Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.

24 november 2014

Milieudefensie vraagt steun voor koe in wei

Amsterdam- 24 november 2014. Milieudefensie start de campagne 'Wij Willen Wei' om koeien in de wei te houden. Morgen wordt in de Tweede Kamer gestemd over de nieuwe melkveewet. Deze wet bepaalt de uitbreidingsruimte voor melkveebedrijven en daarmee of koeien in megastallen komen te staan of naar buiten kunnen. Uit een peiling van TNS NIPO blijkt dat 97 procent van de Nederlanders wil dat koeien in de wei blijven.

Tijdens de campagne Wij Willen Wei van Milieudefensie plaatsen mensen online hun 'eigen' koe in de wei. Hiermee protesteren bezorgde burgers tegen schaalvergroting van de melkveehouderij. Ze spreken hun steun uit voor een kleinschalige veehouderij mét koeien in de wei, die past binnen Nederland.

Koe in de wei gezonder.

"Hoe groter de stallen, hoe minder koeien buiten komen. Al jaren daalt het aantal koeien in de wei gestaag, dat blijkt uit cijfers van het CBS. Weidegang is goed voor koeien omdat het doorligplekken en klauwwonden voorkomt. De koeien die buiten lopen zijn gezonder en krijgen minder antibiotica. Dat is beter voor de gezondheid van dieren en mensen", aldus Jacomijn Pluimers, campagneleider Duurzaam Voedsel bij Milieudefensie.

Nog meer mest.

Meer koeien betekent ook meer mest. Sinds de jaren zeventig is er een mestoverschot in Nederland. De overtollige mest schaadt het milieu. De schaalvergroting die nu met de nieuwe melkveewet mogelijk wordt gemaakt zagen we eerder in de kippen en varkenshouderijen. De schaalvergroting heeft daar geleid tot megastallen en is een belangrijke factor in het ontstaan van allerlei dierziekten die ook de mens kunnen bedreigen. De vogelgriep laat zien hoe kwetsbaar de intensieve veehouderij is.

Milieudefensie wil met de campagne Wij Willen Wei bereiken dat de overheid maatregelen neemt om koeien in de wei te houden.

Aannemen melkveewet is een historische vergissing.

AMSTERDAM, 25 november 2014 -
Met het aannemen van de melkveewet van staatssecretaris Dijksma begaat de Tweede Kamer een historische vergissing, vindt Milieudefensie. De wet geeft geen norm voor grondgebonden groei. Hiermee kiezen Dijksma en de meerderheid van de Kamer voor schaalvergroting van de melkveehouderij met grote schade voor het milieu en de volksgezondheid. Zonder het verplicht stellen van grondgebondenheid blijft het mestbeleid dweilen met de kraan open. Wat Milieudefensie betreft nog verder open dan hij al stond: nog meer koeien betekent namelijk méér megastallen, méér mest en dus meer milieuschade.

Jacomijn Pluimers, campagneleider Duurzaam Voedsel bij Milieudefensie: "De wet die vandaag is aangenomen zóu moeten zorgen voor een verantwoord groei van de melkveehouderij maar de uitkomst is juist alles behalve verantwoord. Deze wet zet alle deuren wagenwijd open voor groei van de melkveehouderij. Nederland heeft al een mestprobleem - we kunnen de mest in eigen land al lang niet meer kwijt - en dat wordt met de groei van de melkveehouderij alleen maar groter. Al die extra koeien komen in megastallen te staan en de weidegang zal daardoor sterk afnemen".

Volgens Milieudefensie stimuleert de wet de huidige schaalvergroting waardoor steeds meer koeien permanent op stal blijven staan. Pluimers: "een paar weken geleden nog stemde een meerderheid van de kamer juist vóór weidegang. Dat is niet uit te leggen. Ook staatssecretaris Dijksma laat dit inconsistente beeld zien. In een brief aan de kamer kondigt ze een actiegerichte programma aan waarmee ze de weidegang wil gaan stimuleren, dezelfde weidegang die ze met haar eigen wet tegenwerkt. We hebben weinig vertrouwen in dat programma omdat het huidige Convenant Weidegang na 2 jaar praten nog niet tot verbetering heeft geleid".

Milieudefensie is maandag gestart met de campagne Wij Willen Wei om koeien in de wei te houden. Uit een peiling van TNS NIPO blijkt dat 97 procent van de Nederlanders wil dat koeien in de wei blijven.

22 november 2014

Vogelgriep weerspiegelt een zieke sector

Een onooglijke levensvorm, het vogelgriepvirus, genesteld in vrije en gevangen dieren decimeert de ambitie van de pluimveehouderij om de wereldmarkt te veroveren.
De sector is koortsachtig bezig de epidemie in te dammen en kijkt paniekerig om zich heen wie het de schuld in de schoenen kan schuiven. Dat moet, want waar moet anders de rekening voor de economische schade worden ingediend. Het leek de pelsdierhouderij ook te lukken, dus waarom zij niet?
Er is een alternatief, een gezonde koers. Laten u en ik, -wij-, er simpelweg voor kiezen om niet meer te geloven in de mooie praatjes over de “onschatbare” bijdrage aan de economie en welvaart van deze ten dode opgeschreven sector. Laten we zelf nadenken en voor gezonde voeding kiezen die geproduceerd is met meer dan alleen het doel om snel en veel geld te verdienen. En u hoeft er ook nog niet eens iets voor te doen, alleen bewust te worden wat te laten.

Voor wie geen idee heeft wat dat inhoudt, er is tijd genoeg. Het antwoord is overal te vinden voor wie het zien wil.

Redacteur van de Boerderij, Jan Vullings, schreef onder de titel "overtreffende trap in de schademeldingen".
"De voormannen hanteren de zwartste scenario's. Het is een ingeburgerd gebruik. Of het nu om noodweer, Russische boycot, voedselaffaire of dierziekte-uitbraak gaat. Het oogmerk is ook duidelijk: compassie, vergoeding, tegemoetkoming of versoepeling van regels. Begrijpelijk. Maar als iedereen het doet, nivelleert de impact. Zeker ook als later blijkt dat de échte bedragen lager uitvallen".

Zie ook het artikel "Burger laat zich door de boer een oor aannaaien".

21 november 2014

Goed teken dat de agressie naar de PvdD sterker wordt

Boeren zijn vrije ondernemers. Dat betekent dat zij hun onderneming mogen promoten op de manier dat ze dat zelf willen. Dat betekent ook dat zij zich mogen beperken tot het delen van die informatie die zij zelf denken dat hun zaak dient. Het imago van boeren als mensen die eerlijk en met hard werken hun brood verdienen heeft een lange geschiedenis. Dat imago brokkelt af. Maar boeren geven hun positie niet zomaar op. Elke politieke actie roept reactie uit de agrosector op waarbij de waarheid al snel sneuvelt. Esther Ouwehand van de PvdD is niet bang om de confrontatie aan te gaan en te zeggen waar het op staat.

Het gerucht dat Esther Ouwehand boeren minder ontwikkelde mensen heeft genoemd is de wereld in geholpen door Dirk Bruins. Dirk Bruins is fractievoorzitter van het CDA Westerveld, voorzitter cliëntenraad regio Oost, vicevoorzitter districtsraad FrieslandCampina, lid van de regioraad van Rabobank, bestuurslid LTO Noord / LTO Nederland vakgroep Melkveehouderij en boer.

Wat heeft Esther Ouwehand dan gezegd? “Op de maandagavond voorafgaand aan dit debat, heeft TROS Radar beelden laten zien van de organisatie Eyes on Animals. Wat opviel is dat wat de sector heel normaal vindt en wat standaardpraktijk is, in strijd is met het morele gevoel van heel erg veel mensen in ons land. Ik zou bijna durven te zeggen dat dit geldt voor iedereen, behalve voor de mensen wier gevoel misschien wat minder goed ontwikkeld is of die geen hart hebben”.
“Boeren worden genept waar ze bij staan door te doen alsof we ons niet aan internationale verdragen hoeven te houden”. Andere Europese lidstaten krijgen geen derogatie meer en die zijn op z’n zachtst gezegd niet blij dat één van de vieste jongetjes van de klas dat nog wel krijgt. Grote melkveebedrijven zijn ten dode opgeschreven. Het daarmee gepaard gaande rouwproces begint zoals ieder rouwproces met ontkenning en woede.
Tot zover.

Verbeteringen in de manier waarop mensen met dieren omgaan gaan langzaam. Dit proces begint met acceptatie van de voorgeschiedenis en wordt versneld door je te verdiepen in wat het voor iedereen zo lastig maakt om het eigen gedrag te veranderen.

Eerst negeren ze je, dan maken ze je belachelijk, dan bestrijden ze je, en dan ….

Vogelgriep, wat kunnen we doen en laten?

Nu het derde bedrijf met Vogelgriep in Kamperveen is opgedoken is het tijd om mee te denken met de mensen die het anders willen met de bio-industrie. Laten we beginnen met de oproep om niet meer ach en wee te roepen omdat de sector en de overheid de zieke dieren vergassen. Pluimveehouders doen iets niet goed, maar het zijn geen sadisten.
De agrosector heeft er belang bij dat iedereen naar elkaar wijst als enige die de impasse kan doorbreken. Dan verandert er namelijk niets en kan de sector gewoon doorgaan. Verdeel en heers.
Bio-industrie dieren verdienen compassie voor het saaie leven voor de dood. Zij lijden een dieronwaardig bestaan en hoe korter dit voor zieke dieren is, hoe beter. Gezonde dieren leven liever zo lang mogelijk, maar dan wel met de keuze om buiten te komen in een weiland, zodat zij zich natuurlijk kunnen gedragen.

Natuurlijk zijn er diervriendelijker en waardiger oplossingen voor zieke kippen te bedenken, maar het is veel effectiever om energie te steken in een antwoord op de vraag hoe we de bio-industrie kunnen beëindigen. Bio-industrie bestaat omdat er geld verdiend kan worden aan de export van dierlijke producten. Paal en perk stellen aan de export daarvan en overblijvende boeren via regelgeving dwingen op een diervriendelijke manier vee te houden is verreweg de snelste manier. Consumenten kunnen twee dingen doen: meer betalen voor diervriendelijke producten of stoppen met de consumptie daarvan.
Wat verder helpt om bewust te worden van de vele andere voordelen die beëindiging van de bio-industrie heeft. Een argument dat ook onverschillige consumenten zal aanspreken is dat er ongemerkt veel meer aan instandhouding wordt bijgedragen door de belastingbetaler dan hij zich realiseert. Voor die onverschilligen is het argument aantrekkelijk dat stoppen niet zoveel kost, veel minder moeite kost en ook nog eens gezonder is.

Voor wie echt geïnteresseerd is in deze mogelijkheden, kijk eens op deze pagina met drogredenen voor de bio-industrie en zijn ruimingen moreel te verdedigen?.

11 november 2014

Dijksma negeert wensen Kamer over weidegang

Milieudefensie is verbijsterd dat staatssecretaris Dijksma in een brief aan de Tweede Kamer meldt dat zij de wens van de Kamer om alle koeien in de wei te laten grazen, naast zich neerlegt. De brede steun in de Kamer voor de motie weidegang weerspiegelt de wens van maar liefst 97% van de Nederlanders om koeien in de wei te laten en niet op te sluiten in megastallen. 12 november is er een debat over weidegang in de Tweede Kamer.

