Mens en dier zijn (intrinsiek) evenwaardig in hun recht op vrijheid

Alle levende wezens zijn verschillend maar evenwaardig in het recht op vrijheid op een natuurlijk leven.
Een dier is (net als een mens) geen ding of een object.
Mensen moeten kunnen ingrijpen wanneer mensen dieren misbruiken of onrecht aandoen.

Leeswijzer


Thema's of steekwoorden vindt u via de labels onderaan de pagina of op Animal Freedom.
Klik hier voor de laatste bijdragen op dit blog
.
Klik hier voor het beleid om uw privacy te beschermen.
Kijk op ook Facebook voor onze reactie op de actualiteit.
Posts gesorteerd op relevantie tonen voor zoekopdracht baseline. Sorteren op datum Alle posts tonen
Posts gesorteerd op relevantie tonen voor zoekopdracht baseline. Sorteren op datum Alle posts tonen

30 december 2023

Het Shifting Baseline Syndrome en afname van biodiversiteit

De verstikkende impact van de intensieve veehouderij

Het eerder beschreven shifting baseline syndrome wordt nog navranter wanneer we kijken naar de rol van de intensieve veehouderij in het verlies van biodiversiteit. Dit vraagstuk illustreert perfect hoe economische belangen, maatschappelijke patronen en ecologische realiteit met elkaar verweven zijn.

De stikstofproblematiek

De Nederlandse veestapel produceert een enorme hoeveelheid mest, wat leidt tot een overschot aan stikstof in de bodem en in het oppervlaktewater. De laatste 25 jaar is weliswaar de hoeveelheid melkveehouders ongeveer gehalveerd, maar is de productie van melk toegenomen. Iedere liter melk gaat samen met vier liter/kilo mest.
Dit heeft verstrekkende en langdurig negatieve gevolgen voor de biodiversiteit.

  • Stikstofminnende planten zoals brandnetels en bramen gedijen goed en overwoekeren andere soorten
  • Zeldzame plantensoorten die juist gedijen in stikstofarme bodems verdwijnen
  • De verschraling van weilanden leidt tot het verdwijnen van kruiden en bloemen
  • Insectenpopulaties nemen af door het gebrek aan gevarieerde vegetatie
  • Weidevogels verliezen hun leefgebied en voedselbronnen

De economische paradox

Het probleem wordt versterkt door een economisch systeem dat draait op schaalvergroting en export. Nederland exporteert ongeveer 70% van het vlees en zuivel, maar dit heeft een hoge ecologische prijs.

  • De veestapel is veel groter dan nodig voor binnenlandse consumptie
  • Het verdienmodel is gebaseerd op grote volumes tegen lage marges
  • Investeringen in grootschalige stallen en technologie creëren een lock-in effect (afhankelijkheid van leveranciers)
  • De verwerkende industrie en de grootschalige bedrijven hebben belang bij het handhaven van het systeem


Maatschappelijke uitdagingen

Het bespreekbaar maken van deze problematiek stuit op verschillende obstakels.

  • Historische trots op de Nederlandse landbouwsector
  • Emotionele binding met traditioneel boerenbedrijf
  • Angst voor verlies van werkgelegenheid en economische impact
  • Politieke gevoeligheid en belangenverstrengeling
  • Gebrek aan kennis over de oorspronkelijke staat van de natuur (shifting baseline)

De weg vooruit

Om deze gesprekken constructief te voeren, is het essentieel om de volgende zaken onder ogen te zien.

  1. De historische context te erkennen van hoe we hier gekomen zijn
  2. De legitieme zorgen van alle betrokkenen serieus te nemen
  3. Te focussen op langetermijnoplossingen die zowel ecologisch als economisch houdbaar zijn
  4. De werkelijke kosten van het huidige systeem zichtbaar te maken
  5. Erkennen dat na aftrek van deze kosten er geen economische meerwaarde van de landbouw is
  6. Alternatieven te ontwikkelen die perspectief bieden aan de sector

Het shifting baseline syndrome speelt hierin een cruciale rol: veel mensen hebben nooit een gezond, biodivers weiland gezien en kunnen zich dus moeilijk voorstellen wat we zijn kwijtgeraakt. Het is daarom belangrijk om niet alleen de problemen te benoemen, maar ook positieve voorbeelden te laten zien van boeren die succesvol hebben om- of teruggeschakeld naar natuurinclusieve landbouw.

