Dit bericht gaat niet over het vermeende jachtincident in Rusland waar een Spaanse koning een dronken gevoerde tamme beer zou hebben doodgeschoten. Zou een hoogstaand koningshuis zich tot zo iets ordinairs verlagen? Vast niet!
Dit bericht gaat over afvalproducten bij de productie van alcohol dat aan varkens wordt gevoerd.
In zijn weblog op de Boerderij schrijft Jack Kwakman het volgende:
Er staan in de VS nu 102 ethanolfabrieken, 32 zijn er in aanbouw en voor nog eens 127 productielocaties zijn plannen in gevorderd stadium.
Deze fabrieken leveren een belangrijk bijproduct: distillers’ grains with solubles. Het is in natte en droge vorm (DDGS dan wel WDGS) bruikbaar als eiwitrijk veevoer. Helaas is het voor de varkenshouderij minder geschikt dan voor rundveehouders. Het varken kan het veel beperkter opnemen en verteren. Verder kleven er risico’s aan in kwalitatieve zin (meer mycotoxinen bijvoorbeeld) en in verkrijgbaarheid.
Al met al zou volgens dr. Lawrence de prijsverhoging van de maïs de kostprijs voor varkensproductie kunnen verhogen met bijna 9 cent per kilo levend gewicht. Tijd om bakens te verzetten.
Tot zover Kwakman.
Het is inderdaad tijd om de bakens te verzetten en een eind te maken aan de bio-industrie in ons land. Dat lost tevens ook een aantal andere problemen op. Ons kleine en overvol gebouwde land is niet bedoeld om nog voller te bouwen met stallen en biomassa-vergistingsinstallaties en het schaarse akkerland met maïs is niet bedoeld om brandstof voor voertuigen te maken. We kunnen onze ruimte beter gebruiken. Bijvoorbeeld voor de Ecologische HoofdStructuur, waar buitenlandse toeristen van hoge en lage komaf plaatjes kunnen komen schieten (met hun fototoestel, uiteraard!).