Dijksma geeft in de brief aan dat er “praktische bezwaren” voor melkveebedrijven zijn om koeien in de wei te laten. Veel melkveeboeren hebben hun veestapels uitgebreid omdat het melkquotum op 1 april 2015 wordt losgelaten. Koeien in megastallen gaan niet naar buiten omdat de boer daar onvoldoende land voor heeft. Hiermee kiest Dijksma voor schaalvergroting en verdere industrialisering van de melkveehouderij.
De staatssecretaris geeft ook nog ruimte in de melkveewet om melkveebedrijven meer mest te laten produceren dan ze op hun eigen bedrijf kwijt kunnen. Door dit toe te staan, komt er nog meer mest in Nederland, terwijl er nu al een overschot is. Het mestoverschot leidt tot vervuiling van bodem en grondwater, stankoverlast, achteruitgang van de biodiversiteit en risico's voor de volksgezondheid door antibioticaresistentie.

Jacomijn Pluimers, campagneleider Duurzaam Voedsel van Milieudefensie: "Als melkveebedrijven zonder grond mogen groeien, gaan de megastallen in hoog tempo de familiebedrijven van de markt drukken. Zo gaan de koeien de varkens en kippen achterna en is het gedaan met het Hollandse landschap met koeien in de wei. Milieudefensie wil dat staatssecretaris Dijksma de wens van de Kamer en burgers uitvoert en kiest voor een melkveehouderij met toekomst, deze is grondgebonden. Dat betekent dat een bedrijf voldoende grond heeft om de mest op kwijt te kunnen én om de koeien naar buiten te kunnen laten. Dit is beter voor dieren, mensen en het milieu".

Jacomijn Pluimers
campagneleider Duurzaam Voedsel.
Nederland kampt al 40 jaar met een mestoverschot met stankoverlast, achteruitgang van biodiversiteit en water- en bodemvervuiling tot gevolg. De nieuwe Melkveewet is de kans om deze zaken aan te pakken.

06 november 2014

Heeft een dier waarde of recht op leven?

Voor iemand die van dieren houdt is het antwoord simpel: ja, een dierleven heeft waarde en een dier heeft recht om in leven te blijven. Voor iemand die hierin een juridische basis zoekt om dieren te beschermen is het antwoord teleurstellend: het leven wordt niet uitgedrukt in waarde. Zelfs een mens heeft geen recht op leven.
Waarom niet? Omdat je dit recht niet kunt handhaven. Stel, je bent ongeneeslijk ziek en er zou een wettelijke basis van recht op leven zijn, dan zou je de staat kunnen verplichten om je zo lang mogelijk in leven te houden. De overheid en de rechterlijke macht branden zich daar niet aan, maar garanderen iemands recht op vrijheid. Het recht om te leven in vrijheid vervangt dan levenslang het recht op in leven te kunnen en mogen blijven en weerhoudt (althans in vredestijd) dat vijanden elkaar doden. Afgenomen vrijheid kun je weer teruggeven of, in het geval van beschadiging, zoveel mogelijk proberen te herstellen. Een schadevergoeding doet hopelijk de rest. Een dode kun je niet meer tot leven wekken.

Veel dieren worden gehouden als huisdier of voor de slacht. Wil je vlees eten dan zal een slager een dier eerst moeten slachten. Je kunt doden erg vinden, maar over de diervriendelijkheid van het slachtproces is nagedacht. Niemand heeft belang bij dieren die in hun doodsangst om zich heen schoppen. Slachters zijn misschien onverschillig, maar niet sadistisch. Ook in de vrije natuur gaat dat zo: ben je niet snel genoeg weg of onderhoud je jouw conditie of gezondheid niet voldoende, dan ben je in no time het haasje.
Voor wie zich bekommert om dierenwelzijn en dierenrechten is het veel effectiever om zich te verplaatsen in en in te zetten op het leven voor de dood. De kwaliteit van een dierenleven wordt vooral bepaald door de mate van vrijheid om zijn natuurlijke gedrag te kunnen vertonen. Niet door de prijs die iemand betaalt om zich eigenaar van het dier te noemen. Het is juist de financiële waarde die de veehouder ziet in het dier die bepaalt hoe de kwaliteit van het leven van zijn dieren is. Het is vrijwel altijd een balans tussen de meest minimale investering die hij in de ogen van het publiek nog kan maken en benodigde zorg om het dier zo snel mogelijk geslachtsrijp te krijgen. Het resultaat heeft niets meer met liefde voor dieren te maken.

De kunst is om je te laten raken door dierenleed, zodat je in beweging komt, maar niet overspoeld wordt door emoties. Wanneer je een dier ziet lijden, roept dat medelijden op, maar het dier heeft meer aan mededogen. Mededogen houdt namelijk ook in dat je ziet wat het systeem is dat bijdraagt aan dierenleed. Dat systeem is te veranderen. En daar kun je aan bijdragen zonder je opgejaagd te voelen.

17 oktober 2014

Pijnloze castratie criticaster van dierenvrienden door Schaap

In de vierde aflevering verdiept de "Hokjes"man Michael Schaap zich in de snel groeiende gemeenschap van dierenvrienden. Er zijn dierenvrienden die zielsveel houden van hun huisdier en tegelijkertijd geen enkel bezwaar zien in een burger of een speklapje bij de barbecue. Maar er is ook een kern van dierenvrienden die huivert bij de gedachte aan het eten van dieren en geen onderscheid wenst te maken tussen mens en dier.
Hoe ingewikkeld is het leven binnen de gemeenschap van de rechtgeaarde en principiële dierenvriend? Wanneer wordt een dierenvriend een dierenactivist? Hoe kan hij nog goedgemutst door het leven gaan als er in zijn beleving een permanente massamoord plaatsvindt? En kan hij eigenlijk nog wel vrienden zijn met een vleeseter?

Tot zover de tekst van de VPRO.

Het was een respectvolle uitzending die een goed beeld gaf van veel dierenvrienden, vegetariërs en veganisten.
Opmerkelijk was de vraag van Schaap of sommige actievoerders vonden of zij het morele gelijk aan hun kant hadden. Als ergens de kloof bestaat tussen gelijk hebben en gelijk krijgen dat is het wel in de wereld van mensen die opstaan tegen het leed van dieren die in "hokjes" leven.
Door 's nachts mee te gaan met actievoeders naar een konijnenfokkerij, maakte Schaap goed duidelijk wat de omstandigheden zijn waarin ontzettend veel dieren leven. De samenleving weet het en laat het gebeuren. Dit dilemma van mensen die zich dit bewust zijn, maar weinig kunnen doen, verbeeldde Schaap treffend door er als het ware zwijgend bij te gaan staan en niets te doen.

Wie actie wil voeren om de omstandigheden voor dieren te verbeteren moet eindeloos geduld hebben en een stellige overtuiging dat het ooit beter wordt. Dat is gemakkelijker op te brengen door telkens te zoeken naar een positieve relatie met mensen, ook met die onverschillig zijn over het lot van kwetsbare wezens.
Door de uitzending is het leed van een paar individuele dieren niet onopgemerkt gebleven.

Meer lezen: www.vpro.nl/kijk/de-hokjesman/dierenvrienden.html

Terugkijken: www.npo.nl/de-hokjesman/17-10-2014/VPWON_1214417

Het venijn zat 'm in de staart. In de uitzending werd een paar keer de vergelijking gemaakt tussen de bio-industrie in de vorm van megastallen en concentratiekampen uit de Tweede Wereld oorlog. Veel dierenvrienden vinden deze parallel te ver gaan. Door Schaap werd de herinnering aan 40-45 op subtiele wijze opgeroepen door met criticaster Simon Roozendaal, die de Nederlandse bio-industrie verdedigt, van achter een raam een protest van dierenvrienden in het centrum van Amsterdam "gade te slaan". Tijdens de bevrijding op 7 mei 1945 schoten gefrustreerde Duitse soldaten vanuit het gebouw De Grote Club met mitrailleurs op de feestende menigte op de Dam.

Een subtiele aanpak van een ontkenner van het grondrecht van mens en dier op vrijheid.

16 oktober 2014

Snel drogredenen checken op je smartphone

Vals argumenteren met drogredenen

Wie wel eens met mensen een dialoog of discussie aangaat over zaken die dieren betreffen kent het fenomeen: drogredenering.

Drogredeneringen zijn hele flauwe manieren om een discussie proberen te winnen en een ander monddood te maken.

Hieronder worden de types drogredenen op een rij gezet en daar weer onder de onderwerpen waarop een afdoend antwoord is geformuleerd.

Een waarschuwing vooraf. Wanneer je de indruk hebt dat je in een machtsstrijd dreigt te verzanden, lees dan dit artikel.

Voor wie de mening van een ander diervriendelijker wil maken, is dit artikel mogelijk interessant.

Type drogreden

De cirkelredenering
Het heeft geen zin om iets voor dierenrechten te doen, want niemand doet mee

Het beroep op macht
Ik hoop voor je dat je zelf nooit in die omstandigheden terecht komt

Het beroep op de gevolgen
Als jouw actie succes heeft, dan betalen we allemaal voor de gevolgen

Het beroep op oneigenlijke argumenten
Het is onzin om je hier druk over te maken, want ergens anders is het nog slechter

Het beroep op onbekende argumenten
Natuurlijk mag wat mensen met dieren doen, want mensen zijn intelligenter

De drogreden van deel en geheel
Ik kan voorbeelden noemen die weliswaar dieren het leven hebben gekost, maar vele mensenlevens hebben gespaard

Het argument op de man
Je zegt dat je voor dieren bent, maar je profiteert zelf ook

Het beroep op autoriteit
Ik studeer medische biologie en kan weten waarom dierproeven noodzakelijk zijn

Het beroep op onwetendheid
Dieren vinden het niet erg om gebruikt te worden, want je kunt niet bewijzen dat ze het wel erg vinden

Het beroep op vermeend verband
We hebben altijd al dieren gebruikt en dat heeft veel opgeleverd

Het beroep op het volksgevoel
De meeste mensen vinden het gebruik van dieren heel gewoon

Het beroep op medelijden
Als dieren niet meer gebruikt mogen worden, raken veel mensen werkloos

Het ontduiken van de bewijslast
Ieder weldenkend mens weet dat het niet erg is om dieren te gebruiken


Het vertekenen van de standpunten
Dieren rechten toekennen betekent dat dieren hetzelfde behandeld moeten worden als mensen

Advies en tips

Er zijn verschillende manieren om te reageren op drogredeneringen. Hier zijn enkele tips.

  • Blijf rustig en emotieloos. Drogredeneringen zijn vaak bedoeld om emoties op te wekken, dus het is belangrijk om rustig te blijven en je emoties in bedwang te houden. 
  • Identificeer de drogredenering. Probeer te begrijpen welke soort drogredenering wordt gebruikt, zoals een ad hominem-aanval of een afleidingsmanoeuvre. 
  • Weerleg de drogredenering. Probeer de drogredenering te weerleggen door feiten te presenteren of logische argumenten te geven. 
  • Blijf op het onderwerp. Probeer terug te keren naar het onderwerp waarover de discussie gaat en probeer de discussie te houden op een rationeel niveau. 
  • Wees voorbereid. Als je weet dat je gaat praten met iemand die vaak drogredeneringen gebruikt, kan het nuttig zijn om voorafgaand aan het gesprek bepaalde feiten en argumenten te verzamelen om op terug te vallen.

Drogredeneringen rondom dierenrechten

Op de site van Animal Freedom zijn deze types drogredenen uitgewerkt.
Vleeseters.

Vegetariërs.

Het verdedigen van de bio-industrie.

Het negeren van dierenrechten.

Het verdedigen om dierenrechten.

De plezierjacht.

Dierproeven.

Sportvissen.

Het gebruik van dieren in en circus.

Stierenvechten.

Nertsenhouderij.

Zeehondenjacht.

Klik hier voor een voorbeeld van een tekst met de drogredenen benoemd.