Door deze verbanden expliciet te maken en te onderbouwen hoe de sector overeind wordt gehouden met subsidies en beïnvloeding van het publiek door belanghebbenden, kunnen we hopelijk een constructieve dialoog op gang brengen over de toekomst van een afgeschaalde landbouw en herstelde natuur en biodiversiteit.

28 maart 2019

Het shifting baseline syndrome maakt blind voor uitsterven

Filosoof René ten Bos neemt na twee jaar afscheid als Denker des Vaderlands, maar eerst verschijnt nog zijn boek Extinctie, over het verdwijnen van mens en dier. ‘Er voltrekt zich een ecologische catastrofe’. In de Volkskrant van 27-03-2019 een interview.

‘We nemen de wereld waar zoals hij nu is. Ik zie een ander platteland dan mijn vader in zijn jeugd en mijn kinderen zullen weer iets anders zien. De norm verandert met de tijd, veranderingen worden niet waargenomen: het shifting baseline syndrome. Dat er minder vogels en minder vissen zijn, vinden we normaal. We vergeten hoe het vroeger was. Ecologisch verlies laat zich wel uitdrukken in cijfers, maar mensen worden moe van wetenschappelijke data. Dat weet iemand als Baudet ook. Hij vindt ze niet interessant, hij negeert ze gewoon’.

In hoeverre schiet onze waarneming tekort?
‘We denken in charismatische soorten, zoals de neushoorn of de tijger. Als het slecht gaat met deze dieren leidt dat tot treurnis, maar intussen onttrekt veel extinctie zich aan onze waarneming'.

Verder lezen? Zie de Volkskrant.

Verder is het effectief om de werking van drogredeneringen van politici te doorzien of hoe agrarische belangengroepen opzettelijk langs elkaar heen praten.

Schrijfster en journaliste Jantien de Boer publiceerde in 2017 Landschapspijn. In Buitenhof wordt zij geïnterviewd samen met Helma Lodders. Oud-Pink voorzitter en korte tijd PvdD voorzitter Sebastiaan Wolswinkel analyseert samen met Angelo Delsen in "De Klaagmuur".
Landschapspijn. Over de toekomst van ons platteland (bol.com).
Van de omslag.
Het moderne boerenland doet pijn; kleuren vervagen en geluiden sterven weg in het moderne land van zuivel, vlees en turbogras. Burgers maken zich grote zorgen over de teloorgang van bloemen, planten, vogels en insecten. Veehouders en akkerbouwers vechten voor hun bestaan. Een megastalboer zegt met ingehouden woede dat er maar weer eens een hongerwinter moet komen. 'Dan leren mensen ons tenminste opnieuw waarderen'. Deze groeiende kloof tussen landbouwers en burgers bemoeilijkt een gesprek over de toekomst van ons platteland. Door de perspectieven van beide kampen te laten zien hoopt Jantien de Boer bruggen te bouwen.

01 juni 2024

De begrijpelijke maar ondermijnende blinde vlek voor natuurverlies


De noodzaak van ecologisch bewuste keuzes

De natuur voorzag eeuwenlang in alles wat wij mensen nodig hadden: voedsel, schoon water, lucht, en een plek voor afval. Het werd allemaal moeiteloos door de natuur geleverd en hersteld. Maar met de opkomst van intensieve landbouw, veeteelt, en groeiende steden is deze balans verstoord. We zijn een grens gepasseerd: afval stapelt zich op, gifstoffen sijpelen door in het ecosysteem en het grondwater, en de biodiversiteit holt achteruit. Waar de natuur ooit een bron van diversiteit en rijkdom was, domineren nu intensieve veeteelt en uitgestrekte graslanden met nauwelijks ecologische waarde – soms spottend “grasfalt” genoemd.

