Uitstel van het echte probleem
De stikstofcrisis in Nederland blijft een complex probleem dat niet alleen de landbouw raakt, maar ook de woningbouw en natuurbehoud in het gedrang brengt. Eén van de belangrijkste oorzaken van deze crisis is het mestoverschot, dat direct verbonden is aan de omvang van de veestapel. Hoewel er veel voorstellen zijn gedaan om dit mestoverschot aan te pakken, blijft een structurele oplossing vaak uit. Waarom gebeurt er zo weinig? En hoe heeft de kiezer zich laten beïnvloeden door een misleidende beeldvorming?
Schijnoplossingen versluieren de kern van het probleem
Veel van de voorgestelde maatregelen –zoals mestverwerking, kringlooplandbouw en het exporteren van mest– bieden op het eerste gezicht een oplossing voor het mestoverschot. Ze lijken de druk op de grond tijdelijk te verlichten en maken het mogelijk om op korte termijn aan regelgeving te voldoen.
Echter, deze maatregelen pakken de kern van het probleem –de omvang van de veestapel– niet aan.
De gevolgen van het uitrijden van meer mest dan het land kan verwerken zijn onder meer uitspoeling naar het oppervlaktewater en verlies van biodiversiteit.
Technieken als mestverwerking en het exporteren van mest lijken vooral lapmiddelen die de crisis op korte termijn afwenden, zonder wezenlijke verandering in het systeem. Dit speelt in de kaart van grote agrarische bedrijven, die economisch profiteren van een grote veestapel en gebaat zijn bij het uitstellen van structurele oplossingen. Wel de lusten maar niet de lasten. Het product wordt geëxporteerd en de mest blijft achter.
Omdat derogatie in 2025 stopt, mag een veehouder in de komende jaren minder mest uitrijden per hectare op het land. Het gevolg is dat er extra grond wordt aangekocht om mest op uit te rijden. De grondprijzen stijgen. Enerzijds prettig voor de ouderdomsvoorziening van de veehouder, maar ook moeilijker om een bedrijf te verkopen want de investering kan alleen worden terugverdiend door grotere omzet.
Het gevolg is ook dat de politieke druk wordt verhoogd om geen landbouwgrond om te zetten in bouwgrond voor huizen en dat natuur wordt verwaarloosd.
Misleidende beeldvorming in de media
Een ander belangrijk aspect van de vertraagde aanpak van de stikstofcrisis is de manier waarop boeren zich in de media profileren. Vervuilende boeren, verantwoordelijk voor het mestoverschot, hebben in de publieke opinie sympathie weten te winnen door zichzelf te presenteren als slachtoffers van rigide overheidsregels. Deze framing heeft veel kiezers aangesproken, die zich solidair hebben verklaard met de boeren, terwijl zij vaak niet het hele verhaal te horen kregen of er naar wilden luisteren.
Wat vaak onderbelicht blijft, is dat de vervuiling van de bodem en het drinkwater door mestproductie enorme kosten met zich meebrengt. En deze kosten worden niet betaald door de vervuilers zelf, maar door de belastingbetaler. Terwijl de veestapel verantwoordelijk is voor grootschalige milieuschade, blijft de rekening voor het opruimen van deze vervuiling liggen bij de samenleving als geheel. Dit wordt zelden in de media benadrukt, waardoor veel mensen zich onterecht solidair hebben verklaard met een sector die niet eerlijk is over de ecologische en financiële gevolgen van haar activiteiten.
De rol van economische belangen en politiek
Achter de schijnoplossingen gaan ook de belangen van de grootverdieners in de veehouderij schuil. Voor grote agrarische bedrijven is de omvang van de veestapel direct gerelateerd aan hun winstmarges. Het verkleinen van de veestapel zou hun bedrijfsmodel ondermijnen, waardoor er grote weerstand is tegen structurele veranderingen. Deze bedrijven hebben er belang bij om technologische oplossingen zoals mestverwerking en export te promoten, omdat deze het kernprobleem omzeilen en hen in staat stellen de huidige situatie in stand te houden.
De politieke besluitvorming speelt hierin een cruciale rol. Hoewel er op papier wordt gesproken over het verkleinen van de veestapel, ontbreekt vaak de politieke moed om deze stap daadwerkelijk te zetten. Door schijnoplossingen aan te dragen, wordt de beslissing over fundamentele veranderingen telkens opnieuw uitgesteld.
Tijd voor een structurele aanpak
Een fundamentele aanpak van de stikstofcrisis vraagt om structurele verandering. Het verkleinen van de veestapel is een onvermijdelijke stap als Nederland het mestoverschot wil aanpakken en tegelijkertijd ruimte wil maken voor woningbouw en natuurherstel. Dit vergt moedige politieke keuzes die verder gaan dan de belangen van een kleine groep grootverdieners en gericht zijn op het algemeen belang.
Het is ook belangrijk dat de media eerlijk en volledig rapporteren over de kosten van de vervuiling en wie daarvoor opdraait. Wanneer het publiek zich bewust wordt van de werkelijke gevolgen van de huidige aanpak, zal de steun voor structurele veranderingen groeien. De vraag is niet of er actie moet worden ondernomen, maar waarom het niet eerder gebeurde. Hoe langer de noodzakelijke veranderingen worden uitgesteld, hoe groter de schade voor zowel het milieu als de samenleving als geheel.