Omdenken bij de jaarlijkse verhongering in de Oostvaardersplassen

Henk Bleker en Dion Graus discussieerden bij Jeroen Pauw over het jaarlijks terugkerende fenomeen dat 30% van de dieren in de Oostvaardersplassen verhongeren.
Dion Graus meldt dat we een zorgplicht hebben omdat het gebied besloten is en dieren niet vrij op zoek kunnen gaan op de Veluwe naar voedsel. Henk Bleker noemt dit argument niet realistisch omdat dit teveel geld en landbouwgrond kost.
Graus ziet als oplossing om de dieren jaarlijks te injecteren met een middel dat de voortplanting tegen gaat en Bleker pleit voor preventieve afschot zodat er voldoende voedsel overblijft. Het zijn bekende argumenten en de strijd is vooral een charme offensief.

Afhankelijk hoe je tegen dierenwelzijn en dierenrechten aankijkt zijn dit politiek bruikbare oplossingen. Voor wie vrijheid als grondrecht voor dieren serieus neemt is de oplossing een ecoduct bouwen onder of over het Veluwemeer en zo de dieren vrij te laten bewegen op zoek naar voedsel. Ondertussen kun je met anticonceptie de omvang van de populatie beperkt houden. Niet iedere grote grazer hoeft te blijven. De Nederlandse boeren produceren 3x zoveel voedsel dan in ons eigen land wordt verkocht. Het is best denkbaar om kosten van het ecoduct te compenseren met de gewonnen natuurwaarde en besparing op kosten die de overproductie van de Nederlandse veehouderij de belastingbetaler opleveren.

11 oktober 2014

Ammoniakreductie werkt niet? Minder vee wel

Door de nodeloos grote Nederlandse veestapel wordt er te veel ammoniak geproduceerd. Na wat chemische omzetting leidt dit tot verzuring.
De Nederlandse veehouderij moest al jaren geleden maatregelen nemen, maar die werken nauwelijks meetbaar. De modellen die de relatie tussen maatregelen en de hoogte van de uitstoot voorspellen, werken onvoldoende betrouwbaar.
Volgens Commissie van Deskundigen Meststoffenwet (CDM) zijn de gebruikte modellen om ammoniak te meten goed maar zorgt de veehouderij voor een hogere uitstoot dat is berekend. Volgens de CDM zijn er ook signalen zijn dat meer mest wordt uitgereden dan is toegestaan volgens de gebruiksnormen. Dat zou leiden tot meer uitstoot van ammoniak.
Om zich aan de internationale afspraken te houden creëert de overheid allerlei administratieve constructies om op nationaal niveau de indruk te wekken dat alles onder controle is. Zo niet, dan wacht ons land boetes. We hebben al door de derogatie al een uitzonderingspositie. Derogatie betekent dat er onder bepaalde omstandigheden op bepaalde grondsoorten meer mest mag worden uitgereden dan het buitenland dat mag.
Boeren mogen onderling allerlei grondstoffen uitruilen. Het effect is dat er maximaal mineralen worden uitgereden op het schadelijke af.
Het maakt ook mogelijk dat de overheid een andere voor de hand liggende ingreep kan laten liggen: verplicht boeren om grondgebonden te produceren en zo zowel voer als mest op "eigen" grond te halen en te brengen. Boeren kunnen op papier van alles uitruilen zonder echt ecologisch verantwoord te werken. Zo worden vooral de boeren tevreden gesteld ten koste van wat de meeste belangengroepen zich niet direct realiseren.

In Eenvandaag werd aan de kaak gesteld dat boeren verplicht werden om bepaalde investeringen te doen, waarvan het effect minder is dan voorspeld.


Maar Eenvandaag noemt niet de meest voor de hand liggende ingreep: reductie van de veestapel.

Voor elke liter melk produceert een koe 4 kg mest.
Door de verwachte groei van de melkveepopulatie door het afschaffen van het melkquotum wordt het mestoverschot nog steeds erger. Het wordt steeds lastiger om op tijd te voldoen aan internationale afspraken om milieu- en klimaatdoelstellingen te halen. Het is een publiek geheim dat dit de belastingbetaler klauwen met geld kost. Het is een publiek geheim omdat het publiek zich niet verdiept in deze problematiek.

Ammoniak heeft invloed op kwaliteit van het bodemleven, grond- en drinkwater, de vitaliteit van de natuur en de biodiversiteit.
Dit zijn zaken die de kwaliteit van de beleving van de natuur aantasten ook voor de mens. Maar dan moet je de relatie wel willen zien en vooral wat daarvan het belang is. Uiteindelijk zetten we onze gezondheid op het spel om een kleine groep ondernemers vrijwel ongebreideld geld te laten verdienen.

Zie ook de geschiedenis van het ontstaan en de aanpak van het mestprobleem.


07 oktober 2014

Worden kinderen valselijk voorgelicht?

Varkensboeren trekken ten strijde tegen schoolboeken die kinderen valselijk over het agrarische bedrijf zouden informeren. De Nederlandse Vakbond Varkenshouders (NVV) heeft een meldpunt geopend waar klachten over 'suggestieve, foute, misleidende en/of niet objectieve' leermiddelen over de landbouw terecht kunnen. Dat moet tot een zwartboek leiden.
Als voorbeeld haalt de varkenshoudersvakbond een tekst aan uit de lesmethode 'Wijzer door natuur en techniek', voor groep zeven van de basisschool. Uitgegeven door de grote schoolboekenuitgeverij Noordhoff. Daarin staat: 'boeren hebben de meeste natuur in akkers en weilanden veranderd. Daar is geen natuurlijk evenwicht. Er groeit vaak maar één plantensoort'. En: 'Ook het vee leeft niet natuurlijk. In de bio-industrie leven dieren in grote aantallen dicht op elkaar. (…) Bioboeren werken op een natuurlijker manier'.
En dat terwijl de varkensboeren, zegt de NVV, meer doen aan dierenwelzijn dan ze wettelijk zijn verplicht.
Tot zover de Volkskrant.

De boeren waar het in dit bericht omgaat, en die maar één plantensoort (Engels Raaigras) hebben, zijn waarschijnlijk melkveehouders. Van die monotone graszoden en de verlaging van de grondwaterstand hebben vooral de weidevogels te lijden, zie de site van Redt de Rijke Weide.

Varkensboeren zijn vaak niet grondgebonden. Dat wil zeggen dat zij voer van het land van andere (buitenlandse) boeren betrekken en bij andere boeren ook hun mest laten uitrijden.
Voor wie foto’s wil zien van hoe dieren als varkens dicht op elkaar leven in bio-industrie, kijk eens op de site van Jo-Anne McArthur.

Overigens is de twijfel of biologische veehouders wel zo veel diervriendelijker zijn terecht. Zie ook de opzettelijke spraakverwarring tussen boeren, burgers en ambtenaren.

Meer weten met welke valse argumenten boeren zelf de bio-industrie verdedigen en wat het weerwoord?

Klik hier om meer te lezen over demagogie.

04 oktober 2014

Hoe de agrosector kritiek voor zich laat werken

De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR), het belangrijkste adviesorgaan van de regering, presenteerde 2 dagen voor Dierendag een rapport waarin zij stelt dat er een voedselbeleid moet komen in plaats van het aloude landbouwbeleid. Dat beleid is nog altijd gericht op het vergroten van de productiviteit en van de export.

Het advies van WRR dat consumenten minder vlees en zuivel moeten eten verrast LTO niet. "Dit is een trend die we al langer zien en die we niet kunnen veranderen. Boeren produceren voor de consument en de consument kiest was hij eet. Deze trend zou gunstig kunnen zijn voor de plantaardige sectoren", aldus een woordvoerder van LTO. Het feit dat de overheid nu mogelijk gaat adviseren minder vlees en zuivel te consumeren vindt LTO niet alarmerend. "Een dergelijk beleid geldt ook voor alcohol. Maar het is uiteindelijk de consument die kiest wat hij of zij eet of drinkt".
LTO noemt het rapport van de WRR een waardevol rapport dat een heldere analyse van de huidige voedselketen geeft. "Wat ons betreft zijn de belangrijkste conclusies in het rapport dat het mededingingsbeleid van de overheid niet stimuleert om het beter te gaan doen en dat de verduurzaming van de voedselketen een verantwoordelijkheid is van alle schakels in de keten", reageert Maat.
LTO zegt dat de Nederlandse landbouw al goed op weg is met de aanbevelingen die de WRR doet om meer oog te hebben voor de ecologische houdbaarheid van voedsel, de volksgezondheidsaspecten en de robuustheid van voedselvoorziening.

Tot zover De Boerderij.


Door de suggestie te wekken dat de sector allang bezig is met diervriendelijk en duurzaam produceren probeert de LTO de voor de hand liggende aanpak af te wenden, namelijk het stoppen met de overproductie (70%) in de vee-industrie. Die aanpak is redelijk succesvol,, maar kost de belastbetaler meer dan hij zich realiseert. Een deel van de kostprijs van de Nederlandse veehouderij is laag, omdat kosten worden afgewenteld op de samenleving. Dit levert bovendien risico's op voor de volksgezondheid.

Wilt u meer lezen over de manier waarop de agrosector haar dieronvriendelijke business probeert goed te praten en haar bijdrage aan de economie op te blazen? Klik dan hier; zie ook De landbouwmythe en haar sprookjes en De burger laat zich door de boer een oor aannaaien.

Aanbevelingen van de WRR
  • Landbouwbeleid moet veranderen in voedselbeleid
  • Eet en produceer minder zuivel en vlees
  • Voedselproductie moet duurzamer
  • Een onafhankelijke instantie moet het voedselbeleid evalueren
  • Vrijhandel mag niet verhinderen dat er eisen worden gesteld aan ecologische kanten van voedsel
  • Zet een rem op ongezond (zout, vet, gesuikerd) voedsel
  • Laat industrie en horeca jaarlijks rapporteren over zout, vet en suiker
  • Vervang het woud aan keurmerken door twee stoplichten: een voor duurzaamheid, een voor gezondheid
  • Mededingingsrecht mag afspraken over verduurzaming niet in de weg lopen
  • Grondstoffen moeten zo veel mogelijk worden teruggewonnen, vooral de meststof fosfaat
  • Kweken van insecten kan het afvalprobleem verminderen
.

02 oktober 2014

De weerzin tegen stierenvechten is niet alleen van deze tijd

Op de achterkant van de Volkskrant wordt geciteerd uit een dagboek ooit geschreven op die dag.

Een jonge schilderes maakt voor het eerst een stierengevecht mee.

Madrid, 2 oktober 1881.

Na afloop van die walgelijke, bloederige vertoning denk je dat het een droom is geweest. Stierengevecht! Lamentabele slachtpartij van aftandse paarden en van koeien, waarin, zo lijkt het, de mensen geen enkel gevaar lopen en waarin ze een onwaardige rol spelen.
Wat mij betreft was het trouwens alleen boeiend op de momenten dat de mensen over de grond rolden. Een van hen werd onder de voet gelopen door de stier; werkelijk een wonder dat hij het er levend heeft afgebracht. Hij kreeg dan ook een ovatie.

Zakdoeken
Er worden sigaren gegooid in hoeden die zeer behendig worden teruggeworpen. En er wordt gezwaaid met zakdoeken en woeste kreten worden geslaakt. Het is een wreed spel, maar is het amusant? Welnu: neen! Het is niet opwindend, niet boeiend, het is gruwelijk en gemeen.
Dat zogenaamd woedende dier, dat wordt opgejaagd met veelkleurige mantels terwijl een soort degens in zijn lichaam worden geprikt. Het bloed stroomt, steeds wilder schudt het dier zich, steeds wilder springt het, steeds meer verwondt het zich. Men confronteert het met zielige, geblinddoekte paarden waarvan het de buik openrijt. De ingewanden komen naar buiten, niettemin komt het paard overeind en blijft tot het allerlaatst de man gehoorzamen, die vaak samen met hem valt, maar bijna nooit iets mankeert.
Dat zwarte bloed op het zand en het scharlaken bloed op de rug van de stieren.