De vervuiler betaalt niet

Nederland kent een van de hoogste vee-dichtheden ter wereld, voornamelijk gericht op export (70-80%) in plaats van lokale voedselvoorziening. De enorme veestapel veroorzaakt ernstige vervuiling van oppervlakte- en grondwater met mest (1 liter melk resulteert in 4 liter mest), en eist zoveel landbouwgrond op dat natuurgebieden versnipperen en de natuurwaarde sterk afneemt (soorten sterven uit en alle groen lijkt op elkaar). De schade door de landbouw is inmiddels zo groot dat ze de economische bijdrage van de sector tenietdoet.
Ondertussen houden we vast aan een economisch model dat de bouw van nieuwe infrastructuur en intensieve landbouw stimuleert, zonder de ecologische prijs hiervan te erkennen. Waar biodiversiteit slinkt, lijkt het economisch aantrekkelijker om kale plekken te vullen met gebouwen en agrarisch gebied om te vormen tot productiegrond, waardoor het bruto binnenlands product (BBP) kan blijven stijgen. De kosten van natuurverlies worden abstract geschat, terwijl de financiële winst van export en nieuwe projecten direct zichtbaar is.

Brute ontkenning

De brutale houding van sommige landbouwers, die eigen belangen vooropstellen en negatieve gevolgen van intensieve landbouw ontkennen of bagatelliseren, voelt als een soort kortzichtigheid die structurele ecologische schade veroorzaakt en maatschappelijk debat bemoeilijkt. Tegelijkertijd vergt verandering in zo'n situatie vasthoudendheid en strategische communicatie om effectief tegenwicht te bieden.
De vraag is hoe we deze blinde vlek, die natuurverslechtering op de achtergrond plaatst, kunnen begrijpen en tegelijk de stap zetten naar een economische inrichting die de ecologische balans herstelt.

De begrijpelijke blinde vlek voor natuurverlies

Menselijk gedrag wordt vaak gestuurd door wat zichtbaar en direct meetbaar is. De gevolgen van een te grote veestapel en een verarmde biodiversiteit zijn echter vaak op de achtergrond voelbaar: in vervuild water, een eentoniger landschap, en het verdwijnen van inheemse plant- en diersoorten. Door het shifting baseline syndrome schuiven we steeds met wat we normaal vinden. Wat we niet zien, missen we niet; wat we niet missen, voelen we niet als urgent.
De overmatige veestapel in Nederland past precies in dit patroon. Grote delen van ons land bestaan uit eentonige weilanden die zo intensief worden benut dat ze bijna geen natuurwaarde meer hebben. Dit verschraalde landschap bestaat voor productie, niet voor biodiversiteit. Het lijkt een kleine prijs voor een economische opbrengst, omdat natuurwaarde – zoals schoon water en biodiversiteit – moeilijk in geld uit te drukken is. Intussen vervuilt de veeteelt ons oppervlaktewater met meststoffen en leidt tot een ecologisch verarmde omgeving, terwijl de export groeit. Ironisch genoeg zijn het de belastingbetalers die de opruimkosten dragen, terwijl een kleine groep ondernemers in de keten van veeteelt, toelevering, en verwerking economisch profiteert.
Veel boeren zouden zelf ook graag anders willen werken, maar voelen zich gebonden aan het huidige systeem. Zij komen echter pas in beweging wanneer degenen die zich uitsluitend op winst richten, worden afgeremd en niet meer als voorbeeld worden gesteld.

