via de supermarkt en het geslachte dier. Dat is een merkwaardige opmerking want juist de jager die zelf ziet dat het dier niet geschoten wil worden zou zich moeten realiseren dat hij iets doet tegen de wens van het dier in. Ietwat cynisch zou opgemerkt kunnen worden dat de slacht juist voor het dier in de bio-industrie een bevrijding van een ellendig leven is.
Citaat:
Maar ook de redenering van dierenactivisten gaat mank. In navolging van de Australische filosoof Peter Singer pleiten zij voor dierenrechten en dierenbevrijding. Mensen hebben volgens Singer geen enkele reden om zichzelf boven dieren te plaatsen. Daarom verdienen dieren dezelfde rechten als mensen.
Cultuurhistoricus Amanda Kluveld laat in haar boek Mensendier zien dat dit streven onmogelijk is. Dieren kunnen simpelweg hun rechten niet opeisen of aan de daarbij behorende plichten worden gehouden.
Tot zover het citaat.
Wie heeft bepaald dat rechten altijd gepaard zouden moeten gaan met plichten? Een mensenbaby heeft rechten. Is er iemand die aan een baby plichten oplegt? Waarom moeten dieren rechten worden ontzegd omdat ook zij geen plichten kunnen nakomen?
Westerduin vervolgt met:
Hoezeer we dieren ook gelijk willen stellen aan onszelf of onszelf tot het dierenrijk willen rekenen, ons spreken over dieren zal altijd antropocentrisch zijn, aldus Kluveld. Filosoof Thomas Nagel formuleerde het heel simpel: we zullen nooit weten hoe het is om een vleermuis te zijn. Het spreken over dieren zegt daarom altijd meer over mensen dan over dieren.
En wat dat betreft sluit Kluveld beter aan bij Schneeweisz en Van Dooren dan bij Marianne Thieme van de Partij voor de Dieren. In het debat zoals Thieme het voert, wordt de relatie tussen mens en dier gesimplificeerd. De mens wordt volgens Kluveld afgeschilderd als de ultieme dader en het dier als het ultieme slachtoffer. Dieren worden bijna als zielige 'personen' gezien die een aai over hun bol verdienen.
Tot zover wederom het citaat.
Dieren worden bijna gezien als zielige personen. “Bijna” moet hier worden gelezen als “niet”. Dus waarom Thieme daarom verwijten dat zij dieren als mensen zou zien?
Westerduin vervolgt met:
Voor de dood, het geweld en het onbeheersbare in de natuur worden de ogen gesloten. Zo maak je van leeuwen zoete poesjes en van wilde zwijnen aaibare varkentjes. In die zin begrijpen jagers meer van hun prooi. Want hoezeer jagen ook verbonden mag zijn met liefde voor de natuur, de jager trekt er niet alleen op uit om te genieten van de dennen, de blauwe bosbessen en het vochtige gras. Uiteindelijk is het zijn hand die de trekker overhaalt als hij oog in oog staat met zijn prooi. Daar zit een verlangen achter naar strijd of naar de confrontatie met de dood en het doden.
Ik zou hier niet willen pleiten voor een verheerlijking van dat verlangen - die behoeften de vrije loop laten, is even gevaarlijk als ze volledig ontkennen. Maar de jacht herinnert ons wel aan de aanwezigheid van die irrationele behoeften, aan gevoelens van macht en onmacht. Belangrijker nog, die emoties krijgen in de traditionele omgang met dieren een gecontroleerde plaats. Dat geldt niet alleen voor het jagen, maar ook voor bijvoorbeeld het stierenvechten. Zowel de jager als de toreador zijn gebonden aan allerlei regels.
Het doden van het dier vindt publiekelijk plaats en is controleerbaar. Dat is volgens Kluveld de belangrijkste waarde van de jacht en het stierenvechten. In de arena en het jagersveld krijgen dieren betekenis toegekend.
Tot zover het citaat.
Kan iemand uitleggen wat het nut is van waarde toekennen aan dieren via jacht en stierenvechten?
En: de jacht vindt vaak plaats in de vroegere ochtenduren zonder pottenkijkers of jachtopziener. Hoezo publiekelijk en controleerbaar? En is het principe van genieten van dierenleed verdedigbaar omdat er regels zouden kunnen worden toegepast?

Westerduin vervolgt met:
Het doden gaat niet onopgemerkt voorbij en er is altijd kans dat de dieren winnen. Dat is een minder eendimensionale verhouding dan het dader-slachtofferverhaal van Marianne Thieme. Bovendien gaat het juist op die plekken over de menselijke maat en dat wat mens en dier verbindt: een confrontatie met het onbeheersbare.
Tot zover het citaat.
Dit is een vreemde bewering. Dieren ontkomen weleens aan de jacht en een substantieel deel daarvan moet verder met hagel in het lijf. Wie dat winst noemt, die heeft geen hart in haar lijf.
Westerduin vervolgt met:
Onze omgang met dieren zou daarom niet alleen bepaald moeten worden door een rationele morele overweging. Uiteindelijk is de afwezigheid van emoties gevaarlijker dan de aanwezigheid ervan. Van de jager en de stierenvechter hebben dieren minder te vrezen dan van gerationaliseerde productieprocessen. Alleen het laatste heeft geleid tot de bio-industrie.
Tot zover het artikel.
Voor wie meer wil lezen over relevante overwegingen is hier een link naar een artikel over dierenrechten en hier een link naar het hanteren van drogredenen bij het negeren van dierenrechten.

Leeswijzer


Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom.
Klik hier voor de laatste bijdragen op dit blog
.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.
Kijk op ook Facebook voor onze reactie op de actualiteit.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.