Waarom zou ik liegen? (bol.com).
Marie Bashkirtseff (1858-1884), in Oekraïne geboren schilderes, reisde door Europa, overleed jong aan tbc. Fragment uit Waarom zou ik liegen?, vertaling Marianne Kaas; de Arbeiderspers, 1997.


Van geboorte tot slacht ontleed

Het levenswerk van kalf Jonathan 1127

Deze EO documentaire begint met een mooie beelden van het geboorte van Jonathan in de wei. In de documentaire wordt Jonathan letterlijk tot in detail gevolgd na de slacht.

Volkskrant columnist Jean-Pierre Geelen schreef er dit over:
Het leven van het kalf Jonathan 1127 (maandag als EO-2DOC) was een oase van rust, verfilmd door Henk Dokter. De scharrelstier werd geboren in een weide in de volle voorjaarszon; er kwam geen geboortekrik of kist aan te pas. Dat zijn moeder overleed en het jong op zoek moest naar een vervanger voor melk, kwam het drama alleen maar ten goede. Voor het overige zette de idylle van het jonge leven zich voort. Tot het moment waarop Jonathan de betegelde ruimte van de ambachtelijke slager binnentrad en met zichtbare doodvrees bokkensprongen maakte.
'Rustig maar, niks aan de hand', loog de slager. En daar knalde de pin in zijn kop; terwijl het lichaam nog schokte ging het mes in zijn keel. Een half uur later fileerde de slager met zichtbare arbeidsvreugde het 'harinkje' en de 'jodenhaas'.
Het leven van kalf Jonathan 1127 bood misschien een eerlijke en onbevangen blik op een koeienleven, maar het was ook een verregaande romantisering van de gemiddelde biefstuk, die voor het overgrote deel uit de bio-industrie komt.

Tot zover Geelen.

In de documentaire het nummer "Sorry" van Kyteman (zie video). En daarmee was geen woord teveel gezegd.
Gelukkig voor Johannes woog hij bij geboorte 70 kg. Kalfjes met een te laag gewicht mogen niet meer worden vetgemest tot kalfsvlees. Wat gaat er nu met hen gebeuren?

Per 1 januari scherpen de kalvermesterijen hun eisen aan. Dieren die minder dan 36 kilo wegen, zijn niet meer welkom. Zo willen kalverbedrijven hun antibioticagebruik verminderen. Lichtere dieren hebben minder weerstand.

25 september 2014

Vier een compassievol Offerfeest op Dierendag

Oproep aan alle Moslims

Beste Moslims,

Op 4 oktober is het Dierendag en het toeval wil dat ook op die dag het Offerfeest plaatsvindt. Het is gebruikelijk om voor het Offerfeest een dier te offeren. Wij, dierenvrienden, die dag in dag uit opkomen voor de rechten van dieren, vinden dit een wrange samenloop van omstandigheden. Juist op deze dag staan niet alleen wij maar ook veel andere mensen stil bij het leed dat dieren op allerlei gebied wordt aangedaan, onder andere in de vee-industrie, de proefdierlaboratoria, de bontfokkerijen, de jacht enz. Daarom doen wij deze oproep aan u. Volgens de Koran is het geoorloofd om in plaats van een dier geld te offeren en te sturen naar arme mensen in eigen land of arme mensen, vluchtelingen en oorlogsslachtoffers in andere landen. Voorzitter Rasit Bal van het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO) liet ons schriftelijk weten dat “steeds meer Moslims kiezen om hun offer te sturen naar gebieden waar mensen zeer arm zijn” en “de aangesloten moskee-organisaties collecteren de ‘offergelden’ van Moslims en die ‘gelden’ worden besteed daar waar de behoefte zeer groot is. Op die manier wordt een bijdrage geleverd aan het bestrijden van de wereldwijde armoede en ondervoeding.” Wij juichen deze ontwikkeling toe en willen u vanwege 4 oktober Dierendag vragen om dit jaar net zoals gelukkig al veel andere Moslims dat doen in plaats van een dier geld te offeren. Laten we er op 4 oktober samen voor zorgen dat zowel het leed van dieren als van mensen wordt beperkt! Wij hopen van harte dat u hieraan wilt meedoen.

Stichting Rechten voor al wat Leeft, Comité Dierennoodhulp, Een Dier Een Vriend, De Faunabescherming

24 september 2014

Internationale verschillen in waardering van artikelen over dierenrechten

De Stichting Animal Freedom heeft een website waarop teksten staan over dierenrechten in allerlei talen. Onderaan die teksten staan buttons waarop bezoekers hun waardering over het artikel kunnen geven door naar hun Facebookcontacten een aanbeveling (“like”) te sturen of het artikel te delen op hun Facebookpagina.
Op deze pagina wat wetenswaardigheden over hoe de teksten in de verschillende taalgebieden worden “geliked”. Op het moment van schrijven van dit verslag is het Spaanse deel van de site het meest bezocht.
Bij de onderwerpen een link naar de Nederlandse tekst op Animal Freedom. Vandaaruit kunt u de tekst in de betreffende taal vinden via links bovenaan de pagina.

Een beeld zegt meer dan 1000 woorden. Veel likes krijgt de Engelse videopagina met beelden over dierenleed en diermisbruik. Maar de meeste likes vond ik bij een artikel over "Surplus in de dierentuin" over fokken van jonge dieren om publiek te trekken en het doden wanneer ze groter zijn.
Maar er staan meer dan duizend artikelen op de site, dus mogelijk wordt (ondertussen) een ander onderwerp nog vaker aanbevolen.

De tekst over waarom dieren grondrechten zouden moeten hebben en in welke vorm (namelijk net als bij mensen op basis van vrijheid) wordt in de Spaanstalige versie het hoogst gewaardeerd. De uitwerking daarvan van wat dat in de praktijk betekent wordt door Franstaligen het hoogst gewaardeerd. De Franse pagina over misstanden in de bio-industrie kent bijna 15.000 inkomende links."Vrijheid, gelijkheid en broederschap" was blijkbaar niet voor niets het motto tijdens de Franse revolutie.

Een van de eerste teksten die in 1997 op Animal Freedom verscheen ging over de intrinsieke waarde van het dier. Deze tekst wordt vrijwel alleen in Nederland een beetje gewaardeerd, vermoedelijk omdat in andere landen dit argument in het verleden niet of nauwelijks (Peter Singer) werd aangevoerd in de discussie over dierenrechten. Erg vind ik het niet, want ik vind het een onbruikbaar, want slecht begrepen argument.

De opsomming van de misstanden in de bio-industrie, die dierenleed opleveren, wordt in de Engelse versie het hoogste gewaardeerd. In ons land lijkt er schroom om veeboeren kritisch te bezien.

Vlees eten is slecht voor het klimaat. Daarnaast heeft het andere nadelen. De tekst hierover wordt het hoogst gewaardeerd in de Spaanse versie. In het verlengde daarvan waarderen zij ook een tekst over de vraag of de mens dieren mag eten.

Een van de onderwerpen op Animal Freedom, waarmee de stichting mensen die opkomen voor de rechten van dieren wil ondersteunen, is wat je er tegen kunt inbrengen wanneer mensen een standpunt verdedigen met drogredenen (niet kloppende of niet relevante argumenten). Bijvoorbeeld: "Nederland loopt voorop met dierenwelzijn", waarmee men wil impliceren dat dieren in onze vee-industrie het beste af zijn.
Er zijn bij de drogredenen onder meer thema’s als "het eten van vlees", “het verdedigen van de bio-industrie”, “de plezier- en zeehondenjacht”, “de hengelsport”, “het stierenvechten”, “de nertsenhouderij” en “dierproeven”. Ook de flauwe argumenten waarmee vegetariërs anderen willen afbrengen van het eten van vlees wordt aan de kaak gesteld.
Het hemd is nader dan de rok. Dierenleed, stieren aangedaan door toreadors, vindt vooral plaats in Spanje. Argumenten tegen het stierenvechten worden vooral gewaardeerd door Spaanstaligen, gevolgd door Portugees- en Franssprekenden en opvallend weinig door Nederlanders, Engelstaligen en Duitsers.

De opsomming van voor- en nadelen van het nemen van huisdieren worden vooral voor Spaanstaligen gewaardeerd. Er is relatief veel belangstelling voor de Engelstalige subvraag waarom mensen huisdieren willen. Veel Spaanstaligen en kinderen? uit Polen zijn nieuwsgierig of een goudviskom wel door de beugel kan.

Tenslotte het ritueel slachten van schapen tijdens het offerfeest door moslims. Het is geen verplichting op basis van de Koran dat moslims wat voor minderbedeelden doen door een schaap te slachten en het vlees verdelen onder armen. Diervriendelijker alternatieven zijn mogelijk en worden natuurlijk aangemoedigd.
De tekst hierover wordt eigenlijk in alle taalgebieden gewaardeerd, het vaakst door Engelstaligen.
De Stichting Rechten Voor Al Wat Leeft doet in haar oktoberuitgave van haar contactblad Mens en Dier samen met Stichting De Faunabescherming, Stichting VierVoeters en Stichting EDEV (Een Dier Een Vriend) een oproep aan moslims om op 4 oktober geen schapen te slachten. In 2014 valt het offerfeest samen met dierendag.

Kanttekeningen bij dit verslag:
Het aantal waarderingen in de vorm van “likes” wordt mede bepaald door factoren die niet helemaal constant zijn in alle taalgebieden, zoals:
• De kwaliteit van de vertaling
• Het aantal mensen uit een taalgebied dat Animal Freedom bezoekt
• Kleine verschillen in de uitwerking van de tekst
• De actualiteit in de cultuur en de mate waarin de dierenleed veroorzakende handeling omstreden is
• Verschillen in de vindbaarheid via zoekmachines en op Animal Freedom
• Het verschil in gebruik van Facebook en de gewoonte om te "liken" en te delen op Facebook.

Animal Freedom is op Facebook te vinden in de meeste van bovengenoemde talen. Via de homepages op de site kan men naar Facebook gaan en desgewenst een reactie geven.

20 september 2014

De intrinsieke waarde van een dierenleven

De intrinsieke waarde van een dierenleven is de waarde die een dierenleven heeft los van wat de mens daaraan toekent. Elk leven heeft intrinsieke waarde. Geen mens weet, per definitie, deze objectief in te schatten.
Hebben wij en de dieren wat aan deze constatering? Niet veel, ook een kiezelsteen heeft een intrinsieke waarde.
Er zijn mensen die graag anderen willen oproepen om dieren te beschermen en daarmee dierenleed te voorkomen en gebruiken dit als argument. Ze verwarren het zwijgen van de toehoorder met het effect van iemand de mond snoeren.
Boeren houden dieren vanwege de veronderstelde economische waarde en huisdier bezitters vanwege emotionele waarde. Ze zullen zo goed mogelijk voor ze proberen te zorgen in de verwachting dat ze daarmee iets van de dieren terugkrijgen: geld, gezelschap, warmte, aanhankelijkheid et cetera.
Hoe dieren te behandelen laten weinigen zich gezeggen. Hoogstens door wettelijke regels. De geest van de wet drukt uit dat dierenleed en aanstootgevend gedrag wordt voorkomen. De manier waarop dieren worden behandeld of worden geslacht kan bij anderen aanstootgevend zijn. Dit soort zaken wordt daarom achter gesloten deuren gedaan.
Maar er gaat erg weinig motivatie tot verandering in de omgang uit van het verzoek om meer rekening te houden met de intrinsieke waarde van dieren, vooral niet wanneer het er veel zijn, zoals in de vee-industrie.
Wie wel meer onnodig dierenleed wil voorkomen kan zich het beste verdiepen in wat ook hij/zij zelf kan voorkomen. Dat is lijden en vrijheidsberoving. En die inzichten zijn gemakkelijk met anderen te delen. Willen we dit inzicht vergroten en effectief de situatie van dieren verbeteren dan hebben dieren rechten nodig.