Ecologisch herstel als economische prioriteit

Om deze blinde vlek te doorbreken, moeten we onze waardering voor de natuur herzien en opwaarderen. Het reduceren van de veestapel en verbinden van natuurgebieden kan de diversiteit herstellen en biedt een duurzame oplossing die ons in de toekomst veel bespaart. Dit vraagt niet om een halt op economische activiteiten, maar wel om een grondige herziening van wat we als waardevol beschouwen. We zouden bijvoorbeeld kunnen kiezen voor belastingmaatregelen die vervuilende landbouw ontmoedigen en biologisch en natuur inclusief boeren financieel ondersteunen. Zo worden bedrijven gestimuleerd om duurzame, minder intensieve methoden te omarmen.
Daarnaast kan het verbinden van natuurgebieden door ecologische corridors de natuurwaarde van ons land versterken. Dieren kunnen migreren, inheemse planten kunnen terugkeren, en het landschap wint aan biodiversiteit, wat de water- en bodemkwaliteit ten goede komt. In plaats van natuur als obstakel voor economische groei te zien, kunnen we haar beschouwen als een investering in ecologisch herstel en welzijn voor toekomstige generaties.

Mooie, maar niet onderscheidende herfst foto

Verantwoord ingrijpen

De blinde vlek voor natuurverlies is begrijpelijk, omdat de langetermijngevolgen vaak pas merkbaar zijn als de schade al is aangericht. Door ecologische waarde gelijk te stellen aan economische waarde kunnen we deze korte termijn focus doorbreken. Het reduceren van de veestapel en het herstellen van natuurverbindingen biedt Nederland een toekomst waarin zowel economie als ecologie in balans zijn.
Het is tijd om het belang van natuur te zien als integraal onderdeel van de samenleving, niet als optelsom van wat in cijfers meetbaar is, maar als basis voor het welzijn van mens en dier.
Mens en dier zijn intrinsiek evenwaardig in hun recht op vrijheid om te leven in een schone en natuurlijke leefomgeving.

09 december 2023

Heeft de natuur rechten?

Belangenafweging

Er zijn veel initiatieven overal in de wereld om delen van de natuur of soms de natuur van een heel land (Ecuador) rechten te geven. Er wordt daarbij gezocht naar argumenten om dat geaccepteerd te krijgen. In mijn ogen wordt daarbij op een eigenlijke manier via taalspelletjes een machtsspelletje gespeeld. Zo wordt beargumenteerd dat de natuur rechten heeft omdat natuur een intrinsieke waarde heeft. Niemand definieert wat intrinsieke waarde heeft en niemand spreekt het tegen, want niemand weet hoe daarover een dialoog te voeren. In mijn ogen is de natuur een plek waar (over) niet gedebatteerd wordt over rechten en eigenlijk vind ik dat dat ook zo zou moeten blijven. In de vrije natuur vinden we rust, vooral wanneer we ook de natuur met rust (kunnen) laten. Dus natuurgebieden zouden beschermd moeten worden met zo weinig mogelijk inmengingen (beheer) en belangenverstrengeling.

Het grote kader

Het debat maakt deel uit van een bredere discussie over milieurechten, ecologisch behoud en duurzaamheid.
Aan de ene kant zijn er voorstanders van het toekennen van rechten aan de natuur. Ze betogen dat dit nodig is om ecosystemen te beschermen en te behouden, aangezien de huidige benadering van het beschermen van natuurlijke hulpbronnen vaak ontoereikend is. Het idee van intrinsieke waarde van de natuur komt voort uit het idee dat de natuur waarde heeft los van het feit dat het nuttig is voor de mens. Hierbij wordt gesteld dat de natuur inherent waardevol is en het recht heeft om te bestaan en zich te ontwikkelen, onafhankelijk van menselijke belangen.
Aan de andere kant zijn er mensen, die geloven dat de natuur beter beschermd kan worden door zo min mogelijk menselijke inmenging en belangenverstrengeling. Dit is vaak gebaseerd op het idee dat de natuur zelf al een evenwicht heeft en dat menselijke interventie schadelijk kan zijn.