Meer lezen over intrinsieke waarde of eigenwaarde? of op de boekbespreking door Titus Rivas van Vrijheid als grondrecht voor dieren & Smoezen over diermisbruik.

Klik hier om te lezen hoe verschillend instanties dit begrip gebruiken.

16 september 2014

Midas Dekkers over het afmaken van geredde zwijntjes

De brandweer redde in Weert wilde zwijntjes uit de Zuid-Willemsvaart. Lang konden de dieren niet van hun vrijheid genieten, want enkele minuten later werden ze alsnog afgeschoten door een jager.

De brandweerlieden hadden de jachtopziener zelf gebeld.
De een doet zijn taak door de dieren te redden, even later doet een ander zijn taak door de dieren te doden. Puur en alleen vanwege de plek waar de dieren terecht komen bij de redding. Op die plek gold een nuloptie voor zwijnen.

Midas Dekkers maakt een vergelijking met het onthoofden van mensen. Wanneer het zichtbaar is via video op Internet leidt het tot mondiale verontwaardiging, wanneer het via een bombardement onzichtbaar plaats vindt, maakt niemand er een probleem van.

Duidelijk is de parallel met slachterijen. Openlijke slacht (bijvoorbeeld ritueel slachten) leidt tot verontwaardiging, slachten achter gesloten deuren niet omdat we er niet mee geconfronteerd worden. De Dierenbescherming is ooit om deze reden opgericht om te voorkomen dat mensen aanstoot zouden nemen aan dierenmisbruik.


Voor het relatief kleine probleem van te water geraakte dieren, de volgende suggestie.
Misschien is het een idee dat de brandweer en andere dierenbeschermers de beschikking krijgen over een mobiele wildtrap waarmee dieren een kanaal kunnen verlaten op een plek waar ze wel mogen verblijven.

01 september 2014

Pluimveesector uitgebuit

Op Eenvandaag een uitzending over Poolse werkneemsters in de pluimveesector die vinden dat zij te laag worden betaald.
Gevraagd of zij zelf wel eens pluimvee eet, meldt ze "ik eet die rommel niet".

De uitbuiting geldt voor alle sectoren in de Nederlandse vee-industrie.

De agrarische sector kan in feite al jaren niet meer zijn eigen broek ophouden. De Russische importban is alleen maar de ‘spreekwoordelijke druppel’. Dat stelt FNV Bondgenoten in een brief aan staatssecretaris Dijksma.

FNV Bondgenoten constateert dat boeren door schaalvergroting en overproductie steeds minder verdienen aan hun productie. Maar ook in de keten zelf gaat het mis. ‘Grote retailbedrijven maken de dienst uit en draaien de duimschroeven bij telers en boeren aan, waardoor de inkoopprijs daalt.’ Volgens de bond is er meer nodig dan subsidies en tijdelijke crisismaatregelen om de land- en tuinbouwsector weer gezond te krijgen. De vakbond wil met Dijksma praten over een duurzamere sector, vooral op het gebied van arbeidsvoorwaarden.

ABP en Wakker Dier praten langs elkaar heen

In de wereld van actie en reactie naar aanleiding van dierenleed wordt vaak langs elkaar heen gepraat. Waarschijnlijk is dat omdat niemand wil liegen, maar wel gelijk wil krijgen.
WakkerDier meldt dat het ABP als pensioenfonds geld investeert in zaken die dierenleed opleveren.

In het Parool staat:
“Wakker Dier, dat vreest dat het om miljardeninvesteringen gaat, stelt dat de fondsen geen of weinig eisen stellen op het gebied van dierenwelzijn. Ook zijn ze niet helder over hun beleggingen. De organisatie wil dat minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken openheid geeft over de ABP-beleggingen en ervoor zorgt dat geen dierenhuisvesting wordt gefinancierd die in Nederland niet mag.

ABP liet in een reactie weten het oneens te zijn met de stellingen van Wakker Dier en dat de duurzaamheidsfactor juist heel belangrijk is voor het pensioenfonds. 'Wakker Dier beoordeelt langs de meetlat van Wakker Dier. Wij gebruiken daar onafhankelijke onderzoeksbureaus voor, die met hele andere uitkomsten komen. En wij kijken of bedrijven voldoen aan de nationale en internationaal geldende regels. Als we denken dat bepaalde zaken beter kunnen, gaan we met de betreffende bedrijven in gesprek', liet Harmen Geers van ABP weten.”

Tot zover het Parool.

Wakker Dier spreekt over dierenwelzijn, het ABP over duurzaamheid. Beiden lijken te overlappen maar dat hoeft niet. Een politieke partij als GroenLinks vindt megastallen niet zo erg omdat daar mest wordt verzameld en dat kan niet in de wei. Dat die mest vervolgens wordt uitgereden op plaatsen waar boeren de mest wel willen hebben, hoeft helemaal niet te betekenen dat dit milieuvriendelijk is.
Dat het ABP onafhankelijke onderzoeksbureaus raadpleegt wil helemaal niet zeggen dat zij zich van hun adviezen wat aantrekken, laat staan dat deze adviezen ethisch verantwoord waren.
En zo staan er nog meer voorbeelden in dit kleine stukje tekst uit het Parool.

Mensen praten langs elkaar heen omdat bijna niemand echt geïnteresseerd is in informatie die het eigen gelijk kan nuanceren. Te vrezen valt dat ook weinig consumenten echt geïnteresseerd zijn in wat een vleeskuiken in de bio-industrie voelt. En dat hoeft ook niet, maar compassie hebben met het recht op vrijheid om het eigen welzijn in de wei te vinden, dat zou mooi zijn.

Wie meer wil lezen over de wijze waarop boeren, overheid en consumenten langs elkaar hen praten, klik hier.

21 augustus 2014

Hebben intelligente dieren of robots rechten?

Het antwoord op deze vraag is simpel: beide hebben die rechten niet, maar voor dieren is dat wat mij betreft onterecht. De veronderstelling achter de vraag is dat mensen intelligent zijn in vergelijking met primitieve dieren en robots. Omdat mensen intelligent zijn en rechten hebben, lijkt het logisch om organismen die intelligent lijken ook rechten toe te kennen.

Rechten en eigenschappen hebben niets met elkaar te maken. Domme mensen hebben gelijke rechten als intelligente mensen. Waarom zou je robots die intelligenter zijn dan mensen rechten toekennen? Omdat het zo duur is om deze te bouwen en mensen die oud en ziek zijn geen recht hebben op te dure verzorging? Ook al bouw je robots met hoge sociale intelligentie, ze bouwen daarmee geen rechten op. Het zijn slechts goede imitatoren van mensen.

De grondrechten van mensen zijn gebaseerd op vrijheid. Eigenlijk zou dat recht moeten gelden voor alle levende wezens. Dat een robot zichzelf zou kunnen reproduceren en zo een voortbestaan kan verzekeren maakt het nog niet tot een levend wezen. Het is slechts oppervlakkige gelijkenis.

Meer lezen over vrijheid als grondrecht voor dieren? Klik hier.

02 augustus 2014

Is antibioticagebruik wel afgenomen?

Deze week zijn bijna 2500 kalveren geruimd (afgemaakt) omdat ze een verboden kankerverwekkend antibioticum in hun lijf hebben.
Als het een beetje tegenzit, volgt er later deze maand nog een veelvoud aan varkens.
Honderd bedrijven zaten op slot. De sector doet er alles aan om deze kwestie af te doen als een betreurenswaardig incident.
Immers uit cijfers blijkt dat dierenartsen sinds 2009, los van het nu ontdekte middel, ruim 50 procent minder antibiotica voorschrijven. En ja, een foutje kan natuurlijk altijd gebeuren.
In ieder geval ligt de fout niet bij de boeren, want die doen, zoals iedereen weet, nooit iets verkeerd.
Er zijn echter ook cijfers die er op wijzen dat het gebruik van antibiotica in de veehouderij helemaal niet is afgenomen. Als het antibioticagebruik ruim de helft minder is, dan zou het gemiddeld geslacht gewicht ook moeten afnemen. Niet met kilo’s tegelijk, want zo geweldig is het effect van antibiotica nou ook weer niet. Maar bij een vleeskuiken zou een paar ons minder, en bij een varken of kalf een kilo minder, logisch zijn.
Het CBS publiceert jaarlijks per soort hoeveel dieren er zijn geslacht en hoeveel geslacht gewicht dat opleverde. Deling van het ene getal door het andere levert dan het gemiddelde geslacht gewicht per dier op.
Die gewichten waren voor varkens in 2009: 92,2 kg, 2012: 93 kg, 2013: 93,2 kg. Vleeskuikens in 2009: 1,59 kg, 2012: 1,6 kg, 2013: 1,65 kg. Kalveren 2009: 140 kg, 2012: 144,4 kg, 2013: 146 kg.
Volgens de cijfers stijgt het geslacht gewicht, terwijl het gebruik van groeibevorderaars meer dan halveerde.

Voor deze merkwaardige stijging zijn een paar verklaringen mogelijk.
De veehouderij is er misschien in geslaagd een qua werking met antibiotica vergelijkbaar alternatief te ontwikkelen.
Niet erg waarschijnlijk, want in dat geval werd vrijwel zeker helemaal geen antibiotica meer gebruikt. Of de dieren krijgen meer te eten. Niet erg waarschijnlijk voor wie naar de ontwikkeling van de krachtvoerprijzen kijkt. En bovendien: ook voor een dier dat toch al volgepropt wordt, geldt: vol is vol.
Of de dieren krijgen gewoon net zoveel antibiotica als vroeger, alleen niet meer via de dierenarts. Er is via internet of andere kanalen een veelheid aan niet verboden antibiotica te koop.

Bij vleeskuikens worden zogenoemde coxiodiostatica gebruikt. Dat zijn antibiotica die niet zo hoeven te worden genoemd en dus preventief door het voer gaan.
Tenslotte is het ook mogelijk dat antibiotica nooit als groeibevorderaar heeft gewerkt. Dat zou nogal wrang zijn, omdat we dan voor niets door de vee-industrie zijn opgescheept met een scala aan resistente bacteriën. Wellicht iets om eens over na te denken.
Bij de barbecue bijvoorbeeld.

Auteur .

Klik hier om meer te lezen over het gebruik van antibiotica in de veehouderij.

16 juli 2014

Verantwoorde kip verkopen is niet zo moeilijk

De Reclame Code Commissie (RCC) deed uitspraak: Albert Heijn mag zijn Hollandse Kip niet meer '100 procent verantwoord' noemen en mag niet zeggen dat de kippen 'goede leefomstandigheden' hebben gekend. Die reclameteksten zijn 'misleidend en daardoor oneerlijk'.
Hoe verkoop je diervriendelijker vlees als je niet mag zeggen dat het verantwoord is, of zelfs dat het diervriendelijk is?
Simpel, door eerlijk te communiceren dat de kip, die je inkoopt, minder onverantwoord en minder dieronvriendelijk is. Op deze wijze maak je het onaantrekkelijk voor kippenboeren om de meest onverantwoord opgroeiende kip in hun stallen te houden. Wanneer de meest onverantwoorde kip niet meer wordt gehouden, schuif je weer een stapje op naar minder dieronvriendelijk.
Enzovoort, enzovoort.
Je gaat er net zo lang mee door totdat de kippen die je inkoopt wel verantwoord zijn gehouden. Dat is kip die overdag buiten loopt en die niet met antibiotica opgroeit.
En wanneer de politiek het ook nog eens onaantrekkelijk maakt om die onverantwoord gehouden kip te exporteren, wordt het probleem, te beginnen in Nederland, stapje voor stapje opgelost.

15 juli 2014

Sommige boeren verwaarlozen hun vee

In de Groene Amsterdammer van 14 mei 2014 een artikel over boeren die hun vee verwaarlozen.