Over het algemeen wordt natuur beschouwd als een ongerepte omgeving die niet of nauwelijks door menselijke activiteit is beïnvloed. Natuurlijke ecosystemen hebben over het algemeen een rijke verscheidenheid aan planten, dieren en micro-organismen. Een hoge biodiversiteit kan wijzen op een gezond en natuurlijk ecosysteem. Zo’n gebied wordt op een natuurlijke manier in balans gehouden en hoeft niet te worden beheerd. De natuurlijke aanwezigheid van ecologische processen, zoals predatie, concurrentie en symbiose dragen bij aan het evenwicht en de dynamiek van het ecosysteem. In het zuiverste geval hebben ze hun oorspronkelijke staat behouden en zijn ze niet verstoord door menselijke introductie van niet-inheemse soorten. Dergelijke natuur roept de neiging en de wens op om te beschermen en dat te doen met het beroep op rechten.

Het debat over rechten van de natuur wordt vaak gevoerd binnen een juridisch kader, waarbij definities en termen belangrijk zijn. Sommigen kunnen dit zien als een manier om een agenda door te drukken, terwijl anderen het als een noodzakelijke stap beschouwen om juridische bescherming te bieden aan natuurlijke ecosystemen.

Vaak wordt de natuur die reeds verloren is gegaan niet meer betrokken in de vraag of het beschermd moet worden. Jongeren die natuurgebieden niet hebben gekend in hun oorspronkelijke staat zullen niet snel geneigd zijn om mee te helpen die gebieden terug te krijgen. Het zogeheten shifting baseline syndroom maakt dat mensen geen oog meer hebben voor (de rechten van) dat wat er niet meer is.

Wie wordt betrokken in de beslissingen?

Uiteindelijk is dit een kwestie van ethiek, filosofie en maatschappelijke waarden. Er zijn geen eenduidige antwoorden, en verschillende culturen en samenlevingen kunnen verschillende benaderingen hebben. Het belangrijkste is dat er open en inclusieve dialogen worden gevoerd, waarbij diverse perspectieven worden overwogen om tot duurzame oplossingen te komen die zowel de natuur als de mensheid ten goede komen. Onderdeel daarvan is hoe mensen worden betrokken in de besluitvorming wat er binnen en vlak buiten de natuurgebieden kan en mag gebeuren. Wie heeft daarover beslissingsrecht? Zijn dat deskundigen, omwonenden, belanghebbenden of mag iedereen zijn zegje daarover doen en wordt daar dan ook naar geluisterd en gehandeld?

Hoe ver ga je met rechtsbescherming?

Misschien is er nog redelijk gemakkelijk overeenstemming te bereiken over rechtsbescherming van natuurgebieden, lastiger wordt het wanneer je ook de bewoners (planten en dieren) van zo'n gebied rechten wilt geven. Is ook een doortrekkend of dier welkom? Dat kunnen grote dieren als wolven zijn, maar ook kleine wezentjes als micro-organismen. Hoe ga je om met rechten van planten? Heeft een boom rechten en geldt dat dan anders voor aangeplante bomen? Ook bomen en struiken (vogelkers) koloniseren natuurgebieden. Volstaat dan een goede afspraak over (minimaal) beheer of is een appèl op respect voldoende?

Zie ook het pleidooi van Bruno Latour voor een ethische benadering waarbij zowel mensen als niet-menselijke actoren, zoals dieren en ecologische systemen, als evenwaardige deelnemers worden beschouwd in ecologische processen.

Populaire posts in de afgelopen week

Dierenrechten in woord en beeld

Vrijheid is ook een intrinsiek grondrecht voor dieren. Dieren zijn geen dingen Dierenrechten zijn mensenrechten. Mensen moeten voor dieren kunnen opkomen wanneer hun grondrecht wordt geschonden.
logo van Animal Freedom yin en yang
Lees hier over de redenen waarom dieren recht op vrijheid hebben. Lees hier waarin mens en dier evenwaardig zijn.