Een citaat:
Slechte behandeling van dieren is in de agrarische sector een moeilijk bespreekbaar onderwerp. Dat lijkt inherent te zijn aan de verhouding tussen de boer en zijn dieren, een verhouding die niet begrepen wordt door de burger (volgens de boer) dan wel niet normaal diervriendelijk is (volgens de burger). In het speciale geval van dierverwaarlozing – doorgaans het gevolg van sociaal-psychische problemen van de boer – komt daarbij dat agrariërs zichzelf en elkaar niet graag als bemoeineuzen zien. Wat er al dan niet gebeurt op iemands erf is onbespreekbaar voor de buren of voor collega’s: dat gaat niemand wat aan. Om dierverwaarlozing tegen te gaan bestaan er regels, beleidskaders en overlegstructuren, bijvoorbeeld op het gebied van opsporings- en handhavingsmethoden. Er is een Vertrouwensloket en er worden cijfers gepubliceerd, zoals afgelopen maart in een jaaroverzicht van de NVWA. Daaruit blijkt dat het aantal meldingen van dierverwaarlozing stijgt: van 1747 in 2012 naar 2226 in 2013.

Verder lezen? Lees online.

01 juli 2014

Vlees als luxe product

Mac van Dinther schrijft in de Volkskrant over de vraag of we nog wel vlees kunnen eten nu we weten hoeveel schadelijke gevolgen dat heeft.
Hij schrijft:

De mens kan prima leven op een vegetarisch dieet. Met als voordeel dat we daarmee ook de minder gezonde zaken ontwijken die vaak aan vlees vast zitten zoals verzadigd vet. Er zijn zelfs onderzoeken die aantonen dat niet-vleeseters langer leven, maar die worden vertekend door het feit dat vegetariërs sowieso gezonder leven (minder drinken, minder roken, et cetera).
Wat in elk geval vast staat, is dat minder vlees eerder beter dan slechter is voor onze gezondheid. En voor wie het niet helemaal wil opgeven: vanuit het oogpunt van duurzaamheid hoeft dat dus ook niet. We hoeven ons het genot van een goede ribeye of dikke karbonade niet te ontzeggen. Zo lang het niet vaker is dan een keer per week. Dan geniet je er extra van. Vind een vegetariër als partner en het mag zo maar weer twee keer.
'Vlees: minder, maar beter', dat zou een goede reclamecampagne voor 2014 zijn. Vlees moet weer een luxe worden, net als in de tijd van onze (groot)ouders. Natuurlijk weten we best waarom. Waarom doen we het niet gewoon?
Tot zover het artikel uit de Volkskrant.

Wanneer vlees gepresenteerd wordt als luxe en mensen niet stoppen met het eten daarvan zal de consumptie na verloop van tijd weer toenemen omdat het eten daarvan als status wordt gezien.
Vlees eten wordt dan opnieuw gezien als teken van welvaart.
De enige manier om dit te voorkomen is dat de gevolgen van vlees eten voortdurend in onze aandacht blijven. Misschien wel net zo als bij roken door deze op de verpakking te vermelden onder het motto “vlees mevrouw u weet best wel waarom niet”.

25 juni 2014

Er is een andere weg dan verbieden van nertsenfokken

Het nertsenfokverbod is door twee rechtelijke uitspraken ongedaan gemaakt met een beroep op de Europese rechten van de mens.
Het is ook een gevolg van de politieke beslissing om economische activiteiten centraal in Brussel een juridische basis te geven. Besluiten uit landen binnen de EU kunnen worden overruled. Het gevolg is dat ondernemers geen strobreed in de weg wordt gelegd wanneer ze dieren houden louter en alleen om geldelijk gewin.

Deze uitspraak is zuur voor alle mensen die dierenwelzijn en dierenrechten serieus nemen en niet willen dat nertsen in extreem dieronvriendelijke hokken worden gehouden om hun huid te oogsten als basis voor modegrillen.
Weliswaar gaat staatssecretaris Sharon Dijksma in hoger beroep, maar van haar poging is weinig te verwachten. Politici heffen een glas, doen een plas en alles blijft zoals het was.
Wie graag de nertsenfokkerij uit alle landen in de wereld wil zien verdwijnen, te beginnen in Nederland en vervolgens in Europa kan het beste werken aan bewustzijnsverandering ten aanzien van ons gedrag dat gevolgen heeft voor dieren. Een diervriendelijke verschuiving in bewustzijn, dan in gedrag, vervolgens in politieke verhoudingen, leidt uiteindelijk tot diervriendelijke economische veranderingen.

Het is een lange weg, maar wel een die op alle denkbare terreinen een verbetering van en voor dierenwelzijn zal opleveren.
Voor wie dit een schrale troost vindt, ook bij de oude regeling mochten de nertsenfokker nog tot 2024 doorgaan om "schadevergoeding" te verdienen.

04 juni 2014

Dé financier van bio-industrie heeft nergens spijt van

De Rabobank heeft zich de afgelopen vijf jaar laten meeslepen in een collectieve gekte. Daardoor heeft de bank grote fouten gemaakt in de agrarische sector. Deze uitspraak komt niet van een verdwaalde milieuactivist of bestrijder van de bio-industrie, maar van Mister Rabobank himself: Herman Wijffels.

In het blad Boerderij Magazine van 3 juni komt dé financier van de Nederlandse bio-industrie uitgebreid aan het woord over de rol van de bank in agrarisch Nederland. De bankier in ruste, thans hoogleraar 'duurzaamheid en maatschappelijke verandering ' zegt in het interview de ontwikkelingen bij de bank met grote zorg te hebben gevolgd.

'We hebben na 2000 in dit land geleden aan een collectieve gekte door steeds meer op de pof te leven. De banken hebben te hoge kredieten verstrekt, ook in de agrarische sector. In de glastuinbouw zijn financieringen verstrekt op basis van de waardevermeerdering, die kwam door de bestemmingswijziging van agrarische gronden naar gronden voor glastuinbouw. Een aantal van die bedrijven staat daardoor nu onder water. En een aantal van de heel grote melkveebedrijven met zeshonderd koeien of meer is in problemen gekomen,' aldus Wijffels.

Terecht wordt Wijffels de vraag gesteld hoe dan zit met de kredieten die werden verstrekt aan de intensieve veehouderij, toen hij de baas was bij de Rabobank. Volgens Wijffels was daar niks mis mee: 'Je kunt zeggen dat we nu boete moeten doen voor het verleden. Maar ik heb geen spijt van het financieren van de intensieve veehouderij, daar schaam ik me niet voor. Het was wat toen van ons gevraagd werd.'

Dat is interessant, want er werd in die dagen helemaal niets van de Rabobank gevraagd. Althans niet door de maatschappij. Sterker nog, al in 1972, begonnen mensen zich zorgen te maken over de ontwikkelingen in de kippen- en varkenshouderij en werd Lekker Dier, de voorloper van Wakker Dier opgericht.
Wijffels werd in 1986 hoogste baas van de Rabobank en zette de geldkraan naar de bio-industrie open. Deze vooroplopers van duurzaamheid en maatschappelijke verandering werden door de toenmalige bestuursvoorzitter van de Rabobank niet gezien.

Wijffels vindt dat het nu tijd wordt om het aantal dieren te verminderen: 'We houden in Nederland meer dan 130 miljoen dieren. Ik denk dat het eerder voor de hand ligt stappen terug te doen dan verder uit te breiden.' Die inkrimping van de veestapel zal langs natuurlijke weg gaan, aldus Wijffels in Boerderij Magazine. Vooral in de varkenshouderij: 'Er zijn nogal wat bedrijven die in de jaren tachtig van de vorige eeuw zijn gestart. Die gebouwen zijn op en voldoen niet meer aan de eisen van de tijd. Een deel van die bedrijven zal niet in staat zijn te investeren in nieuwe stallen en dat zal ook een afname van de varkensstapel betekenen.'

Niet dus, want deze bedrijven hebben dierenrechten. En dierenrechten blijven voorlopig gehandhaafd. En dus zijn ze geld waard. Grotere bedrijven die willen uitbreiden kopen die rechten op. Oudere boeren zonder opvolger verkopen die rechten maar wat graag, want de opbrengst vormt een aardig aanvulling op het pensioen. Van krimp is dus geen sprake. Sterker, het aantal dieren in de varkenshouderij en kippenhouderij zal de komende jaren juist toenemen.

De huidige staatssecretaris heeft besloten dat boeren die dachten dat de dierrechten zouden verdwijnen en uitbreidingsplannen hadden, deze gewoon mogen uitvoeren. Voorwaarde is wel dat deze boeren de extra mest die ze dan produceren in het buitenland moeten afzetten.

Schaterlachend zijn ze met deze voorwaarde akkoord gegaan. Varkenshouders zijn, zo is gebleken, meesters in het in rook laten opgaan van mest.

Strijd om de weide

Doordat een aantal grootschalige melkveehouders de laatste jaren niet zoveel rekening hielden met de leefomgeving van weidevogels en insecten, verliest het Nederlandse landschap een aantal iconische fauna. De grutto is daar een van. Hoe kunnen melkdrinkers en melkboeren bijdragen aan een gezonde natuur? In Strijd om de Weide zocht Andrea van Pol op het Food Film Festival afgelopen mei naar een antwoord.

In de registratie van de discussie tussen de diverse belangengroepen wordt helder gemaakt hoe het komt dat de oorspronkelijke biodiversiteit tegenwoordig teruggedrongen is tot 40.000 van de 1 miljoen hectare landbouwgrond.

27 mei 2014

Zijn megastallen het einde?

Megastallen leiden tot minder dierenleed dan reguliere stallen. Let wel: zij zijn niet diervriendelijker, maar zij kunnen minder dieronvriendelijk zijn. Een intensieve veehouderij kan per definitie niet diervriendelijk zijn omdat het dier zijn natuurlijke gedrag niet kan uitvoeren in zijn natuurlijke omgeving. Een weide komt een beetje in de buurt.

Sommige vee-industrieën zijn zo groot dat er ook een slachterij kan worden gevestigd. Mest wordt verwerkt in biovergisters. Wanneer daaraan energierijke, plantaardige grondstoffen worden toegevoegd kan er elektriciteit worden opgewekt. Maar eigenlijk kunnen we planten (andere) beter zelf opeten.
Contact met de dieren heeft de boer door de grootschaligheid en automatisering niet meer. Is dat erg? Niet voor de dieren, een dier hoeft niet echt menselijk contact. Een bijkomend voordeel van het geringe menselijke contact is dat kan worden voorkomen dat dierziektes worden binnengebracht.
Heeft het protesteren tegen de ontwikkeling of het afzien van het eten van de producten veel invloed op de bedrijfsvoering? Helaas, de bulk wordt geproduceerd voor de export. Zelfs al worden alle Nederlanders vleesverlaters, dan stort de markt niet in.

Is de schaalvergroting van de intensieve veehouderij daarmee op de goede weg of alleen maar een stap eerder bij het einde gekomen?
In de oude situatie zien de dieren hoogstens wat daglicht op weg naar de slachterij. Ze waren in hun korte leventje zo weinig gewend dat de lange transporten naar het goedkoopst werkende slachthuis en de schok van de verandering vooral dierenleed opleverden. Leven en dood op 1 terrein is daarmee vergeleken beter.

Het moge duidelijk zijn dat de eigenaren van de megastallen vooral gedreven worden door geld. Die verdiensten worden verzameld door op kosten te bezuinigen en door veel dieren te houden. Dieren worden gezien als dingen en grondstoffen. Dat is het probleem en de oplossing. Mensen hebben geen dieren nodig als grondstof voor voedsel, zelfs geen dierlijke eiwitten. We kunnen het beste de grondstoffen zelf halen en verwerken bij de bron: planten.

Wie het met de bedrijfsvoering van de intensieve veehouderij niet eens is, kan het beste zijn of haar energie steken in het ondersteunen van diervrij en lekker leren koken van plantaardig voedsel. Hoewel niet iedere dierenliefhebber dit ogenblikkelijk begrijpt is dierenwelzijn het meest gebaat bij minder dieren in de veehouderij.
In navolging van de export van technologie ontwikkeld door de Landbouwhogeschool van Wageningen kan een diervriendelijke levensstijl ook in het buitenland worden verspreid als men in Nederland hierin het goede voorbeeld geeft.

21 mei 2014

Nertsenfok verbieden? Stem PvdD

Rechters willen het verbod van het houden van nertsen opheffen zolang er niet voldoende schadevergoeding wordt betaald aan de nertsenhouderij.
In 2012 is besloten om de nertsenhouderij pas te verbieden in 2024.

De sector heeft een rechtszaak aangespannen omdat het een beperkt aantal Nederlandse nertsenhouders miljoenen inkomen gaat schelen.

Dierenwelzijn van miljoenen dieren zou minder wegen dan het economisch voordeel van enkele tientallen ondernemers. Maak met uw stem in de Europese Verkiezingen duidelijk dat er snel een einde moet komen aan deze waanzin. Justitie zou moeten overwegen dat mensen die dieren als dingen behandelen geen recht op vergoeding van inkomstenderving hebben wanneer zij gedwongen worden met het dieronwaardige te stoppen. Laat een nieuwe rechter duidelijk maken dat we niet tot 2024 moeten wachten met een einde te maken aan de nertsenhouderij, maar onmiddellijk en zonder schadevergoeding.

De kwetsbaarheid van politieke actie voor dierenwelzijn maakt het des te belangrijker om bewustzijn te vergroten van de gevolgen van ons (consumptie)gedrag voor dierenwelzijn, milieu en natuur en om drogredeneringen te weerleggen.

16 mei 2014

De landbouwmythe en haar sprookjes

Kunnen we de intensieve veehouderij missen?

Het is een steeds terugkerende mythe: 'de Nederlandse landbouw exporteert jaarlijks voor €80 miljard, dat kunnen we niet zo maar weggooien'.
Bij het tv-programma Eén op Eén deed Sven Kockelmann namens de boerenlobby (LTO) een poging Marianne Thieme weg te zetten als iemand die met haar strijd tegen de bio-industrie onze welvaart in gevaar brengt. En dus herhaalde hij nog maar eens: 'de Nederlandse landbouw exporteert jaarlijks voor €80 miljard, dat kunnen we niet zo maar weggooien'.

Pronken met andermans veren

Uit de cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt echter dat die €80 miljard nauwelijks van de Nederlandse veehouderij komt. (Bron: CBS, agrarische handel, import/export tabellen). In die 80 miljard van Kockelmann en de LTO zitten bijvoorbeeld hout, kurk, drank, koffie, cacao, thee, sigaretten, snoep, specerijen, kruiden, tabak en een grote post diversen. Samen ruim €25 miljard. Dat komt niet van Nederlandse boeren, laat staan van Nederlandse veehouders.

Blijft over €55 miljard die men zou kunnen toeschrijven aan de agrosector. Maar, ruim de helft daarvan is doorvoer. Dus die producten komen binnen, strik er omheen, vaak door onderbetaalde Poolse arbeids-immigranten, en gaan weer verder.
Daar doen onze boeren helemaal niets voor. Ze hebben er niets mee te maken.

Blijft over €27 miljard. Ruim de helft daar weer van komt voor rekening van de groenten, fruit en bloementelers. Blijft voor de boeren en veehouders over: €13 miljard.
Maar ook die €13 miljard komt niet van eigen bodem.
De varkens en kippen worden voor het grootste deel allemaal groot gebracht op geïmporteerd veevoer. Ongeveer de helft van de melkproductie in Nederland komt van eigen gras. De andere helft wordt uit de koe getrokken met geïmporteerde soja en ander krachtvoer.
Zo blijft er van de eigen Nederlandse export van dierlijke eiwitten weinig over, en staan er wel enorme lasten voor het milieu, en de dieren tegenover. Alleen al de milieuschade wordt becijferd op €2 miljard. De schade aan de volksgezondheid door resistente bacteriën komt daar nog bovenop, net als de kapot gereden wegen op het platteland, niet vergoede waardedaling van woningen door de bouw van megastallen en natuurlijk niet te vergeten de €1 miljard die de burger om onbegrijpelijke redenen jaarlijks via Brussel aan de boeren geeft.

Draagt de landbouw wel bij aan de economie?

In het verlengde van de export-mythe ligt de fabel dat de landbouw goed is voor 10% van onze economie.
Flauwekul, de bijdrage van de boeren en tuinders is 1,6%. Bruto en inclusief bosbouw en visserij. Daar komt natuurlijk toelevering en verwerking bij, maar veel minder dan wordt gesuggereerd. Zuivelcoöperatie Friesland Campina bijvoorbeeld heeft ruim 26.000 werknemers. Maar daarvan werken er minder dan 6000 in Nederland.
Om het toe te spitsen op de bio-industrie, Marianne Thieme heeft, toen Bleker nog dacht hij de baas van de boeren was, er naar gevraagd. Zijn antwoord, zwart op wit: de bijdrage aan het bruto nationaal product van de bio-industrie is 0,3%. Dat was toen ongeveer €1,5 miljard. Alleen al afgezet tegen €2 miljard milieukosten is de bio-industrie dus voor Nederland een kostenpost van ongeveer €500 miljoen.
Ook dat is schijn, want die €1,5 miljard verdwijnt in de zaken van de boeren. Die € 2 miljard milieukosten mag de burger ophoesten. Net als de reparatie van de kapot gereden wegen en de waardedaling van z'n woning.

Lacto-intolerantie, melk niet kunnen verdragen

Terwijl alleen al de cijfers er om schreeuwen dat het hoog tijd wordt om te stoppen met de productie van dierlijke eiwitten gaat de uitbreiding van de veehouderij in een hogere versnelling gewoon door. Vooral in de melkveehouderij is het raak. Een en ander onder het motto dat Nederland een belangrijke rol vervult in het voeden van de wereld.
Je moet maar durven! Graan, tarwe en maïs van de Nederlandse akkerbouw zijn door het relatief korte groeiseizoen van zo'n slechte kwaliteit dat het alleen geschikt is als veevoer. Van de totale vleesproductie in de wereld levert Nederland ongeveer 1%. Marginaal dus. Van de totale melkproductie in de wereld levert Nederland ruim 1,5%. Maar ruim 70% van de wereldbevolking is lacto-intolerant, wat wil zeggen dat ze ziek worden van koemelk. Dat maakt de bijdrage van onze melkveehouders aan het oplossen van de honger in de wereld wel heel beperkt.

Wat exporteert de agrosector nu echt?

De tegenwerping vanuit de sector is doorgaans dat de veehouderij naast producten ook veel kennis over efficiënte productie aan de wereld schenkt. Nou ja, schenkt. Er moet natuurlijk wel voor betaald worden.
Maar ook die kennis zal voor de koper al snel een kat in de zak blijken te zijn. De twee pijlers, waar de Nederlandse veehouderij op drijft, zijn: stapelen van dieren en minachting voor het milieu. En zo exporteert Nederland geen efficiënte bedrijfsvoering voor veehouderij-systemen, maar dierenleed en milieuvervuiling.

Auteur

PvdD verkiezingsprogramma in eenvoudige taal

De PvdD heeft speciaal voor mensen die moeilijke taal niet goed kunnen volgen haar verkiezingsdoelstellingen in eenvoudige taal geformuleerd.
Uit het partijprogramma een gedeelte.

Gezonde landbouw zonder dierenleed


Veel geld
De Europese Unie geeft heel veel geld aan de landbouw en visserij in Europa. In de landbouw wordt vee gehouden en ook graan, groente en fruit verbouwd. De landbouw en visserij krijgen samen elk jaar tientallen miljarden euro’s van de Europese Unie. Aan geen enkel ander onderwerp wordt zoveel geld uitgegeven.

Geen honger meer
Er wordt in de wereld meer dan genoeg eten gemaakt voor alle inwoners van de aarde. Maar er wordt veel eten verspild en weggegooid. Als we willen dat er geen honger meer is, moeten we het voedsel niet meer verspillen en eerlijker delen. We moeten dan ook minder vlees gaan eten. Want het vee krijgt nu het eten dat we ook kunnen geven aan mensen die honger hebben, bijvoorbeeld graan en mais. Een kilo vlees kost via veevoer wel 5 tot 7 kilo graan. Zo verdwijnt bijna de helft van de graanoogst in de wereld in de maag van dieren, terwijl er elke avond 1 miljard mensen met honger naar bed gaan. De Partij voor de Dieren wil daarom dat Europa ervoor zorgt dat we minder voedsel verspillen, minder vlees eten en het voedsel beter verdelen.

Dieren voor voedsel

Er worden 7 miljard dieren per jaar in Europa gehouden en geslacht. Vooral koeien, varkens en kippen. Deze dieren worden als dingen behandeld en niet als levende wezens met bewustzijn en gevoel. De varkens en koeien leven in overvolle stallen. De kippen zitten in krappe hokjes waar zij zich bijna niet kunnen bewegen. De meeste dieren mogen nooit naar buiten. Babydieren worden direct bij de moeder weggehaald na de geboorte. Van varkens worden de staarten afgeknipt, van kippen de snavels en van koeien de horens. De dieren zijn zo gefokt dat zij veel te hard groeien.
Kippen zakken daardoor bijvoorbeeld door hun poten. Ze worden plofkippen genoemd. Verder krijgen de dieren steeds meer ziektes. De ziektes zijn soms ook gevaarlijk voor mensen, zoals de gekkekoeienziekte en de Q-koorts.

Geen bio-industrie
Deze manier om dieren te houden heet de bio-industrie of vee-industrie. Het is alleen maar gericht op geld verdienen en houdt geen rekening met de dieren. De bio-industrie krijgt veel geld uit Europa. De Partij voor de Dieren wil de bio-industrie afschaffen. Dieren moeten een normaal leven kunnen leiden, zonder pijn en ellende. Varkens moeten kunnen wroeten. Kippen moeten kunnen rondscharrelen. Koeien moeten buiten in de wei kunnen lopen.

Stoppen met gif
Er is ook veel akkerbouw en tuinbouw in Europa. De boeren verbouwen graan, aardappels, groenten en fruit. In de akkerbouw en tuinbouw wordt veel gif en kunstmest gebruikt. Het gif is niet goed voor de mensen en dieren die in de buurt wonen. Mensen kunnen er ziek van worden en sommige insecten, zoals bijen, gaan er dood aan. Kunstmest wordt ook erg veel gebruikt. Gif en kunstmest vervuilen de grond en het drinkwater. Er wordt zoveel van gebruikt dat planten en dieren er dood van gaan. De Partij voor de Dieren wil een gezonde landbouw, zonder gif en kunstmest.

Vissen beschermen
Er wordt veel gevist door Europese landen. Ze vissen met hele grote vissersboten die soms wel op varende fabrieken lijken. Er is zoveel gevist dat één op de drie vissoorten bijna verdwenen is. De visserij vangt te veel vissen en vangt ze ook op een slechte manier. De netten maken de zeebodem kapot met alle planten en schelpen die daar leven. In de netten gaan niet alleen de vissen dood maar ook veel andere zeedieren. De Partij voor de Dieren wil daarom dat de Europese Unie geen geld meer geeft aan de visserij in Europa. Ook moet de manier waarop gevist wordt verbeteren.
De vissers moeten in ieder geval de vissoorten die bijna verdwenen zijn niet meer vangen.

Eerlijke landbouw
De boeren en vissers moeten genoeg betaald krijgen voor hun producten. De inwoners in Europa moeten gezond voedsel kunnen kopen. De dieren in Europa moeten niet langer slecht behandeld worden. De natuur in Europa moet niet vervuild worden. Dat wil de Partij voor de Dieren allemaal.

12 mei 2014

Joel Salatin gaat verder dan biologisch

Joel Salatin (1957) werd bekend door de bestseller The Omnivore's Dilemma van de Amerikaanse voedselschrijver Michael Pollan uit 2006. Pollan zet Salatin daarin neer als 'beyond organic': een boer die verder gaat dan biologisch. In 2011 riep Times Magazine Salatin uit tot de 'meest innovatieve boer ter wereld'. Mac van Dinther doet in de Volkskrant verslag van zijn bezoek aan Nederland.

Een citaat.
In 1961 kocht Salatins vader 200 hectare sterk geërodeerd land in Shenandoah Valley, Virginia. Dat is nu Polyface Farm: een bedrijf dat rundvlees, varkensvlees, kippen, eieren, konijnen en brandhout produceert. Alle dieren lopen buiten. Kunstmatige toevoegingen komen er niet in. 'In 53 jaar tijd hebben we niet één zak kunstmest gekocht'.
Hij geldt als de meest innovatieve boer ter wereld en predikt 'totaallandbouw'. De Amerikaan Joel Salatin bezocht Nederland en constateerde dat ons systeem kwetsbaar en uit balans is.
Wat Joel Salatins (57) eerste indruk van Nederland is? 'Flat as a pancake'. Maar ook: 'Ik heb sinds ik hier ben vaak mest geroken. Dat kan twee dingen betekenen: of Nederlandse boeren behandelen hun mest niet goed, of er is gewoon te veel van'.
Het is de eerste keer dat Salatin in Nederland is, maar wat hij er tot nu toe van heeft meegekregen, bevalt hem niet. 'Nederland is een overslagcentrum. Jullie importeren massaal veevoer en exporteren dat als vlees. Dat is niet in balans. Het is een kwetsbaar systeem dat drijft op goedkope olie'. En dat terwijl ons land volgens hem zo veel mogelijkheden heeft. 'Als ik jullie gras zie, loopt het water me in de mond'.

Een impressie over hoe het toegaat op zijn Polyface farm.

Joel Salatin sprak ook op het Film Food Festival. Wilbert van der Kamp schrijft daarover het volgende.
Salatin noemt zijn boerderij zelf een ‘lunatic farm’ en zichzelf de ‘no. 1 lunatic’, een plek waar de ‘kippen vrij zijn hun kipheid uit te leven’. En een plek waar hij nieuwe boeren opleidt en mensen altijd langs mogen komen om te kijken wat hij precies doet.

Het idee wat hieraan ten grondslag ligt is dat ‘een boerderij een plek is die goed moet ruiken en mooi moet ruiken’. Is dat niet zo, dan doe je iets niet goed. De natuur is goed zoals die is, en de mens hoeft niet bang zijn om daarop in te grijpen, zolang het maar op een manier is die ondersteunend is. En als het goed is kan dat zowel in het klein als in het groot.

‘E.coli, Gekke koeienziekte en voedselschandalen zijn er tekenen van dat de natuur ons smeekt constant haar grenzen uit te breiden’. Dus is het beter te werken met een systeem van meerdere jaren, met dieren die gewoon dier mogen zijn, en met als basis beweging en verandering. Door de natuur uit te dagen - door bijvoorbeeld varkens in een bos te laten rondscharrelen - wordt de natuur productiever en gezonder. Met niet maar één soort dieren, maar allerlei dieren en teelt door elkaar.

09 mei 2014

Gold-plating, voedselregels inzetten tegen concurrentie

In het TV-programma De Slag om Europa onderzoeken Roland Duong en Teun van de Keuken hoe de EU werkt. In de Volkskrant van 9 mei vertellen ze Den Haag Brussel als boeman gebruikt.

Een citaat:

Niet alleen bepalen nationale politici wat er in Brussel gebeurt, ook moeten zij Europese richtlijnen uiteindelijk omzetten in nationaal beleid. Dat gebeurt in Nederland vaak strenger dan in andere EU-lidstaten. De welbekende 'onnodige regeltjes die de kleine ondernemer het leven zuur maken' komen volgens Duong niet uit Brussel, maar uit Den Haag. 'Dat fenomeen heet gold-plating. De regering past een algemene richtlijn uit Brussel extra streng toe in Nederland, maar tegenover de Nederlanders geven ze daar Brusselse ambtenaren de schuld van. Dat gebeurt op grote schaal in de voedselregelgeving.'

Van de Keuken: 'De Europese richtlijn is: je moet voedsel veilig en hygiënisch produceren. Veel landen interpreteren dat soepel. Zolang er geen misstand wordt aangetoond, word je jaarlijks gecontroleerd. Pas als er iets misgaat, kom je onder een vergrootglas te liggen. Maar een Nederlands boertje dat al 25 jaar gezonde geitenkaas produceert, wordt twee keer per week gecontroleerd door de Voedsel- en Warenautoriteit en moet dat nog zelf betalen ook. Als dat boertje gaat klagen, zegt de VVD: die Brusselse regels draaien kleine ondernemers de nek om, maar het is Nederland dat een algemene Europese richtlijn streng toepast.'

Waarom doet Nederland dat? Van de Keuken: 'Eigenlijk is het logisch: wij zijn een exportland van voedsel en kunnen dus geen microgram foute bacteriën in onze kaas gebruiken. Politici zouden eerlijk moeten zeggen: strenge voedselregels zijn economisch belangrijk voor ons.'

08 mei 2014

Welke offers worden gebracht voor een zorgeloze maaltijd?

Mac van Dinther schrijft in de Volkskrant over het Film Food Festival.

Op het Food Film Festival in Amsterdam, dat 9 mei begint, worden films vertoond met een boodschap. Welke offers worden gebracht voor onze zorgeloze maaltijd?

Een citaat, gecombineerd met de trailers van de documentaires:

Maar eten kan ook sterke herinneringen oproepen zoals weemoed. The Knights of the Lagoon is ervan doordesemdc(https://www.youtube.com/embed/eK5bPPPUWqo).
De film portretteert een coöperatie van Italiaanse vissers in de Laguna di Orbetello aan de kust van Toscane die nog met traditionele methoden werken: lijnen, netten en fuiken. Het zijn vooral oudere mannen en hun manier van leven is gedoemd te verdwijnen. Er zit steeds minder vis en de lagune dreigt dicht te groeien door algen die gedijen dankzij de kunstmest die van omringende akkers in het water spoelt.

Het visverwerkende fabriekje dat de coöperatie heeft opgezet om mee te gaan met de tijd, staat inmiddels de helft van de tijd stil. De schulden hangen als een molensteen om het inkomen. De stoere praat die de vissers bezigen kan niet verhullen dat de veranderingen pijn doen. Vroeger, zegt de een, zag het water zwart van paling. Nu halen ze nog maar mondjesmaat wat op. En ook de mensen zijn veranderd, zegt een ander. 'Vroeger deden we alles samen. We deelden de winst. Nu is het ieder voor zich.'

Dat is wat eten ook vermag: het kan genot en plezier brengen, maar net zo goed ellende veroorzaken. Een voorbeeld daarvan is de verontrustende Canadese documentaire Salmon Confidential die de praktijken van zalmkwekerijen in British Columbia aan de kaak stelt.

Vissers in dit gebied vangen steeds minder wilde zalm. De vissen blijven weg, of sterven voordat ze kunnen paaien in de rivier. Volgens sommige biologen komt dat door ziektes die verspreid worden door de massaal aanwezige zalmkwekerijen. Activisten die daar tegen iets willen doen, worden tegengewerkt door de zalmkwekerijen. Actief gesteund door de federale regering die deze economisch belangrijke bedrijfstak de hand boven het hoofd houdt en glashard ontkent dat er een probleem is.

Toppunt is een wetsvoorstel dat het strafbaar maakt om informatie over ziekten in kwekerijen naar buiten te brengen. Het voorstel wordt ingetrokken omdat het in strijd is met de vrijheid van meningsuiting. Maar het laat zien dat in voeding ecologie vaak het onderspit delft tegen economie.

Tot zover de Volkskrant.

Smaakt het haantje jou zo beter?

Onder het motto “Eten smaakt beter als er een goed verhaal achter schuilt” presenteert Food Film Festival de minidocumentaire: leghaantjes.

Leghaantjes uit de documentaire leven twee keer zo lang en worden de helft zo zwaar. In de documentaire een gedetailleerde beschrijving van het slachtproces.

Voedselsystemen zijn de oorzaak van massale milieuproblemen

MO redactrice Alma De Walsche interviewt Olivier De Schutter. Hij beëindigde zijn tweede mandaat als Speciale Rapporteur voor het Recht op Voedsel bij de VN. in zijn eindrapport roept De Schutter op tot diepgaande, structurele hervormingen in het wereldwijde voedselsysteem. Aanpassingen volstaan niet, de logica moet omgegooid worden, vindt De Schutter. Daarvoor is meer democratie nodig, “voedseldemocratie” met participatie van alle betrokkenen.

Citaat:
U pleit voor agro-ecologie als alternatief?

De voedselsystemen van de voorbije vijftig jaar zijn de oorzaak van massale milieuproblemen. De druk die het voedselsysteem legt op de natuurlijke hulpmiddelen, op de watervoorraden, de biodiversiteit, al die problemen eisen een omschakeling naar een andere manier van produceren. Het zoeken naar meer duurzame productiemethodes heeft me gebracht tot de agro-ecologie.
Ik denk dat in tijden van piekolie, waterstress en klimaatverandering, dit een prioriteit moet worden over heel de wereld. We moeten productiemethodes ontwikkelen voor de landbouw die ecologische aspecten mee opnemen, zoals bodembeheer, duurzaam omgaan met de ecosystemen en de biodiversiteit, bomen planten voor koolstofopslag, voor schaduwbeheer. Dat is agro-ecologie. Het is een manier om land duurzaam te ontwikkelen en opnieuw een interactie te stimuleren tussen bomen, planten en dieren. In de twintigste eeuw hebben we al die elementen opgedeeld maar dat is een grote vergissing geweest.

Tot zover, meer lezen? Klik hier.

Leeswijzer


Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom.
Klik hier voor de laatste bijdragen op dit blog
.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.
Kijk op ook Facebook voor onze reactie op de actualiteit.

Waarom dit blog?

De Nederlandse veehouderij is vooral gericht op zoveel mogelijk voor de export te produceren onder het motto “meer, meer, meer en groot, groter, grootst”. Dit heeft negatieve gevolgen voor zowel de dierenwelzijn, biodiversiteit, het milieu, het klimaat, de portemonnee en de gezondheid van burgers en ook voor welwillende boeren.
Dit blog verzamelt kritische artikelen die de wurggreep beschrijven waarin de veehouderij zichzelf heeft vastgezet. Zo willen we niet alleen een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het leven voor alle belanghebbenden, maar ook aan een schone, gezonde omgeving en een beter dierenwelzijn.

Ook de argumentatie dat dieren grondrechten hebben kan beter en meer aansluiten op hoe mensen voor zichzelf vinden dat recht moet gelden. Alle dier(soort)en kunnen in hun recht op vrijheid als (intrinsiek) evenwaardig aan mensen beschouwd worden. Dierenrechten zijn mensenrechten, die mensen de kans geeft om voor dieren op te komen.
Dieren, bijv. in de intensieve veehouderij, worden behandeld als een object in plaats van een subject met gevoelens en rechten.

De snelheid en het aantal dier(soort)en dat we voortdurend gebruiken is immens. De bijdrage aan onze welvaart en economie van de agrosector is gering. De oplossing is simpel en van niemand anders dan van ons zelf afhankelijk.

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.